Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jubileum

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jubileum

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Volgende week woensdag hoopt de ,,Vereniging van Diakonieën tot oprichting en instandhouding van een Weeshuis voor de wezenverzorging der Chr. Geref. Kerken in Nederland" haar 50-jarig jubileum feestelijk te Utrecht in Tivoli te vieren. Ieder die belangstelling heeft voor het werk der vereniging wordt daarbij hartelijk uitgenodigd.
Men zou kunnen vragen of zulk een feestelijk vieren van dit jubileum wel op zijn plaats is. Past dit wel bij al het huiselijk en echtelijk leed dat op de achtergrond staat van het werk der vereniging en dat in het leven der kinderen, die verzorgd worden, zulke diepe sporen heeft getrokken?
Stellig kan bij de vreugde van het jubileum al dit leed niet vergeten worden.
Maar toch mag de vereniging dankbaar gedenken de zegen die God haar geschonken heeft.
Er is in de geschiedenis van de 50 jaar in het werk der vereniging veel teleurstelling ondervonden. Het is soms bijzonder moeilijk geweest, het was vaak een tasten en zoeken en er is ook wel eens verkeerd getast. Er is heus geen reden tot roemen in zichzelf. Maar niettemin heeft de vereniging onder Gods zegen op haar beurt zegen mogen verspreiden. Zij heeft getracht in het leven van kinderen, die hun ouders of althans de liefdevolle verzorging der ouders missen, de opdracht van Christus te vervullen.
Het werk der vereniging is geboren uit een diakonale bewogenheid. Geen filantropie was de drijfveer, maar de gehoorzaamheid aan Jezus Christus, in wiens dienst de diaken staan mag. Deze heeft immers in het ambt, dat hij ontving, iets te doen doorstralen van de bewogenheid van de Heiland met de nood der mensen en ook niet in het minst met de nood der kinderen. Iets daarvan heeft de vereniging mogen realiseren.
Dankbaar mogen we gedenken dat thans 50 jaar geleden diakenen van onze kerken hun taak in het gemis van ouderdervende kinderen recht hebben gezien.
Ze hebben hun roeping verstaan en ondanks alle moeilijkheden gezocht deze in de concrete situatie te vervullen.
Op 27 maart 1913 werd de vereniging opgericht.
Het eerste overleg dateert van 10 oktober 1912. Aan de avond van die dag kwamen de diakonieën van Dordrecht en Den Haag in de Haagse consistoriekamer bijeen voor een bespreking. Het waren zeven mannen. Twee Dordtse diakenen, de broeders Van Herwijnen en Besterveld, in gezelschap van hun predikant ds Den Boer en de voltallige diakonie. van Den Haag, de broeders Van den Hurk, Wanders, Van Leeuwen en Beket.
Aanleiding tot deze vergadering was dat een vader met vier kinderen uit Dordt overkwam naar 's-Gravenhage, en wel onder bijzondere omstandigheden. De kinderen misten de zorg van hun moeder, daar deze haar man verlaten had. De kinderen werden verzorgd in het weeshuis te Brielle.
Tot dusver had de Dordtse diakonie voor hen betaald en nu was de vraag aan de orde of Den Haag voortaan zou betalen. Deze kwestie was echter ter vergadering spoedig afgehandeld. Den Haag nam de zorg over. Het ging toen dus ook al om wat men tegenwoordig noemt „moderne wezen".
Zo „modern" zijn de kinderen, die door echtelijke onenigheid de zorg van vader of moeder of van beiden moeten missen, niet!
Er kwam echter op genoemde vergadering nog een andere vraag ter tafel, die gesteld werd door de diakenen van Den Haag, namelijk hoe men dacht over de oprichting van een Rust- en Weeshuis voor de behoeftige ouden van dagen en voor wezen uit de Chr. Geref. Kerken.
Ook de andere broeders voelden daar voor en men sprak meteen de wenselijkheid uit dat dit een inrichting behoorde te zijn voor de gehele kerk in ons land, dat zij behoorde te staan in het centrum van het land en dat alle diakonieën de handen zouden ineenslaan om het doel te bereiken.
Zou er echter bij andere diakonieën belangstelling bestaan voor deze zaak? Na enige voorvergaderingen komen op 27 maart 1913 in Utrecht, aan de Wittevrouwensingel, zestien diakonieën bij elkaar.
Men besluit tot oprichting van een weeshuis. De diakonieën sluiten zich aaneen en stichten de ,,Vereniging van Diakonieën tot oprichting en instandhouding van een weeshuis voor de wezenverzorging der Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland".
Men kan over de organisatievorm verschillend denken. Herhaaldelijk is getracht de zaak der wezenverzorging te laten verrichten door de Gen. Synode via een deputaatschap. Telkens weer is dit afgewezen. De wezenverzorging werd gezien als een taak van de diakonieën.
Op zichzelf is het mogelijk dat een weeshuis zelfs uitgaat van particuliere leden der kerk. Maar wordt niet de diakenen bijzonder opgedragen de verdrukten te hulp te komen, de weduwen en wezen te verzorgen, weldadigheid te bewijzen aan alle mensen inzonderheid aan de huisgenoten des geloofs (formulier van bevestiging der diakenen)?
In 1924 werd te Soestdijk het weeshuis geopend. In 1934 werd het gebouw aan het Predikherenkerkhof in Utrecht betrokken, dat thans nog in gebruik is. Of het nog aan zijn doel beantwoordt?
Van een Haagse broeder ontving de redactie dezer dagen een ingezonden stuk voor de Wekker. Uit hoofde van zijn beroep moest hij in Utrecht zijn en enkele uren wachten. Hij besloot zijn tijd nuttig te maken en eens naar het kindertehuis tè gaan. Hij belde aan en werd vriendelijk ontvangen door mej. van Wingerden. Hem werd het gehele huis getoond en hij schrijft daarvan zeer geschrokken te zijn.
Hij acht het in „één woord diep beschamend voor Chr. Geref. Nederland zulk êén kindertehuis te bezitten!" Heet van de naald- zendt hij zijn ingezonden, dat ik mede door de lengte niet kon opnemen.
Maar genoemde broeder wil een sterk beroep doen op de kerken om voor een beter tehuis te zorgen! Ik geloof ook wel dat dit nodig is. Toch moeten we niet overdrijven. Het bestuur heeft altijd al zijn best gedaan om het gebouw zo goed mogelijk te doen zijn. Het heeft daarbij moeten roeien met de riemen die het had. In de laatste jaren zijn verscheidene verbeteringen aangebracht.
Natuurlijk moet er in de toekomst iets gebeuren. Het bestuur van het kindertehuis, dat door de vereniging van diakonieën wordt benoemd, staat echter voor moeilijke vragen. Temeer daar het niet nauwkeurig weet hoe het werk zich in de toekomst gaat ontwikkelen.
De vereniging is thans voogdijvoerend en het tehuis werd goedgekeurd voor de verzorging van overheidspupillen. De verzoeken om opname zijn voor het merendeel thans van overheidsorganen afkomstig. Het aantal kinderen dat in pleeggezinnen wordt ondergebracht is groter dan het aantal kinderen in het tehuis. In de toekomst zal de zgn. gezinsverpleging ongetwijfeld in betekenis toenemen. Als opvang- en observatiecentrum zal het opvoedings- en verzorgingshuis een belangrijke taak behouden.
De arbeid der vereniging behoeft het meeleven en het gebed van de kerken.
Op 23 oktober a.s. staat de vereniging en haar arbeid in het middelpunt van de aandacht. Dat is goed. We zijn blij met de blijden en we hopen dat er nieuwe contacten mogen volgen. Dankbaar gedenken we wat God gaf. Moge de vereniging in geloof en gehoorzaamheid haar taak ook in de toekomst blijven vervullen. Gods rijke zegen vergezelle haar.
Tenslotte wijs ik op het jubileumboek, dat ter gelegenheid van het jubileum uitkwam. Het ziet er in zijn geplastificeerde omslag fris uit. De titel luidt: Om het kind.
Het gaat immers in het werk der vereniging om het kind. Om dit in een wereld vol haat en desillusies iets te doen gevoelen van de liefde van Christus, die het tot Zich roept en nimmer teleurstelt.
Over de inhoud van het boek dit: Drs. A.C. de Geus te Utrecht schreef een historisch overzicht. De directrice van het kindertehuis, Mej. van Wingerden, laat zien hoe het thans in het tehuis reilt en zeilt. Mej. Mr. M.P. van der Schaaf, secretaresse van het kindertehuisbestuur, en de heer Drs. H.D. Scholten, psychologisch adviseur, geven een inzicht in de juridische en psychologische vraagstukken, die met de verzorging van het kind in nood samenhangen, terwijl tenslotte de voorzitter van het bestuur, de heer H. v.d. Molen, zijn aandacht richt op de toekomst.
Een inleidend woord is van de hand van Mr. M.V. van de Werk, vice-president van de Arrondissementsrechtbank te Utrecht.
Het boekje, dat 52 pagina's telt, is geïllustreerd met tekeningen van Bert Bonman en kost slechts ƒ 3,50. Die prijs is uiterst laag gehouden.
U kunt bestellen bij de heer C. Drieënhuizen, Prins Hendrikstraat 117, Den Haag, of bij de plaatselijke correspondent.
Bestel spoedig en we zullen hopen tot woensdag in Utrecht.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1963

De Wekker | 8 Pagina's

Jubileum

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1963

De Wekker | 8 Pagina's