Gebedsgenezing! (I)

Het is een opmerkelijk feit dat bepaalde geestelijke stromingen telkens weer in de geschiedenis opduiken. Vooral na geweldige gebeurtenissen is er altijd weer een hunkering naar het geheimzinnige, een teruggrijpen naar wat geweest is. Bekend is het feit dat er in de loop der eeuwen een zeer groot aantal gebedsgenezers of beter gezegd geloofsgenezers zijn geweest. Nu moeten wij in de beoordeling van hun optreden en in de wijze waarop zo genezing zoeken wel onderscheiden. Er zijn er onder hen, die van het gebruik van medicijnen en het raadplegen van doktoren absoluut niet willen weten. Anderen echter staan het gebruik van medicijnen wel toe en erkennen wel geneesheren. Het is dan echter alleen bij gebrek aan voldoende geloof. Zo heel eenvoudig is het dan ook nog niet om een omschrijving te geven wat wij onder gebeds- of geloofsgenezing moeten verstaan. Temeer valt dat niet mee omdat hun „profeten" zelf in hun beschouwing nogal uit één lopen. Het is een heel verschil of men b.v. Mevr. Eddy of Blumhardt citeert. Wij kunnen echter de beweging van Eddy of de Christian Scientes wel buiten beschouwing laten. Aangezien de Christian Scientes niet overeenkomt met de grondwaarheden van het Christelijk geloof omdat zij uitgaat van het pantheïsme. Zij ontkent de werkelijkheid van zonde, ziekte en lijden. Anders staat het echter met oprechte gelovige zieken die toch vasthouden aan en leven bij de genezing op het gebed. Ook onder hen zijn er die alle nadruk leggen op de bestrijding der zonde en als vrucht op de belijdenis der zonde de genezing des lichaams.
Onder gebedsgenezing of genezing op het gelovig gebed verstaan wij een religieus verschijnsel. De genezers op het gebed beroepen zich op de Bijbel en behoren tot de orthodoxen die geloven in de inspiratie van de Heilige Schrift. Het is hun positieve overtuiging dat zij zich naar de Heilige Schrift gedragen en in de juiste richting werken. Zij zijn van oordeel dat de Heere in Zijn Woord niet slechts het wonder meedeelt, maar ook voor alle geslachten en tijden bewaart. Gebedsgenezing is ook het zoeken van herstel door het wonder. Dit is een trek, die het menselijk hart toespreekt. Het heimwee naar het wonder leeft in menige ziel. Alles is toch uit het wonder voortgekomen en wij grenzen door het geloof vlak aan de wereld, waar geen natuurwetten gelden als bij ons. Waar een mens door het geloof aan die wereld verbonden werd, ligt het voor de hand dat hij de krachten uit de wereld van hoger orde wil laten gelden voor het herstel in eigen wereld, en dan wel zeer bijzonder voor alle gebreken van het lichaam. Ieder Christen, in de rijke betekenis van Zondag 12 (H. Cat.) verwacht de genezing van God, evengoed als de onderhouding van alle dingen door Hem. Tegen alles wat de gezondheid bedreigt heeft de Heere middelen gegeven. Men wil als men consequent is dan alleen weten van de genezing op het gebed. Geen geneesheren, geen ziekenhuizen, geen geneesmiddelen. Alleen het gelovig gebed en daardoor keert de ondermijnde gezondheid in volle kracht terug. Geloof en gebed, ziet daar de 2 grondbeginselen die moeten worden toegepast in de genezing van zieken.
Nu moeten wij de grote betekenis van het gebed en van het geloof nimmer onderschatten. Wij leven veel te weinig bij de kracht van het geloof en het gebed. Het gebed en het geloof zijn niet van elkaar te scheiden. Het gebed moet zijn een gelovig spreken met de Heere.
De Heiland sprak zelf het gouden woord: „Alle dingen zijn mogelijk dengene die gelooft". Het bidden moet echter zijn overeenkomstig de wil van God. Bidden naar Zijn wil. Nu is het wat dit betreft geen vraag, wanneer dit geestelijke zaken geldt. Wanneer we bidden om wedergeboorte, bekering, geloof, en de heiligmaking, om in alles te leven naar de wil en de wet des Heeren, dan verhoort God zulk bidden. Dit is met recht bidden naar de geopenbaarde wil des Heeren. Dan toch geldt: „Opent Uwen mond, eist van Mij vrijmoedig, op Mijn trouw verbond, al wat U ontbreekt schenk Ik, zo gij het smeekt mild en overvloedig". Het is dan de Geest Gods die met hen meebidt. Ook onder dit bidden moet het waarachtig geloof beoefend worden dat God het ons schenkt om Christus' wil. Veler gebedsleven is vruchteloos omdat het met geloof niet gepaard gaat. Het geloof is een zeer grote kracht, wanneer wij het mogen beoefenen op de juiste wijze. Jezus zegt niet zonder reden: „Wanneer gij een geloof bezat als een mosterdzaad, gij zoudt tegen deze berg zeggen: wordt opgeheven en in de zee geworpen." Door het geloof kunnen ontzaglijk veel moeilijkheden worden overwonnen en grote krachten worden gedaan. Wat dit betreft moeten wij maar eens Hebr. 11 lezen. Wat waren die helden en heldinnen kolossaal in hun werkzaamheden. Trouwens wat God geeft moet machtig zijn. Het gebed door hun gewrocht, het geloof door Hem geschonken moet krachtig zijn door Woord en Daad. Zullen wij echter gebed en geloof werkelijk doorleven, dan moeten wij dicht bij de Gever van beide leven. Dat er zoveel schraalheid is op het terrein van het geestelijk leven komt omdat wij lang niet genoeg bij de bron verkeren. Is dan elk gebed naar de wil Gods?
Kunnen wij op elk gebed verhoring krijgen? Geldt dat ook naar de zijde van Gods verborgen wil? Is het gebed opgezonden in dagen van ziekte, zó, dat God het verhoort? Heeft de gebedsgenezing altijd Gods Woord op de hand? Wij trachten in enkele artikelen iets te schrijven over de z.g. gebedsgenezing. Wij vragen eerst: Wat zegt de Heilige Schrift, vervolgens nemen wij een kijkje in de rijke geschiedenis, om in een paar artikelen onze conclusie te trekken.

O. (Ouderkerk aan de Amstel) v. Dijken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen