Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gesterkt door genade. Uitgave Stichting-Uitgeverij „De Vuurbaak", postbus 155 Groningen. Geschreven door de predikanten ds. G. Zomer, ds. C.J. Smelik en ds M.K. Drost, prijs ƒ 8,90, leden ƒ 6,90.
In zijn frisse wit-blauwe omslag is dit boek van 175 blz. een prettige verschijning. Ook de druk is zeer verzorgd en leest gemakkelijk.
Het is wat men wel noemt een „belijdenisboek", uit te reiken bij de openbare belijdenis in de gemeente of als geschenk bij die gelegenheid.
Dit onderwerp is al van verschillende zijden benaderd in dergelijke uitgaven. Hier wordt het wel origineel gedaan. In driemaal drie hoofdstukken wordt achtereenvolgens gesproken over de betekenis van de prediking, de doop en het avondmaal tot versterking van het geloof. Dit is een juiste bijbelse en confessionele lijn, want inderdaad wil de Heere God daardoor het hart sterken met zijn genade.
Vooral in de eerste beide hoofddelen wordt veel schriftuitleg gegeven, waarin op duidelijke wijze het onderwerp prediking en doop belicht wordt. Het minst geslaagde vind ik het derde deel, dat over het H. Avondmaal spreekt en voor mijn besef te weinig de Schrift laat spreken.
Wie de schrijvers niet kent moge weten dat dit een geschrift van — ik mag dat wel ze zeggen — „Vrijgemaakte" zijde is. Bij het lezen bemerkt men dit wel, want er wordt nogal eens herinnerd aan de reformatie van '44. Op het standpunt van de schrijvers begrijpelijk.
Ik heb in dit werk vele schone bladzijden gelezen, die de rijkdom van de middelen der genade op bijbelse wijze in het licht stellen. Zij geven inzicht in de schatten, die de God der genade in deze genademiddelen gegeven heeft en die wij nooit hoog genoeg kunnen waarderen, omdat het Hem behaagt daardoor het hart te sterken door genade.
Toch bleven er enkele vragen bij mij. Wat het eerste deel over de prediking betreft is teveel in de schaduw gebleven dat ook op het erf van het verbond de genade des geloofs gewerkt wordt door de prediking. De opzet van het werk brengt mee dat nadruk valt op het sterken, maar wanneer de Schrift en ook de confessie „werken" des geloofs en het „sterken" daarvan zo nauw verbinden, mocht van het eerste wel iets meer gezegd zijn. Ik denk aan de uitdrukkingen in Znd. 25 antw. 65 van de Catechismus en aan Canones 3/4 § 17, waar sprake is van het evangelie als zaad der wedergeboorte en spijze der ziel. Daarin is toch wel onderscheid.
In wat de eerste schrijver over de betekenis van de bediening van het nieuwe verbond zegt, wanneer hij 2 Kor. 3 uitvoerig bespreekt, worden heilshistorisch gezien rijke dingen gezegd. Maar om op grond van dit hoofdstuk te concluderen tot een gelijkheid tussen de bediening des evangelies en de bediening des Geestes, waarover daar gesproken wordt, lijkt mij niet geoorloofd. Wat daar telkens nadrukkelijk als werk des Geestes genoemd wordt tegenover de bediening der wet, kan toch zonder meer niet gelijk gesteld worden met de verkondiging van het evangelie. Deze laatste wordt daar trouwens ook niet eenmaal nadrukkelijk genoemd.
Wel wordt daar in de tegenstelling Oud verbond (Mozes, letter) en Nieuw verbond (Christus, de Geest) een zeer nauw verband gesteld tussen Christus en de Heilige Geest, maar mag de Geest even onlosmakelijk verbonden worden aan het verkondigen van het Evangelie als Hij aan Christus verbonden is? Moet hier niet onderscheiden worden tussen het „getuigenis des evangelies" (Znd. 31, antw. 84) en het getuigenis des Geestes in ons. Wijzen ook de Canones 3/4 §11 niet in deze richting. En Lukas 24:44, 45? Op deze laatste plaats is onderscheid tussen opening der Schriften en opening van het verstand.
De recensie over dit werkje zou te lang worden wanneer ik nog nadruk zou leggen op wat de tweede schrijver naar mijn besef, sprekend over de doop te weinig zegt over de belofte des Geestes, dat Hij toeeigenen wil hetgeen wij in Christus hebben. Hij spreekt telkens, bij al het schriftuurlijke dat hij over de doop als bezegeling der belofte zegt, over „het gelovig gebruiken" van de doop. Maar valt hier, ook niet meer te zeggen over wat de Heilige Geest als toeeigening werkt?
De laatste schrijver wijdt in verband met het spreken over het H. Avondmaal een groot gedeelte aan de zelfbeproeving. Deze komt volgens hem neer op het zelfonderzoek of ik „een gehoorzaam bondeling" ben. Ik mis echter teveel een duidelijke aanwijzing wat dit nu is.
Het is niet uit zucht tot kritiek dat ik deze dingen zeg. Het is de vrees voor vervlakking, die mij dit doet opmerken. En dat niet alleen. Ik vraag mij vooral ook af of hier toch niet onvoldoende recht gedaan wordt aan wat Schrift en confessie in dezen zeggen.

Kremer.


Prins der Predikers. Het leven en de arbeid van ds Charles Haddon Spurgeon (1834-1891).Samengesteld door zijn echtgenote. In het Nederlands vertaald door Elisabeth Freystadt. Opnieuw voor de druk gereed gemaakt door ds. J. van der Haar. N.V. Uitgeverij „De Banier", Utrecht, 1966. Prijs geb. ƒ 14,—.
Van 1900-1902 verscheen in ons land een vierdelig werk over de bekende Spurgeon, onder de titel: Het leven van Charles Haddon Spurgeon. Naar bescheiden uit zijn dagboek. Aantekeningen en Brieven. Saamgesteld door zijne weduwe. Vertaald door Elisabeth Freystadt. Dit grote werk bevatte in totaal 106 hoofdstukken en had een omvang van 1236 bladzijden. Het was natuurlijk al lang uitverkocht en ook in de antiquarische boekhandel was het maar zelden te vinden. En toch zou het van belang zijn indien het leven van Spurgeon, deze grote in Gods Koninkrijk, weer eens in het licht werd getrokken door een her-uitgave van dit werk. Zulk een her-uitgave van dit werk in zijn volle omvang zou echter veel te kostbaar worden en daarom heeft men nu waarschijnlijk besloten een verkorte uitgave het licht te doen zien. Ds J. van der Haar heeft voor de verkorting gezorgd en de uitgeverij ,,De Banier" heeft er een prachtige uitgave van gemaakt, rijk geïllustreerd. Dit boek telt 40 hoofdstukken in 360 bladzijden. Het aantal hoofdstukken is dus veel geringer terwijl bovendien vele hoofdstukken ook nog bekort zijn. Het is dus wel een zeer verkorte uitgave van het oorspronkelijke werk, en niet maar, zoals de achterflap vermeldt, „enigszins verkort". Deze sterke bekorting had m.i. op het titelblad vermeld moeten worden.
Overigens ben ik erg blij dat dit werk over Spurgeon, deze buitengewoon begenadigde en talentvolle prediker van het Evangelie, opnieuw is uitgegeven. Wie van de ouderen heeft nooit van Spurgeon gehoord? Maar ik denk dat vele jongeren hem zelfs niet bij name kennen. En dat is jammer! Want deze Spurgeon heeft men, niet ten onrechte waarschijnlijk, de grootste prediker van de vorige eeuw genoemd. Reeds op 17-jarige leeftijd werd hij als predikant bevestigd! Het verhaal van zijn leven is buitengewoon boeiend en de lezing ervan verrijkt hoofd en hart. Daarom moeten ook, ja ik zou zeggen, vooral onze jongeren dit boek lezen — zij zullen ontdekken dat Spurgeon allesbehalve een femelaar was!
Over de uitvoering nog een enkel woord. Deze uitgeverij levert over 't algemeen zeer goed werk en mooi uitgevoerd, en ook dit boek mag er in veel opzichten zijn. Maar... toch vertoont het een hinderlijk gebrek. Boven schreef ik de titel af zoals we die op het titelblad vinden. En nu twee opmerkingen. Ten eerste: Spurgeon is niet in 1891 overleden maar in 1892. Ook op de flap staat zijn sterfjaar fout aangegeven. Ten tweede: er is verschil in titel tussen titelblad en rug (en flap.) De rug vermeldt: C. H. Spurgeon, Prins der Predikers. Ook op de flap. Waarom geen eenheid tussen titelblad en rug? Naar mijn mening had de titel op het titelblad eenvoudig moeten luiden: Het leven en de arbeid (enz.). Maar nogmaals, dringend en hartelijk aanbevolen!

A.(Apeldoorn), H.


Jaarboek voor de Protestantse Kerken in België 1966.Uitgever J.K. Overbeeke, Elisabethlaan 71, Berchem; prijs ƒ 10,— te voldoen door storting op giro 493563 t.n.v. ds. D. Suurmond te Purmerend.
De zeer aktieve heer Overbeeke zond ons dit keurig verzorgde jaarboek van het protestants kerkelijk leven van België. Het gaat hier dus niet om een jaarboek van één bepaalde kerk. Alles wat zich protestant noemt is in dit jaarboek te vinden tot de Pinkstergemeenten (12 dominaties) - toe. Uit een statistiek op de pag. 154-155 blijkt dat alle groepen etc. samen 43647 zielen groot zijn. Dus samen is het protestants kerkelijk leven in ons buurland nog kleiner dan de hele Chr. Geref. Kerk in Nederland.
Er wordt brede informatie gegeven. De samensteller heeft aan alles gedacht. Eerst een alfabetische lijst van de plaatsen, waarin een of meer kerken zijn gevestigd; dan een lijst van de verschillende kerkgemeenschappen; vervolgens een afdeling onderwijs, jeugdwerk en getuigenis, onderverdeeld in: Evangelisatie, Aalmoezeniers, Zending, Radio en televisie, koren en muziekverenigingen, diaconaal werk, inlichtingen betreffende pers, boekhandels en uitgevers. Het boek sluit met een lange lijst van predikanten, evangelisten en onderwijzers.
Het is duidelijk dat dit Jaarboek onmisbaar is voor iedere protestant in België en voor ieder in Nederland, die op enigerlei wijze met België te maken heeft. Stel u voor dat we in Nederland een jaarboek hadden waarin alle gegevens over het leven van de protestantse kerken en groepen te vinden was .. . Hoe dik zou dit boek wel niet moeten zijn.
Dit doet de gedachte bij ons opkomen: wat zijn we in Nederland rijk gezegend. Hoe diep heeft de Reformatie hier wortel geschoten. Wat is het in België lange tijd donker geweest!
In 1830 waren er minder dan tien kerken zonder enige maatschappelijke of culturele arbeid. Nu zijn er honderden plaatselijke kerken. Al is de verhouding van het aantal Protestanten in het geheel der bevolking zeer klein, de arbeid van de Kerken en instellingen als een zout en licht van het Evangelie is verhoudingsgewijs veel groter. Dankbaar nemen we nota van deze opmerking van de samensteller.
Toch blijft de vraag klemmen: wat doen wij voor België? De Geref. Gemeenten zijn in België present in Antwerpen-Merksen. Wat doen wij als Chr. Geref. Kerken? Wat kunnen we verantwoord doen? Over deze vraag wordt door meerderen gedacht. Misschien horen onze lezers hier nog t.z.t. meer van.
Graag vestigen we de aandacht van allen, die er belang in stellen, op dit Jaarboek, dat een bonte verscheidenheid van gegevens biedt.

J. H. V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 november 1966

De Wekker | 8 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 november 1966

De Wekker | 8 Pagina's