Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Oude Testament een Joods boek?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Oude Testament een Joods boek?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er zijn de eeuwen door mensen geweest, die slechts weinig waardering konden opbrengen voor het Oude Testament. Zo men al niet wilde ontkennen dat er ook uit het Oude Testament wel iets te leren valt, kon men het toch niet een plaats toekennen, gelijkwaardig aan die van het Nieuwe Testament.
Het Oude Testament zou in geestelijk en zedelijk opzicht lager staan dan het Nieuwe Testament. Men zag het Oude als een specifiek Joods boek in tegenstelling met het Nieuwe Testament, dat bij uitstek de Bijbel van de Christelijke kerk werd genoemd.
Reeds in de tweede eeuw na Chr. beschouwde het Gnosticisme het O.T. als een product van een demiurg, een lagere God dan de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, die Zich in het N.T. openbaart.
Bekend is ook de persoon van Marcion uit diezelfde tijd, die het O.T. verwierp als een „Jodenbijbel" tegelijk met de God van het O.T., die hij stelde als een strenge, jaloerse, harde en wrede God tegenover de God van het N.T. als de God van de liefde.
Uit de vorige eeuw kan men de namen noemen van Friedrich Delitzsch, die beweerde, dat de God van het O.T. niets te maken heeft met de Vader van Jezus Christus in het N.T., en van Adolf von Harnack, die het een bewijs van een kerkelijke en religieuze verlamming achtte, dat de Christelijke kerk thans nog vasthoudt aan het O.T. als Woord van God. Voor Schleiermacher stonden de dingen principieel niet anders.
In onze eeuw was er in de tijd van het nationaal-socialisme in Duitsland een sterke stroming, die ijverde voor de afschaffing van het O.T. Dat was het boek van de Joden en men wilde met niet één ding, dat met het Joodse volk had uit te staan, te maken hebben.
Gelukkig worden in onze tijd dergelijke stemmen weinig meer vernomen. Vooral na de oorlog heeft er allerwege een nieuwe bezinning op het O.T. plaats gehad en zijn velen er de ogen voor opengegaan, dat het God Zelf is, die ook vandaag nog door dat deel van Zijn openbaring spreekt tot Zijn kerk.
Maar toch vergist men zich schromelijk, wanneer men meent, dat bovengenoemde onderwaardering van het O.T. geheel is uitgestorven.
Dat bleek mij uit een artikel van ds. A.M. v.d. Laar Krafft in het blad „In de Waagschaal" van 1 okt. j.l.
De redactie verklaart uitdrukkelijk, dat zij dit artikel niet heeft geplaatst, omdat zij het er mee eens is, maar omdat zij de schrijver de gelegenheid niet wilde onthouden om te zeggen wat hem blijkbaar zo na aan het hart ligt en vooral ook omdat het misverstand, waarin hij blijkt gevangen te zijn, nog zo taai en algemeen verbreid is.
De schrijver noemt het O.T. een specifiek Joods boek. Dit laatste wil volgens hem zeggen, dat het doortrokken is van Joods-nationalistische en Joods-culturele tendenzen. Ook de ethiek is Joods, ja zelfs de religie. Ten onrechte doet men volgens hem van Christelijke zijde alsof „de God Israels" precies dezelfde is als „de God en Vader van onze Heer Jezus Christus".
Wanneer men het O.T. wil gebruiken om voortdurend te wijzen op de voorbereiding tot het Christendom en de inleiding er toe, kan de schrijver daarmee volkomen accoord gaan. Maar om van de Oud-Testamentische figuren christelijke „heiligen" te maken, wat volgens hem maar al te vaak geschiedt, noemt hij beslist fout. Ook om allerlei verhalen uit het Oude Testament, die door en door Joods en vóór-christelijk zijn, modern te gaan verpsychologiseren ten einde ze voor ons thans aannemelijk te maken, lijkt hem niets. Vooral tegenover de jeugd zou er heel wat gezondigd zijn met al die ver-christelijkte Oud-Testamentische verhalen.
De schrijver meent zelfs, dat door het O.T. het Christendom voor een groot deel ver-joodst is in de verkeerde zin. De Reformatie zou daartoe niet weinig hebben bijgedragen, vooral de calvinistische. Hoe dat precies zit weet hij niet een, twee, drie te zeggen. Maar hij meent, dat een figuur als John Knox, de Schotse reformator, van wie hij zegt enige studie te hebben gemaakt, eigenlijk van een Oud-Testamentische allure is, meer Joods dan Christelijk.
Tenslotte merkt hij op, dat het dooreenhalen van het Joodse element met het Christelijke het Christendom veel schade heeft gedaan en dat nog steeds doet. Het artikel wordt besloten met de woorden: „Het wordt tijd dat het christendom pur sang christelijk wordt. En dat kunnen we alleen uit het Nieuwe Testament leren. Nergens anders".
De redactie plaatst onder het artikel een naschrift. Zij schrijft: „Wie dacht, dat het misverstand omtrent de verhouding van Oud en Nieuw Testament, alsof deze in hoofdzaak een tegenstelling zou zijn, nu eindelijk wel eens uit de wereld zou wezen, vergist zich blijkbaar. Bovenstaand artikel toont, hoe hardnekkig dit misverstand is".
Inderdaad blijkt het eeuwenoude misverstand hardnekkig te zijn. Het O.T. wordt een Joods boek genoemd. Maar niemand minder dan Jezus Christus heeft dit „Joodse boek" aanvaard als het Woord Gods. Hij zegt in betrekking tot het O.T., dat de Schrift niet kan gebroken worden. Joh. 10:35. En voor de Christenen van het N.T. was er geen twijfel, dat het O.T. het Woord van God is. Zij hebben in de lijn van Christus' onderwijs daarin meer gezien dan een Joods boek en hebben, toen zij zich langzamerhand distantieerden van allerlei Joodse instellingen en gebruiken, aan het O.T. als Woord Gods vastgehouden.
Niet alleen in het Nieuwe, maar ook in het Oude Testament ontvangen we openbaring Gods. Zeker, die openbaring komt tot ons in Israëlietische vormen. Gods openbaring is niet tijdloos en vormloos. God is met Zijn openbaring ingegaan in de geschiedenis van Israël en de vorm, waarin de Oudtestamentische openbaring tot ons komt, draagt daarvan de sporen.
Verder moeten we rekening houden met een geschiedenis van Gods openbaring. De Oudtestamentische openbaring is nog niet in alles aan de Nieuwtestamentische gelijk. We ontvangen in het N.T. een volheid, die wij in het O.T. nog niet bezitten. Daarom kunnen we ook niet zonder het N.T. Christus is gekomen om de wet en de profeten d.i. het O.T. te vervullen. Dat wil zeggen, dat Christus het O.T. tot zijn volheid brengt.
Dat houdt in dat we ook allerlei Oudtestamentische figuren niet mogen verchristelijken. Dat spreekt vanzelf. Simson was geen Nieuwtestamentische ouderling.
Dat dit wel eens gedaan is en dat daarbij de geschiedenis van Gods openbaring uit het oog verloren is, zegt niets tegen het O.T. En stellig mogen we allerlei Oudtestamentische figuren niet ver-psychologiseren, maar dat mag men evenmin doen met de figuren uit het N.T.
Als de schrijver zegt, dat de Christelijke kerk ten onrechte doet alsof „de God van Israël" dezelfde is als „de God en Vader van onze Heer Jezus Christus", dan is het antwoord, dat zij dat doet in navolging van haar Heiland en Koning.
Wie redeneert als boven genoemd schrijver verliest niet alleen het O.T., maar ook het N.T. en zelfs de Christus van het N.T. Die kan zich hoogstens nog een Christus van eigen makelij overhouden, maar heeft de Christus der Schriften verloochend.
En als men per se wil spreken van het Joods karakter van het O.T. dan is het N.T. niet minder Joods. Christus zelf was uit de Joden en het N.T. is zonder het Oude niet te verstaan. Het is daarin zelfs geheel gedrenkt. We zijn in het N.T. niet op Griekse, maar evenzeer als in het O.T. op Israëlietisch-Joodse bodem.
Wanneer tenslotte gesproken wordt van Joodse tendenzen in het Christendom en met name in de Reformatie, dan hangt dat samen met een identificering van O.T. en Jodendom, welke én historisch én principieel gezien er volkomen naast is.
De opmerking, dat het O.T. een Joods boek is, miskent het openbaringskarakter van het O.T. en verloochent de God van het O.T. als de God en Vader van Jezus Christus.

Oosterhoff.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1960

De Wekker | 8 Pagina's

Het Oude Testament een Joods boek?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1960

De Wekker | 8 Pagina's