Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Uitstorting van de Heilige Geest gezien en gehoord (Pinksteren)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Uitstorting van de Heilige Geest gezien en gehoord (Pinksteren)

Hij de beloften des Heiligen Geestes ontvangen hebbende van de Vader, heeft dit uitgestort, dat gij nu ziet en hoort. Hand. 2:33.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christus is verhoogd aan de rechterhand Gods.
Hij heeft uitgestort, wat op de Pinksterdag werd gezien en gehoord.
Hij deed het, Jezus Christus, Die de belofte des Heiligen Geestes ontvangen had van de Vader.
Er zijn vele beloften Gods. Wij denken aan de Moederbelofte, te lezen tussen de vloekspraken; wij denken aan al de messiaanse beloften en ook aan de belofte van de Heilige Geest.
Al die beloften zullen wij naar de rijke inhoud niet leren kennen en niet deelachtig worden, dan door de werking van de Heilige Geest.
Wanneer wij die werking deelachtig worden, zullen wij dat in de vrucht openbaren. Het zal gehoord en gezien worden.
Die belofte heeft Jezus van de Vader ontvangen. De Vader gaf Zijn Zoon. Christus is nu bij God; dat is de Vrede bij God voor allen, die uit het geloof gerechtvaardigd zijn. En in Christus hebben zij de toegang tot de Vader. Het vaderhart staat voor hen open. Hij is verzoend. Die Vader geeft nu de Geest der aanneming tot kinderen, door Wien die kinderen leren spreken: Abba, Vader.
Jezus nam die Geest en stortte Hem uit.
In het midden van een biddende gemeente. Die gemeente zal wel gepleit hebben op de heilsbeloften des Heeren. In die biddende gemeente werd gezien en gehoord dat de Heilige Geest er werkzaam was. Die biddende gemeente openbaarde waar het hart naar uitging, waar de schat van haar hart lag.
De hemelse Vader zal de Heilige Geest schenken aan allen, die Hem er zó om bidden.
Jezus heeft de Heilige Geest in die biddende kerk uitgestort.
Dat werd gezien en gehoord. Het bewijs van de werkelijkheid werd dus geleverd.
Gehoord werd de wind. Plotseling als een opstekende wind, daalde de Heilige Geest in de kerk. Die Geest werkt vrijmachtig, krachtig, ontblotend, uitzuiverend, als de wind. De energieën van de Heilige Geest zijn geweldig.
Gezien werden de vurige tongen. De Heilige Geest geeft te spreken; Hij geeft te spreken, vurig te spreken; Hij geeft te spreken in vele talen. Hij geeft Godverheerlijkend te spreken. Van nature is onze tong ontstoken van de hel. Wanneer de Heilige Geest ons herschept en onze tong aanraakt met een kool van Christus' altaar, gaan wij spreken de taal des Geestes, zullen wij verkondigen, de grote werken Gods. De Heilige Geest neemt dan bezit van ons hart, vernieuwt dat hart, herschept het tot een woning, waarin de Vader en de Zoon intrek nemen.
Die Geest vervult het huis der kerk en het hart van Gods kinderen.
Dan verheerlijkt Hij Christus, zoals in de preek van Petrus duidelijk blijkt. Dan worden de grote werken Gods ook in ons openbaar.
Gezien en gehoord worden zij.
Het is niet zo eenvoudig om dat uitstorten van de Heilige Geest te verstaan. Het is immers een feit dat de HEERE onder het Oude Verbond ook reeds de Heilige Geest in het midden van Zijn volk stelde en dat die Heilige Geest werkte in de harten der gelovigen. Wat betekent dan die daad van Jezus? Hij stortte de Heilige Geest uit op de Pinksterdag.
Onder het Oude Verbond leefde het bondsvolk onder voogden en verzorgers. Ook Gods kinderen waren daaraan onderworpen. Bij elke zonde en bij elke aparte godsdienstige handeling eiste de wet bepaalde handelingen. Altijd stond men onder die toeziende en eisende voogden. Nooit ontkwam men er aan. Men was als onmondige kinderen, die wel een grote erfenis ontvangen hadden, maar nog niet mondig waren. Zij moeten telkens maar tot die voogden opzien en de hand naar die verzorgers uitstrekken, al bezitten zij een heel kapitaal, een grote erfenis.
De Heilige Geest is de Geest der vrijmaking, de Geest der aanneming tot kinderen; d.w.z. dat die Geest de kinderen brengt tot mondigheid. De Heilige Schrift noemt allen, die levendgemaakt zijn, kinderen, geborenen; die Schrift zegt ook dat de Geest hen moet brengen tot het verstaan dat zij in Jezus Christus zonen zijn, mondige kinderen, die mogen en moeten spreken: Abba, Vader.
De Heilige Geest zucht in de gelovigen dat voor; Hij leert hen zo roepen. Door dat werk van de Heilige Geest leren zij ook vrijmoedig getuigen: Abba, Vader. Zij zeggen het zo maar niet; zij leren het spreken op de school van de Heilige Geest.
Die mondige kinderen mogen vrij beschikken over de erfenis. Zij mogen er uit leven.
Gehoord en gezien wordt dan dat zij mondige kinderen zijn.
Gehoord en gezien wordt dan dat zij delen in de belofte des Heiligen Geestes, welke Jezus ontvangen heeft van de Vader.
Gehoord en gezien wordt dan dat zij bezitten de Geest der aanneming tot kinderen.
Dan verstaan zij ook het paasfeest, zoals Petrus het op de Pinksterdag verstond.
Dan zeggen zij maar niet: Abba, Vader, maar dan eren zij de Vader en betonen zij mondige kinderen te zijn.
Dat is een rijke weldaad. In de laatste bedeling, de bedeling van de Heilige Geest, de bedeling, in welke wij leven, moet de Heilige Geest dus de kerk van Christus brengen tot die mondigheid.
Worden bij ons de energieën van de Heilige Geest openbaar? Wordt Zijn werk in ons gezien en gehoord? De vruchten des Geestes zijn tegenwoordig niet zo zichtbaar. Veeleer blijkt de invloed van de wereld in de kerk en in de gezinnen. Vergeten wij niet dat zonder wedergeboorte niemand het koninkrijk Gods zal ingaan. Niemand verschuile zich achter zijn onmacht, want de energieën des Geestes zijn machtig genoeg om uw hart te vernieuwen.
Laten wij ook niet zo vormelijk spreken van onze Vader op grond van allerlei redeneringen. Wij moeten ontvangen hebben de Geest der aanneming tot kinderen.
De levendgemaakten zijn geestelijke worstelaars. Zij worden dikwerf door de pijlen van satan getroffen; zij worden dikwerf her- en derwaarts geslingerd in ongeloof. De geest der dienstbaarheid houdt hen gevangen. Daarom hebben zij nodig de Geest der aanneming tot kinderen. Pinksteren wordt dan doorleefd. En Pasen wordt dan verstaan.
Zij zullen dan zelf zien en horen, en anderen laten zien en horen, wat het is vrijgemaakt te zijn door Gods Geest en in heilige verwondering te mogen aanbidden: Abba, Vader!
Is het zo Pinksterfeest voor ons geworden?

v.d. M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1956

De Wekker | 4 Pagina's

De Uitstorting van de Heilige Geest gezien en gehoord (Pinksteren)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 1956

De Wekker | 4 Pagina's