Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Redder en Rechter

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Redder en Rechter

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Plotseling zal tot Zijn tempel komen de Heere, die gij zoekt, namelijk de Engel des verbonds. Mal. 3:1.

De mensen in de dagen van de profeet Maleachi verwachtten de Messias.
De profeet zegt; Hij komt. Plotseling.
Hij komt als de Engel des verbonds.
En Hij komt tot Zijn tempel.
Hij komt allereerst tot Zijn eigen volk en tot Zijn eigen huis.
Hij komt als Redder.
U is heden geboren de Zaligmaker, zo klonk het kerstevangelie.
Want Hij is de Engel des Verbonds.
Hij vervult al de rijke beloften van het verbond van God voor al Zijn volk, vergeving van zonde en vrede, een volkomen verlossing.
Maar de Redder is Rechter tegelijk.
En dat vergaten de mensen uit de dagen van de profeet Maleachi. Tenminste als het henzelf betreft.
Ze zijn ontevreden over het bestuur van God.
Ze vinden dat de goddelozen er te best en zij er te slecht afkomen.
Ze houden zichzelf voor Godvrezenden. En Godvrezenden behoeven toch nooit te vrezen!
Ze begeren de Messias om gericht te oefenen over de goddelozen.
Waarom toeft God daarmee zo lang? Of is soms God dienen en Hem niet dienen lood om oud ijzer?
Ze willen de Messias als Rechter voor de goddelozen en als Redder voor henzelf.
Welnu, Hij komt, zegt de profeet, de Heer, die gij zoekt.
Hij komt, de Engel des verbonds, naar wie u uitziet.
Maar vergis u niet!
Het kan wel eens anders uitpakken dan u denkt.

De mensen in de dagen van de profeet Maleachi menen, dat de goddelozen veroordeeld en dat zij gered zullen worden, wanneer de Messias komt.
De profeet maakt hun duidelijk, dat de zaak zo niet ligt.
Wel zullen de goddelozen veroordeeld worden.
Het oordeel geldt de tovenaars, de echtbrekers, de meinedigen, hen, die het loon van de dagloner drukken, weduwe en wees verdrukken en de vreemdeling terzijde dringen. In één woord: hen, die God niet vrezen (vs. 5).
Zij, die wel God vrezen worden in het gericht gespaard. Zij zullen worden gespaard, zoals een man zijn zoon spaart (vs. 17).
Hun namen zijn geschreven in het boek des levens des Lams (Mal. 3 : 16; Dan. 12 :1 ; Luk. 10 :20; Phil. 4:3). En daaruit worden hun namen niet meer uitgewist (Openb. 3:5).
Over hen zal de zon der gerechtigheid opgaan (Mal. 4:2). Die gerechtigheid is het heil, waarin de Engel des verbonds naar Gods belofte hen doet delen. En die gerechtigheid zal zijn als een zon, in welks licht zij mogen wandelen (Ps. 97 : 11).
Maar niet allen die zichzelf godvrezend noemen, zijn het daarom ook. Men kan zich schromelijk bedriegen.
Het gericht gaat over alle mensen. Dat vergeten de ontevredenen in de dagen van Maleachi.
Zij maken van hun godvrezendheid een grond, maar het is een valse grond.

De Redder is Rechter tegelijk.
Hij kijkt door alles heen. Ook door alle schijnvroomheid.
Zijn gericht gaat niet alleen over de goddelozen, het gaat dwars door de godvrezenden heen.
Zijn gericht brengt scheiding tussen wat echt is en wat onecht is.
Het is als het vuur van de goudsmid en het loog van de bleker (vs. 2).
De goudsmid reinigt door het vuur het edel metaal van alle onzuivere bestanddelen. En de bleker reinigt met het scherpe loogzout de kledingstukken van het vuil.
Zo zal de Messias doen.
Hij redt als de Engel des verbonds. Maar Hij maakt ook scheiding tussen wat echt en onecht, wat zuiver en niet zuiver is.
Daarom zal men voor Hem echt en oprecht moeten zijn.
De ware godsvrucht openbaart zich in de ootmoed. En ootmoed is het besef van eigen onwaardigheid.
Dan maken we van onze godsvrucht geen grond. Die dat doet komt bedrogen uit.
De ware godsvrucht komt juist hierin uit, dat we geen waardigheid vinden in ons zelf, maar als arme zondaren het verwachten van de genade en de gerechtigheid van de Messias.
Dan verheffen we ons ook niet boven de goddelozen en verlangen we niet naar het oordeel over hen.
Dan weten we ons in onszelf goddelozen voor God.
Alleen in die weg is er verlossing.
Voor ootmoedigen heeft Christus het gericht op Zich genomen.
Dat mag ook de troost zijn op de laatste dag van het jaar 1967.
Een jaar van veel schuld ligt achter ons.
Laten we niet komen aandragen met onze godvrezendheid.
We mogen komen met onze schuld, als diep onwaardigen.
Maar ook in het vast vertrouwen dat de Rechter Redder is.

De mensen in de dagen van de profeet Maleachi verlangden naar de Messias.
Maar het was het ware verlangen niet.
De mensen moesten de ware ootmoed nog leren.
Wij mogen Christus zoeken: Hij is de Redder.
Dat mag onze troost op Oudejaarsavond zijn.
Moge de ware ootmoed ons hart vervullen. Zo mogen we Hem zoeken en verwachten.
De Redder is Rechter. Wee hen, die Hem in waarheid niet hebben gezocht.
De Rechter is ook Redder. Dat mag onze troost en blijdschap zijn.
Hij doet ons, schoon met schuld beladen, verzoend voor 't oog des Vaders trêen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1967

De Wekker | 8 Pagina's

Redder en Rechter

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1967

De Wekker | 8 Pagina's