Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De orde des heils (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De orde des heils (1)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het fundament
Alle heil voor tijd en eeuwigheid rust op een hecht fundament.
Het fundament van Gods verkiezende liefde!
Alle verdienste van de mens valt hier buiten. Hier glanst alleen de liefde van het vrije, souvereine welbehagen Gods!
In dit verband spreekt men wel over: de vóór-verordinering des heils als een werk van God de Vader, God de Zoon, en God de Heilige Geest. In God de Vader zien wij dan het centrale punt van het willen der zaligheid. In God de Zoon van het verwerven der zaligheid, en in God de Heilige Geest van de toepassing der zaligheid.
Deze vóór-verordinering des heils zien wij bovendien vastgelegd in een Verbond, n.l. in het Verbond der verlossing of de Raad des Vredes.
Zo heeft de zaligheid van de kerk een hecht fundament, waarvan de Schrift getuigt: „Want bergen zullen wijken en heuvelen wankelen, maar Mijne goedertierenheid zal van u niet wijken en het Verbond Mijns vredes zal niet wankelen, zegt de HEERE uw ontfermer".
Alleen wanneer ons levenshuis, het huis onzer hope voor de eeuwigheid, op dat fundament gebouwd mag zijn, dan is er gegronde verwachting voor een zalige toekomst!
Anders niet!
Het huis van de dwaze bouwer geeft daarvan een ontstellend voorbeeld. Al was dat huis in zijn opbouw nog zo schoon, toen de stormen en slagregens kwamen is dat huis gevallen en zijn val was groot!
Zo gaat het in de allereerste plaats om dat fundament, en dan lees ik op dat fundament: de vóór-verordinering des heils!
Ik zie het Verbond des Vredes.
Ik zie het boek des levens en des Lams.
Ik denk aan het woord der Schrift: „Evenwel, het vaste fundament Gods staat, hebbende dit zegel: De Heere kent degenen, die de Zijnen zijn".
De vastheid van dit fundament gaat nog duidelijker tot ons spreken, wanneer wij letten ook op de verwerving des heils!
Het vóór-verordineerde heil, de zaligheid der kerk, moest worden verdiend! De rechterlijke deugden Gods moesten voldoening ontvangen. Alleen zó zou de zaligheid der kerk tot verheerlijking Gods kunnen zijn.
En hoe kon dat verdienen nu geschieden?
Alleen door het werk van Christus!
Alle werk van de mens valt hier buiten!
Wij kunnen aan het recht Gods geen voldoening geven. Wij kunnen Gode het rantsoen niet geven. Wij kunnen geen penning van onze schuld betalen. Wat zal een mens geven tot lossing van zijn ziel?
Wij maken onze schuld dagelijks groter!
Maar nu spreekt dat fundament ook over het werk van Christus! En Zijn werk. Zijn priesterlijk borgtochtelijk werk, is een volmaakt werk, zó volmaakt, dat God de Vader Zijn voldoening kon uitspreken over het borgtochtelijke werk van Zijn Zoon.
Niets van de mens kan er bij; niets van de mens behoeft er bij! „En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing die in Christus Jezus is".

De toepassing des heils
Is het werk van Christus alzo een volmaakt werk te noemen, wat betreft de verwerving des heils, dit volmaakte werk van Christus moet ook in het hart des zondaars worden toegepast!
Buiten deze toepassing staat het werk van Christus buiten ons!
Kunnen wij over het werk van Christus horen, de rijkdom daarvan zien, maar wij delen er niet in, het staat buiten ons bezit!
De volmaaktheid van Christus' werk moet ons deelachtig worden gemaakt!
Beslist hier dan niet de wil of het werk van de mens?
Pelegiaan en Remonstrant antwoorden hierop bevestigend.
In de mens zou dan het geestelijk vermogen moeten worden gezocht de verdiende zaligheid aan te nemen of te verwerpen!
Het zalig worden of het niet zalig worden wordt afhankelijk gesteld van de wil, het werk des mensen!
Het fundament der zaligheid wordt hier miskend, onteerd, en de zekerheid der zaligheid tot een onmogelijkheid gemaakt.
De wil des mensen immers is verkeerd, al zijn werken zijn met zonden besmet, „onbekwaam", zo zegt onze belijdenis, „tot enig zaligmakend goed, geneigd tot alle kwaad, dood in zonden en slaven der zonden. En willen noch kunnen tot God niet wederkeren, noch hunnen verdorvene natuur verbeteren, noch zichzelven tot de verbetering daarvan schikken, zonder de genade des wederbarende Heiligen Geestes " (D.L.R. 4 : 3).
Zo is tot zaligheid ook het toepassende werk des Geestes nodig! ,,En niemand kan zeggen Jezus de Heere te zijn dan door de Heilige Geest".
Het fundament der zaligheid krijgt zo al rijker en heerlijker glans, wanneer wij daarop lezen ook dit woord; de toepassing des heils!
Wij denken dan aan het genadewerk des Heilige Geestes en tevens aan het woord: „Die zal Mij verheerlijken, want Hij zal het uit het Mijne nemen, en zal het u verkondigen".

Een keten met gouden schalmen
Wanneer de Schrift ons de toepassing des heils laat zien, dan tekent zij ons een zekere weg, waarlangs deze toepassing geschiedt.
Wij spreken dan wel over: de weg des heils; de orde des heils.
Ook wordt wel gesproken over: de keten des heils!
Hoort u maar: „En die Hij te voren verordinerend heeft, deze heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, deze heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, deze heeft Hij ook verheerlijkt".
Hier ziet u eerst het fundament: de vóór-verordinering, en dan die keten met gouden schalmen: roeping, rechtvaardigmaking, heerlijkmaking.
De centrale schakel is hier de rechtvaardigmaking.
Rondom deze centrale schakel spreekt de Schrift vervolgens over de heilsweldaden van: de wedergeboorte, de bekering, het geloof, de heiligmaking. De gouden keten des heils in zijn geheel overziende, spreekt deze ons dan over: de roeping, de wedergeboorte, de bekering, het geloof, de rechtvaardigmaking, de heiligmaking, en ten slotte over de heerlijkmaking.
Deze heerlijkmaking sluit dan ook in: de opstanding uit de doden en het eeuwige leven.
Deze heilsorde is naar de eenvoudige gegevens der Schrift en niet naar het speculatieve denken van de mens. Wij doen goed ons aan die eenvoudige gegevens der Schrift te houden en dan vraagt deze orde des heils onze aandacht voor de weg waarlangs de Geest van Christus de verdienste van Christus in het hart verklaart en tot het wezenlijke doel leidt, n.l. de verzoening met God en het herstel in de gunst en de gemeenschap met God.
Van belang is in dit verband, dat na het volbrachte werk van Christus op de aarde de Geest van Christus is gekomen tot de aarde.
Met welk doel?
Om Christus en Zijn volmaakt bprgtochtelijk werk te verheerlijken in het zondaarshart. Om zondaren in gemeenschap met Christus te brengen tot de gemeenschap met God!
Is dit doel bereikt, dan zal niet alleen de Vader, niet alleen de Zoon, maar-dan zal ook de Heilige Geest kunnen spreken: Het is volbracht!
Het doel is bereikt, en dan zal God Drieënig alles kunnen zijn in allen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1963

De Wekker | 8 Pagina's

De orde des heils (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1963

De Wekker | 8 Pagina's