Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vereenzaming

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenzaming

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veel mensen klagen in onze tijd over eenzaamheid. Men voelt zich eenzaam in de massa, temidden waarvan men zich bevindt en waarvan men deel uitmaakt.
Men kan zelfs spreken van de eenzaamheid als een kenmerk van de moderne mens. Dat betekent natuurlijk niet, dat alle mensen, die nu leven, op gelijke wijze zijn vereenzaamd. Maar wel is zij een zo veelvuldig verschijnsel onder de huidige mensheid, dat van een kenmerk van onze tijd kan worden gesproken.
Het komt misschien sommigen iets verwonderlijk voor. De mensen hebben door allerlei moderne communicatiemiddelen nog nooit zo dicht bij elkaar gestaan als thans. Onze tijd wordt gekenmerkt door allerlei vergaderingen en organisaties. De mensen wonen in de moderne steden opgepakt bij elkaar en zitten gezin aan gezin in de hedendaagse flats.
De mensen komen elkaar gedurig tegen: op dezelfde trap, in hetzelfde kantoor en in dezelfde fabriek.
En toch kan men de klacht over eenzaamheid en vereenzaming veelvuldig en allerwege horen.
Ze is zelfs karakteristiek voor de moderne wijsbegeerte, met name voor de existentie-filosofie, zoals die belichaamd is in figuren als Heidegger, Sartre e.a.
Naar de opvatting van Sartre is de mens in wezen volstrekt eenzaam, opgesloten in zichzelf, niet in staat om de ander werkelijk te ontmoeten. De mens, die de ander zoekt, wordt telkens op zichzelf weer teruggeworpen.
Ook in de moderne literatuur keert dit thema steeds terug. Eveneens in de kunst, met name ook in de schilderkunst.
De mens, die met anderen in een drukke stad woont of met velen werkt op dezelfde fabriek, voelt zich innerlijk eenzaam. Er zijn geen werkelijke banden. De mens voelt zich innerlijk vervreemd van de hem omringende wereld. Hij voelt zich met zijn eigen bestaan, met zijn eigen noden en vragen alleen.
Hieruit komen voort allerlei gevoelens van angst, onrust, onzekerheid en vertwijfeling. Daarmee hangt ook samen, dat er in onze tijd zoveel zenuwpatiënten zijn en dat de zenuwartsen het zo druk hebben. Men voelt zich alleen, men zoekt contact, men wil zich uitspreken.
Hier ligt vandaag ook de kern van het sociale vraagstuk. Er is een tijd geweest, dat de kern van het maatschappelijk vraagstuk was de bevordering van het stoffelijk welzijn van de mens.
De mens moest worden bevrijd van zijn materiële nood. Hij moest worden uitgeheven uit zijn maatschappelijke armoede en ellende.
Nu, na ongeveer 50 jaar strijd, zijn deze idealen voor een groot deel vervuld. De maatschappelijke positie van de mens is belangrijk verbeterd.
Door een stelsel van sociale zekerheden is de vroegere bestaansonzekerheid grotendeels opgelost.
Maar nu is een ander sociaal vraagstuk opgekomen. Dat vraagstuk richt zich niet meer op de materiële positie van de mens, maar op zijn geestelijk-zedelijk belang.
De vroegere voorzitter van het C.N.V., de heer M. Ruppert, heeft het in een van zijn redes eens zo geformuleerd, dat het eigenlijke sociale vraagstuk niet alleen en zelfs niet in de eerste plaats een materieel probleem is, een kwestie van een gulden of een dollar meer per uur, maar een zedelijk vraagstuk, een probleem van menselijke verhoudingen. Bij het sociale vraagstuk van vandaag, zo sprak hij, gaat het om de vraag, hoe een nietig menselijk schepsel nog in staat is te leven in een reusachtige maatschappij.
De moderne mens wordt verslonden in de massa, hij dreigt doodgedrukt te worden tussen zijn eigen uitvindingen en ontdekkingen.
Bij de strijd om vooruitgang en welvaart is de ziel, de persoonlijkheid, het geestelijk-zijn van de mens tekort gekomen.
Hier ligt ten diepste de oorzaak van de vereenzaming van de moderne mens. Het probleem, waarmee we hier te maken krijgen, is ten diepste geen maatschappelijk, maar een religieus probleem.
De diepste wortel van het vereenzamingsproces is de religieuze ontworteling van de moderne mens. De mens is vervreemd van God. Aan zijn horizontale vervreemding in het vlak van de menselijke verhoudingen ligt de verticale vervreemding in het vlak van zijn verhouding tot God ten grondslag.
Historisch gezien ligt hier een heel proces. Onze moderne cultuur is maar niet zo uit de lucht komen vallen. Zij heeft een geschiedenis.
Het rationalisme en het individualisme uit de vorige eeuw laten nog hun invloeden gelden.
De mens verhief zijn rede tot hoogste norm en maakte zich los van God en diens Woord. De mens werd autonoom, d.w.z. hij werd zichzelf tot wet.
Ieder mens, ieder individu werd als het ware een god in het diepst van zijn bestaan en zo ontstond het individualisme.
Dit rationalisme en dit individualisme heeft de mens vervreemd van God en van Zijn Woord en van Zijn Kerk. Zij zijn de stuwende krachten geweest van de huidige verwereldlijking.
De mens wilde zichzelf zijn, los van wie ook. In de politiek openbaarde deze stroming zich als het liberalisme, waardoor de maatschappij werd gezien als een samenvoeging van allemaal losse individuen, die ieder op eigen wijze en naar eigen inzicht eigen belang moesten zoeken te bevorderen.
De mens brak met tradities, de normen van goed en kwaad werden op losse schroeven gezet en elke religieuze waarde werd geminacht.
Dit alles zijn de diepste oorzaken van de vervreemding van de moderne mens.
Daarom zijn ook alle pogingen, die worden aangewend om de mens van zijn vereenzaming te verlossen, waarbij met genoemde grondoorzaken geen rekening wordt gehouden, bij voorbaat tot een mislukking gedoemd.
Men kan dan hoogstens komen tot uiterlijke veranderingen en zelfs verbeteringen, maar kan de eigenlijke, de diepste nood van de mens niet tot een oplossing brengen.
De mens zal moeten terugkeren tot waar hij afgedwaald is. Eerst wanneer de mens God in Jezus Christus terugvindt is zijn vereenzaming principieel overwonnen. Dan ontstaat een gemeenzaamheid, die sterk genoeg is om een eventuele eenzaamheid in het horizontale vlak te dragen.
Dan wordt het geheim ervaren van wat H.K.H. Prinses Wilhelmina zo fijn in de titel van haar boek heeft tot uitdrukking gebracht: eenzaam maar niet alleen.
Deze gemeenzaamheid doorbreekt ook elk zondig individualisme en maakt open voor de medemens in een gemeenzame relatie tot hem.
Het is toch altijd nog zo, dat de eerste en de tweede tafel der wet bij elkaar behoren.
Wie God kwijt raakt, raakt ook zijn naaste kwijt. Maar die God vindt, vindt ook zijn naaste terug.

Oosterhoff.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1960

De Wekker | 4 Pagina's

Vereenzaming

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1960

De Wekker | 4 Pagina's