Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Heilige Geest en het Geloof V

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Heilige Geest en het Geloof V

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het geloof ziet op Christus.
Nu kan het zijn, dat door opvoeding eigenlijk de Christus zo in nevelen is gehuld, dat het een aparte openbaring wordt voor de gelovige, dat Christus werkelijkheid is. Wanneer alleen maar de verschrikkingen van dood en hel, alleen maar de strenge eisen van een vergeldend God zijn voorgesteld in ons jonge leven, dan is daardoor ons Godsbegrip scheef getrokken. We hebben God gezien buiten Christus. En dan is Hij alleen maar een verterend vuur.
Waarachtig geloof werkt naar kennis van Christus.
Maar Christus is Geneesmeester. En waar geen kwalen gevoeld worden, kan Christus geen genezing brengen.
Daarom is alle begin van geestelijk leven de kennis van de zonde. Het is dan ook het speciale werk des Heiligen Geestes om te overtuigen van de zonde. Die overtuiging is van zeer ontdekkende kracht. Als we geloven mogen, dan hebben we daarom nog geen zelfkennis.
Vandaar dat ontledigende, ontdekkende, uitbrandende werk van de Heilige Geest.
Als dat Woord tot ons komt met de Geest, dan worden de schuilhoeken van ons hart blootgelegd. Eerst proberen we een helpende Zaligmaker te bezitten. Maar we moeten een plaatsbekledende Borg hebben. Vandaar dat de ontdekking zo nodig is. Vermoeid en belast zijn behoort tot de uitgangen van het geloof. Geloof heeft het op heiligheid gezet. Ongeloof en natuurlijk bestaan op onheiligheid. Zonde is een zaak van ons hart. En als we nu zoveel liefde aan God geven, als we aan de zonde geven, dan is het genoeg.
We zijn geheel en al saam getweend met de zonde. Zonde, wereld en ons hart vormen een eenheid.
Al zien we een bloedende Heere Jezus in Gethsemane, dan kiezen we nog de zonde ...
Al zien we de hel voor ons, dan kiezen we nog de zonde ...
Aan deze dingen moeten we ontdekt worden! David wist het ook niet. Maar als God Nathan gaat zenden (als God Zijn Woord gaat zenden) dan gaan er zekere dingen gebeuren. Dan boort de Geest door tot de diepste roerselen van zijn bestaan. Dan wordt hij doorgelicht tot de eerste wording van zijn embryonisch leven. Dan is hij geheel en al verloren en verdorven en gans melaats. Dan moet het zwaarste offer, dat van de hysop, eraan te pas komen. Dan is hij schuldig als een, die onrein is van een dode.
Deze ontdekking des geloofs, is die der liefde tevens. Dan krijgen we zulk een eerbied en zulk een heilig ontzag voor de waardigheid Gods, dat we ons schamen vanwege onze onheiligheid voor Hem.
Het overtuigen van zonde door de Heilige Geest noemt Calvijn een „geslacht worden door het zwaard van de Geest, om tot niet te worden."
David heeft in ieder geval in Psalm 51 herroepen, dat hij zichzelf kan leven. „De offeranden Gods zijn een verbroken hart."
David zal wel niet meer gezegd hebben: „Hoe heb ik nu toch zoiets kunnen doen." Hij zal voortaan wel zeggen: „Heere, U kunt van alles van mij verwachten. Neem daarom Uw Heilige Geest niet van mij."

Die zondekennis is het werk van de Heilige Geest in het geloof. Daardoor worden we vermoeid en belast. Daardoor wordt Christus ons noodzakelijk.
Ik raad dan ook ieder aan, die wel over Christus spreekt, maar niets kent van deze vermoeidheid, om toch zichzelf te onderzoeken, of wel waarlijk Christus gekend wordt. En als u mij vraagt, hoe diep dan die zondekennis wel moet wezen, dan antwoord ik: Zo diep, dat ge Jezus Christus nodig hebt; dat is diep genoeg.
Dit heeft met z.g.n. wettisch-heid niets te maken. Het evangelie is tegelijk ook wet en de Wet brengt tot het evangelie. God wondt ons om ons te helen en toont ons onze ellende, om tot Hem te vluchten. Dat is het speciale werk van de Heilige Geest en Hij sluit daarbij de zekerheid van het geloof niet uit. Deze zekerheid n.l.: dat Gods woord de waarheid is, dat zonde zonde is, dat schuld, die ik maakte, ook door mij betaald moet worden. Het geloof weet deze dingen zeker.

's-Gravenhage, L.S. den Boer..

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 november 1954

De Wekker | 4 Pagina's

De Heilige Geest en het Geloof V

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 november 1954

De Wekker | 4 Pagina's