Een weduwe spreekt
Een weduwe schrijft: „Ik ben pas 60 jaar geworden, en nu ontvang ik van de Raad van Arbeid een zekere weduwe-rente, omdat mijn man destijds rentezegels geplakt heeft. Daar mag ik nu de vruchten van plukken.
Ik schrijf u dit, omdat er misschien meer weduwen zijn, die 60 jaar zijn geworden. Als dan de overleden man vrijwillig of verplicht rentezegels heeft geplakt bij zijn leven, hebben zij recht op weduwenrente.
Zij moeten dit echter zelf aanvragen. Wordt het te laat aangevraagd dan ontstaan er moeilijkheden.
Nu ik die rente ontvang wil ik enkele christelijke instellingen een kleinigheid geven. Ook de Emeritus-predikanten, weduwen en wezen.
Ik heb u ƒ 5.— gegireerd. Veel kan het niet zijn, daar ik, als zovelen, behoor tot de vergeten groepen. Maar als ieder lid der kerk, bij verhoging van zijn inkomen, de kerk in haar geheel gedenkt, zal zij niet meer met tekorten hebben te kampen" .....
Dit schrijft mij een „arme" weduwe, maar die blijk geeft rijk in God te zijn. Zijn er meer zulke weduwen, die menig echtpaar, in goede doen, beschamen?
Zijn er ook geen jonge mensen, die nog niet getrouwd zijn, die ook hier beschaamd staan?
Nog eens: „Als ieder lid der kerk, hij verhoging van zijn inkomen, de kerk in haar geheel gedenkt, zal zij niet meer met tekorten hebben te kampen".
Men neme nota van deze weduwe-stem. Dit is beter dan bij moeilijkheden het eerst te bezuinigen op de kerkelijke bijdragen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 maart 1958
De Wekker | 4 Pagina's