Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Levend Christendom 10

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Levend Christendom 10

Daders der wet

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een der brieven werd nadruk gelegd op de heiligmaking. Inderdaad geloven wij dat dit niet overbodig is. Enkele teksten worden in die brief onderstreept.
Daders der wet: beoefenaars van de practijk der godzaligheid.
In de brief van Jacobus lezen wij: Die van zijn broeder kwalijk spreekt, die spreekt kwalijk van de wet en oordeelt de wet. Indien gij de wet oordeelt, zo zijt gij geen dader der wet, maar een rechter. (4 :11). Wij moeten de naaste liefhebben, dan veroordelen wij Gods wet niet. Dan zijn wij ook daders van het woord. (1 :22). Dan zijn wij geen vergeetachtige hoorder, maar een dader. (1 :25).
Opmerkelijk is ook het woord: want de hoorders der wet zijn niet rechtvaardig, maar de daders der wet. (Rom. 2 : 13). Ook dit woord kan gemakkelijk worden misverstaan. Allerminst zegt dit woord dat de rechtvaardigheid is uit de werken der wet, dus niet alleen uit het geloof. Dat wordt nergens in de Bijbel geleerd. Wie wordt gerechtvaardigd? Die in Gods gericht vrij uitgaat. Nooit zullen wij alleen om de kennis van de wet en van de waarheid gerechtvaardigd worden. Wij zullen aan de rechtseis moeten voldoen en dan volmaakt. Nooit kan dus iemand uit de werken der wet worden gerechtvaardigd. Alleen zij, die in Christus zijn, zijn rechtvaardig voor God. Maar of wij gerechtvaardigd zijn moet blijken in de openbaring van een levend christendom. Rom. 2 :13 moet dus niet verkeerd worden toegepast.
Daders der wet moeten wij zijn in de practijk des geloofs. Dan zullen wij ook leren verdragen en stil lijden. Want dat is genade, indien iemand om het geweten voor God zwarigheid verdraagt, lijdende ten onrechte. Want wat lof is het, indien gij verdraagt als gij zondigt en daarover geslagen wordt? Maar indien gij verdraagt als gij wel doet, dat is genade bij God. Want hiertoe zijt gij geroepen, terwijl ook Christus voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, opdat gij Zijn voetstappen zoudt navolgen. (1 Petr. 2 :19-21).
Ook dit woord is van rijke betekenis voor de practijk der godzaligheid. Levend christendom openbaart zich naar de Schrift en zal dus ook leren verdragen. Gods gunst rust op hen, die beoefenen wat dit Schriftwoord zegt. Nu moeten wij ook hier zeer zeker letten op het verband (dat wijst op de verhouding van slaaf en heer) doch dat neemt de lering voor ons er niet uit weg.
Misschien zijn er onder de lezers die verdragen moeten en lijden onder valse beschuldigingen. Als uw leven dan maar is naar het voorbeeld van Christus. Vergeten wij dus ook niet dat de godsvrucht moet opbloeien uit de enige Wortel: Christus.
Dan is er ook de ware geloofsgehoorzaamheid (Rom. 1:5) en capituleren wij geheel voor Christus. (2 Cor. 10 : 5). Dan beoefenen wij de ware heiligmaking (2 Cor. 7 :1). De heilige wandel moet worden betoond en alle onreinheid moet worden weggedaan.
In een ontvangen brief lezen wij: „Wanneer je bij anderen aanklopt over de noodzaak van een nauw leven dan krijg je meermalen in je eigen hart te zien hoezeer dat ernstige ernst maken van met een waarachtig hart, dat volkomen met de Heere is, je ontbreekt." Inderdaad zal dat de ervaring zijn.
Paulus schreef: Maar ik bedwing mijn lichaam en breng het tot dienstbaarheid, opdat ik niet enigszins, daar ik anderen gepredikt heb, zelf verwerpelijk worde. (1 Cor. 5 :27). De apostel wil een levende, een beproefd strijder zijn. Dan zal Hij in de gerichtsdag niet beschaamd staan.
Levend christendom openbaart zich in vruchten des geloofs. Dat is wat anders dan werkheiligheid.
Levend christendom leert verdragen. Wij hebben elkander te verdragen, wat niet inhoudt de zonde goed praten. Wanneer de Schrift zegt: Daarom neemt elkander aan, gelijk ook Christus ons aangenomen heeft tot heerlijkheid Gods (Rom. 15 :7) wil dat niet maar zeggen: je moet de mens maar nemen zoals hij is. God heeft in Christus zondaren aangenomen tot Zijn kinderen uit de joden en uit de heidenen. Voor God zijn wij allen gelijk. Nu zijn er „sterken en zwakken". Die moeten elkander verdragen in de zaken waarover verschil van gedachten is en waarover de Schrift direct geen uitspraak doet.
Levend christendom openbaren allen, die daders der wet zijn, daders des Woords, in bijbelse zin.
Het is wel noodzakelijk om op de heiligmaking des levens meer nadruk te leggen. Leerden de kinderen Gods meer verdragen overeenkomstig de schriftuurlijke gedachte van Gods Woord, dan zou er al heel wat ellende weggenomen zijn.
Maar bedenken wij wel dat vroom betoon van het vlees geen ware godsvrucht is en in wezen alles mist wat levend christendom bezit. Verdragen en lijden wij onschuldig in een rein geweten voor God?

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1957

De Wekker | 4 Pagina's

Levend Christendom 10

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1957

De Wekker | 4 Pagina's