Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Naäman - bemoedigd of het klokgelui op zijn pad

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Naäman - bemoedigd of het klokgelui op zijn pad

Naäman 4

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Laat hem nu tot mij komen, zo zal hij weten dat er een profeet in Israël is. 2 Kon. 5 : 8b.

Teleurstelling is een bitter medicijn, maar het helpt dikwijls het beste.
Vraagt het aan Abraham, teleurgesteld in zijn berekening. Vraagt het aan Jakob, teleurgesteld in zijn wensen. Vraagt het aan Petrus, teleurgesteld in zijn voornemens. Vraagt het aan Paulus, teleurgesteld in zijn bidden. Vraagt het — gij kunt zo maar voortgaan.
Gode zij dank — het blijft niet bij teleurstelling, want het loopt, voor die de Heers kennen, altijd uit op een vreedzame vrucht der gerechtigheid. Lees het op deze bladzijde, die u vertelt uit het levensboek van Naäman.
De krijgsoverste van de koning van Syrië nadert de grenzen van het land Kanaän en weldra gaat hij met zijn wagen en zijn paarden de poort van Samaria binnen. Hier moet het zijn! Hier luiden de klokken! Maar vergeet niet Gods klokken lopen op tijd, en die van ons meestal vóór of achter!
Het is nog wat anders, of Naäman aan het klokketouw trekt, dan, of de Heere zelf zijn klokken laat horen.
Naäman zoekt, maar zoekt in de verkeerde richting. Hij is als eens de vrouwen, die de levende bij de doden zochten.
Hij weet wel, wat hij mankeert, maar hij weet de rechte weg ter genezing niet te ontdekken. Hij slaat wel een weg in, maar een weg is nog niet de weg.
Een weg!
Wanneer hij in Samaria is stapt hij regelrecht naar het paleis van Joram, Israëls koning, die aldaar zijn residentie heeft.
Wat bittere teleurstelling wacht hem daar.
Op eens ziet hij al zijn verwachtingen in rook verdwijnen.
Gelijk een donderslag bij heldere hemel, zo is de uitwerking van de brief, die Joram te lezen krijgt, waarin het verzoek staat om deze man van zijn melaatsheid te reinigen. Hoe, schreeuwt Israëls koning in de grootste verwarring, ben ik dan God om te doden en levend te maken om een man van zijn melaatsheid te ontledigen!
Naäman ga heen, trek naar je land, ik kan je niet helpen. Hier is alles te vergeefs. En opeens zwijgen alle klokken, die nog daareven haar hoopvol stemgeluid lieten horen.
Wie kan mij beschrijven de gewaarwording, de droefheid, de inzinking van deze Naäman, toen hij werd weggewezen en daarmee ten dode werd heengewezen.
En vergeet nu vooral niet, dat deze Naäman meende, dat hij de zaken zo goed voor elkaar had.
Tel maar eens op!
Eerst zijn aanbevelingsbrieven van de machtige heerser van Syrië, de koning Benhadad.
Vervolgens zijn paarden en wagens en knechten, die veel bekijks in Samaria zullen hebben.
Daarna zijn schatten: tien talenten zilver, zesduizend sikkelen gouds.
Ten slotte zijn naam en eretitels, die hij verworven had in zo menige veldslag, waardoor hij alom bekend was geworden onder de volken.
Als dat alles niet helpt, wat moet dan wel helpen?
Eerst die brief!
Met deze gewichtvolle pas zal het stellig gaan zo heeft Naäman zich zelf gestreeld. Een pas, ondertekend door Benhadad, Koning van Syrië. Maar op de weg naar Israëls God gelden zulke paspoorten en verzoekschriften niet. Zelfs het zegel van een keizer heeft voor het hemelhof geen waarde.
Al deze aanbevelingen moesten eerst voor Naäman waardeloos worden. Het tekent ons, dat er heel wat overboord moet en dat wij ten slotte zelf overboord moeten, als wij de weg ten leven gaan.
Wij dragen heel wat mee aan oude rommel in het reisvalies naar de hemel en wij willen die oude rommel, die werken der wet, die
gestaltelijkheden en zoveel andere brieven van aanbeveling nog indienen bij de stad des groten Konings.
Wij brengen ons zelf in een bepaalde vrome conditie, wij lezen wat meer in de Bijbel en wij bidden wat meer en wij plooien ons wat meer in een stelsel, gelijk wij van anderen hoorden, menen, dat wij nu wel de geschikte voorwerpen voor de Heere zijn.
Maar zo blijft de melaatsheid en daagt de gezondheid niet.
Het is een kenmerk dezes tijds, dat enerzijds er zoveel oppervlakkigheid en zelfgenoegzaamheid wordt ontdekt en anderzijds zoveel geestelijke ziekteprocessen alom rond waren, die knagen aan het lichaam der kerk, en niet minder aan de wortel van eigen geestelijk leven. Eigengerechtige vroomheid en valse bevindelijkheid moeten de plaats innemen van het opwaken voor Gods eer, voor Gods Woord en voor gerechtigheid, die in Jezus Christus is.
Daarom zoveel melaatsheid, zoveel dodelijk gif, die de kerk van Christus en de gemeenschap der heiligen ondermijnt, die overal zijn zin doordrijft en „kerkje speelt" op eigen houtje met een eigen aanbevelingsbrief erbij waarin te lezen staat, dat men zoveel geniet en zoveel liefelijke vrede smaakt.
Het zijn allemaal zijwegen, eigen gekozen en eigen gevonden paden, waarop wij niemand anders ontmoeten, dan ons zelf en — onze eigen melaatsheid, al is deze ook bedekt door een mantel van vroomheid.
Daarom gaat God met deze Naäman de afbrekende weg.
Naäman moet niet eerst van zijn melaatsheid genezen worden. Neen, hij heeft een nog veel erger kwaal, die hij niet ziet, maar die hem het meest ondermijnt. Naäman moet eerst zelf genezen worden, wat nog heel wat anders is, dan dat hij van zijn melaatsheid genezen wordt. Zijn brief van aanbeveling blijkt scheurpapier te zijn.
En zijn paarden en zijn wagen? Wij lezen in vers 9: Alzo kwam Naaman met zijn paarden en met zijn wagen en stond voor de deur van het huis van Eliza.
Maar de profeet Eliza neemt er niet eens notitie van. Het is hem de moeite niet waard om er voor naar buiten te komen en hij zendt zijn knecht Gehazi om Naäman te zeggen, dat hij maar naar de Jordaan moet gaan.
En zijn talenten zilvers en zijn goud en zijn wisselklederen, die Naäman heeft meegenomen uit zijn land, zullen die geen indruk maken en het begerig oog verzaden?
Maar ook dat heeft geen waarde, wanneer hij verschijnt voor het oog van Israëls God, om het als een beweegoffer aan te bieden.
Op de markt van vrije genade heeft goud noch zilver noch wisselklederen waarde. Zonder geld en zonder prijs zo luiden de klokken van de hemel en niet de rijk gevulde hand, maar het arme gebroken hart, dat niets te geven maar alles te ontvangen heeft, wordt rijk in de Heere. En wat blijft er nu ten slotte van Naäman zelf over?
Neen, niet meer een krijgsoverste, die zijn legioenen aanvoert, maar een diep teleurgesteld mens die boos is op alles, behalve op zich zelf. Gevoelt gij niet, dat God bezig is deze Naäman niet alleen te ontledigen van zijn melaatsheid, maar ook te ontledigen en te ontgronden aan eigen kracht, aan eigen waarde, aan eigen voorstelling?
Noch Benhadad, de vorst van Syrië, noch diens brief, noch goud noch paarden noch wagenen, noch Joram, Israëls koning, heeft enige betekenis.
Lees erin, mijn broeder en zuster, wanneer het leven voor U of voor mij zo ééntonig, zo kleurloos, zo mat wordt, wanneer ge moe wordt van Gods leiding met U, wanneer zonnehoogten ontbreken, en wanneer donkere dalen moeten betreden, wanneer het ons toeschijnt, alsof het met onze hoop voor altoos uit is en wij jammeren — ik zal nog één der dagen omkomen, ik, ik zal nog bezwijken, ik heb geen heil bij God, mijn kracht is weg, mijn geloof is weg, mijn berekeningen zijn weg, mijn gebeden zijn weg. Ja erger, het ergste van al het erge. God is weg, en wij vragen: waar is God, mijn Maker, Die psalmen geeft in de nacht, — denk dan aan Naäman.
Toen alles voor hem aan het einde was, was God juist aan het begin met hem.
Gods klokken luiden nog, als de onze gaan stil staan.
Wij zullen ze horen luiden.

A. (Apeldoorn) S

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 november 1953

De Wekker | 4 Pagina's

Naäman - bemoedigd of het klokgelui op zijn pad

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 november 1953

De Wekker | 4 Pagina's