Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toelichting op de Kerkorde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toelichting op de Kerkorde

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder het opschrift: Adviserende leden luidt artikel 42 van de Kerkorde: Waar in een gemeente meer dan één dienaar des Woords is, mogen zij, die niet volgens het voorgaande artikel afgevaardigd zijn, met adviserende stem op de classicale vergadering verschijnen.
Dit artikel heeft een lange historie. Het is geheel in overeenstemming met wat de synode van Dordrecht in 1578 bepaalde. Zij sprak uit: Wt een yeghelicke ghemeynte sal een Dienaar des woordts met een Ouderlinck op de classicale versamelinghe verschynen. Ende hoewel alle Dienaers dier classe, als oock alle Ouderlinghen der plaetse daer de versamelinghe ghehouden wordt in den Classen moghen koemen, soo en sullen nochtans niet meer dan twee van den Kerckenraet daertoe vercoren wt een yeghelycke ghemeynte kuerstemmen hebben. Dit besluit van de Dordtse synode was volkomen in de lijn van wat de eerste synode van Nederlandse kerken, wegens de vervolgingen buiten onze grenzen te Emden in 1571 gehouden, als grondregel had aanvaard: Gheen Kercke sal over een ander Kercke, gheen Dienaar des Woorts, gheen Ouderlinck, noch Diaken sal d'een over d'ander heerschappie voeren, maar een yeghelijck zal hen voor alle suspicien, ende aenlockinge om te heerschappen wachten.
Terecht meende de Dordtse synode van 1578, dat de grotere kerken met meer predikanten de kleinere zouden overheersen, indien al de predikanten (en ook ouderlingen) van deze grotere kerken in de classicale vergaderingen verschenen met beslissende stem. Wel werd de aanwezigheid van deze niet-afgevaardigde predikanten der grotere kerken op prijs gesteld, en dat om verschillende redenen, maar zij mochten toch maar alleen adviserende stem hebben.
Dit was echter niet naar de zin van vele predikanten. Telkens werden dan ook pogingen aangewend om verandering te brengen en aan al de predikanten der classis keurstem, d.w.z. beslissende stem, te verlenen. De synode van Zuid- Holland, gehouden te Schoonhoven, 1597, besloot de zaak op de nationale synode te brengen, (die pas in 1618 kon worden gehouden!), acta art. 44. Op de Zeeuwse synode van Tholen, 1602, waren zelfs twee breedvoerige rapporten over deze zaak. Het ene rapport, uit naam van dertien kerken op Walcheren uitgebracht, verdedigde sterk het standpunt, door de synode van Dordrecht in 1578 ingenomen. Dit rapport beslaat 12 gedrukte bladzijden. Met klem van redenen en met een beroep ook op buitenlandse gereformeerde kerken wordt het beginsel verdedigd, dat alle kerken gelijkberechtigd zijn en dat daarom de grotere kerken niet meer afgevaardigden met keurstem mogen zenden dan de kleine kerken. Van 2 predikanten was een tegenovergesteld rapport ingekomen, 10 gedrukte bladzijden groot. Zij wilden alle predikanten keurstem geven.
De synode van Tholen nam een bemiddelend standpunt in en besloot, dat alle predikanten in de classicale vergadering mochten verschijnen en een beslissende stem mochten hebben in de algemene zaken der kerk. In 1610 kwam de zaak weer ter sprake op de synode te Veere, maar deze besloot bij het bepaalde in 1602 te blijven. Het werd nu hoe langer hoe meer gewoonte om van het besluit van Dordrecht, 1578, af te wijken. In vele classen kregen alle predikanten keurstem. Dit was wel enigszins begrijpelijk, omdat er bij vele ouderlingen en ook bij vele predikanten op de dorpen grote onkunde heerste en de predikanten der grote plaatsen meestal veel beter onderlegd waren, maar het was toch in strijd met de grondregel van de gereformeerde kerkregering, dat geen kerk over een andere kerk zal heersen. De bekende synode van Dordrecht, 1618/19, heeft, helaas, deze verkeerde practijk gesanctionneerd en artikel 42 van haar Kerkorde aldus geredigeerd: In een plaats, waar meer Predikanten zijn dan één, zullen die al te zamen in de Classis mogen verschijnen en keurstemmen hebben, ten ware in zaken, die hunne personen of Kerken aangaan.
Hierbij merken we het volgende op.
1. Het beginsel van de gelijkheid der kerken werd door dit besluit doorbroken. Meer stemmen hebben betekent meer macht hebben, zoals ook het rapport van de 13 kerken op Walcheren zegt. Aan de grondregel van het gereformeerd kerkrecht werd aldus geweld aangedaan. De Dordtse synode van 1618/19 is mede hierdoor oorzaak geworden, dat de kerken in ons land steeds meer dominees-kerken werden, mee door het feit, dat wat van de predikanten gold, niet van toepassing werd geacht op de ouderlingen.
2. De laatste zin van artikel 42, zoals Dordt, 1618/19, dit formuleerde, past niet in dit artikel en is dan ook terecht door onze synode van 1934 naar artikel 33 overgebracht.
Terecht heeft onze synode van 1925 de verkeerde bepaling afgeschaft en is zij teruggekeerd tot de bepaling van1578, zodat nu de predikanten, die niet afgevaardigd zijn, in de classisvergadering mogen komen en, als ze gevraagd worden, advies mogen geven, acta synodi 1925, art. 52.

A. (Apeldoorn), H.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 november 1956

De Wekker | 4 Pagina's

Toelichting op de Kerkorde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 november 1956

De Wekker | 4 Pagina's