Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Paaszekerheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Paaszekerheid

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En indien Christus niet opgewekt is, zo is dan onze prediking ijdel en ijdel is ook uw geloof. Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden .. . 1 Cor. 15:14 en 20

We mogen het na Pasen weer weten, zeker weten: Jezus leeft!

Het opstandingsevangelie is maar niet een verhaal om de onsterfelijkheid van het leven uit te drukken, geen kunstig verdichte fabel, maar Pasen is een feit.
Het is het machtige heilsfeit Gods.
Hij, dezelfde die geleden heeft en gestorven is voor onze zonden, naar de Schriften, Hij is begraven en is opgewekt ten derden dage, naar de Schriften.
Paulus begint in 1 Cor, 15 aan zijn lezers dat bekende, dat niet twijfelachtige evangelie in enkele hoofdpunten in herinnering te brengen. Zo heeft hij het zelf ontvangen en zo mag hij het doorgeven. Zo hebben ze het in de gemeente van Corinthe gehoord en geloofd. Gods Geest heeft, door de kracht daarvan, hen het uitzicht op de overwinnende zaligheid gegeven.
Dit feit staat voor hem onomstootbaar vast. Een reeks van getuigen voert hij aan, waarvan Paulus zelf de laatste is.
Alles wat hij is en doen mag voor het Rijk van die heerlijke Koning, dankt hij alleen aan Hem!
Als er één is, die verwoed gestreden heeft tegen deze waarheid dat Jezus leeft, dan is het Saulus geweest in zijn eertijds. Hij wilde niet anders geloven, dan de leugen van Pasen: Jezus is dood, zijn discipelen hebben zijn lichaam gestolen.
Totdat op Damascus' weg de levende Jezus hem tegenkwam en hij daar de goddelijke werkelijkheid gewaar werd, een angstwekkende en toch zo heerlijke ontdekking en het gebed uit zijn ziel welt: wie zijt Gij Heere?
Toen heeft de zelfgenoegzame Farizeer Gods wonderbare genadeweg leren verstaan, iets gesmaakt van die onbegrijpelijke liefde Gods in Jezus Christus geopenbaard.
Hij, de Christus Gods, de van eeuwigheid gezalfde, heeft als de Knecht des Heeren, in volmaakte gehoorzaamheid aan de Vader, al het werk dat Hem gegeven was te doen tot verlossing van de Zijnen, volbracht.
Daartoe, overgeleverd om onze zonden, is Hij de lijdensweg gegaan tot in de dood. Hij heeft zijn dierbaar bloed ingedragen in het binnenste heiligdom bij God. En waar geen offer ooit voldoen kon voor onze zonden, daar is dit offer niet bij God veracht geweest! De Vader heeft Zijn werk volkomen bevonden. Engelen breken de verzegelde poort van de dood open in die lichte morgen. En opgewekt, daar de schuld van al Zijn volk nu uit Gods boek is gedaan, leeft die Vorst altoos, leeft Hij eindeloos! Nergens anders kan het geloof uit leven, nergens anders kan de hoop uit putten, dan uit een levende, overwinnende Borg, die een volkomen werk gedaan heeft, die de dood gedood heeft en de verschrikking van het graf weggenomen en het leven bereid heeft allen die Hem liefhebben, leven door geen dood bedreigd, leven tot in eeuwigheid.
Alleen in die levende Zaligmaker, die overwinnaar van dood en graf ligt de levende hoop voor allen die hier op weg zijn naar het graf en door Zijn genade en Geest in Zijn dood gedood, nu leven mogen met Hem, in Hem, met een heimwee om straks naar lichaam en ziel volmaakt, eeuwig door Hem geleid te worden en verzadigd uit de levende fonteinen der wateren.
Wie durft beweren dat er voor hen die in Christus zijn geen toekomst is, dat de doden niet opgewekt zullen worden?
Als dat zo is, dan is Christus - Hij was immers ook waarachtig mens; óók niet opgewekt. En indien Christus niet opgewekt is, dan is de dood nog oppermachtig, dan is de oorzaak van de dood - de zondeschuld - niet weggenomen, dan is het evangelie zinloos, dan is de prediking ijdel, zonder inhoud. Dan heeft uw geloof geen zin. Dan heeft de Christus in de volvoering van het heilsplan Gods gefaald, dan zijt ge nog in uw zonden.
Dan zijn allen verloren die in Christus ontslapen zijn. Als dan toch de dood het laatste woord nog heeft, dan is de hoop, die we in dit leven dan al op Christus mogen hebben, een ijdele hoop die straks in het bangste uur van de dood beschaamt.
Dan zijn we de ellendigste van alle mensen!
Maar nu - en Paulus schrijft het met absolute zekerheid! - het is Pasen geweest, op grond van het volbrachte werk van de volkomen Borg op Golgotha is de dood zijn prooi reeds ontnomen! Christus is opgewekt uit de doden en de eersteling geworden dergenen die ontslapen zijn. En op de eersteling volgt de volle oogst!
Pasen, Gods werk in Hem, de Overwinnaar van dood en graf, is de zekerheid dat het geloof geen fictie is, dat de toekomst wacht van leven en zaligheid.
Leven wij nu ook na Pasen uit de levende, overwinnende Heiland, die voor mensen, die dagelijks de nederlaag in zichzelf leren lijden, de kroon verworven heeft?
Of leven we uit een dode Jezus?
Dat is een Borg, naar Wie uw ziel uitgaat, die wel gestorven is op Golgotha, en bij tijden moogt u geloven, dat Hij daar ook uw zonden droeg en dan kan uw hart vol worden van die gadeloze liefde, maar...
Als u ziet op uzelf, op de zonde, die nog woelt in uw hart, op de zwakheid van uw geloof en de onvolmaaktheid van uw liefde, als u denkt aan de dood .. . ach, dan kan het niet!
Nee, dan kunt ú het ook niet, maar dat behoeft Gode zij dank ook niet! HIJ deed het, en zal het doen. Zijn overwinning is zeker, en alleen door het geloof in Hem, levend uit dat wonder van Zijn genade, moogt ge met blijdschap weten, dat de dood verslonden is tot overwinning!
Gods werk. Zijn kerk, uw zaak, strijdend kind des Heeren, ligt vast in de overwinnaarshanden van de Levensvorst.
Het is Pasen geweest, de Heere is waarlijk opgestaan.
Ieder die door genade weet wat sterven met Hem is, zal leven!
Leven, ook al wenkt het graf, want de doden zullen opgewekt worden.
Die in Christus is, is een nieuw schepsel, de dood heerst niet meer over hem!

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 april 1966

De Wekker | 8 Pagina's

Paaszekerheid

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 april 1966

De Wekker | 8 Pagina's