Boekbespreking

Opstanding, verzinsel of werkelijkheid — A. de Ligny. Uitgave De Eenhoorn — Sint-Baafs-Vijve (België).
De auteur van het mooie boek „De tijd aller tijden”, predikant in Vlamingen, schrijft in dit boek over het feit en de betekenis van de Opstanding van Christus.
Men kan merken uit dit boek dat de 68-jarige schrijver de dood heeft opgenomen in de rekening van het leven en daarover veel heeft nagedacht. Het doet weldadig aan te lezen hoe de Ligny de werkelijkheid van Christus' opstanding handhaaft.
Het boek is duidelijk geboren uit de praktijk. Hier en daar is het wat breedsprakig. Iedere bladzijde is niet overtuigend. Het herinnert hier en daar aan de stijl en argumentatie van F. Bettex. Het boek zou nog sterker geweest zijn als de auteur op verschillende eigentijdse vragen was ingegaan. Maar dat neemt niet weg dat het een getuigend boek is. De laatste zin luidt: Opstanding is het machtig antwoord, het laatste woord der geschiedenis.

J.H.V.

Jong zijn nú. — Ds. Gabe van Duinen. Uitgave Wever te Franeker. Prijs ƒ 4,90.
De bekende schrijver-predikant geeft in dit geschrift van 108 bladzijden een uitgewerkte toespraak. Op indringende wijze typeert hij het jong-zijn, geeft hij een karakterisering van nu en schetst dan wat nu jong zijn betekent.
De laatste twee hoofdstukken handelen over: Hij nu en Jong-zijn in Hem.
Het is de moeite waard om van de visie van van Duinen kennis te nemen. Hij kent zijn tijd en hij kent de jeugd. Ieder, die met jeugd omgaat, zal hier zijn kijk op de jeugd kunnen verdiepen. Er klinkt een duidelijk appèl door dit boek om de Heere te zoeken. Als het gaat over het Verbond komen de vragen. De theologie van de Vervangingsformule is dan aan het woord. Niettemin wordt aangedrongen op persoonlijk geloof. Het boek is positief gericht, heeft oog voor het feit dat de jeugd van nu anders is dan de jeugd van vroeger, maar past zich niet aan. Daarom een verdienstelijk boek, dat we graag aanbevelen, al kan de stijl ons niet altijd bekoren.

J.H.V.

Zijn naam belijden, door ds. G. de Vries, Rijnsburg. Oegstgeesterweg nr. 73.
Ds. de Vries gaf dit dictaat voor belijdeniscatechisanten gestencild uit. Het houdt zich alleen bezig met de betekenis van de catechisatie en de zin van het afleggen van belijdenis des geloofs in het midden van de gemeente.
Men zou het een inleiding op de belijdeniscatechisatie kunnen noemen. In veel gevallen is deze niet overbodig. Er is nog altijd veel misverstand rondom deze zaak. In de 20 blz., die dit geschrift telt, worden goede lijnen goed getrokken.
Een enkele opmerking. Het lijkt mij niet juist de term „mondig”, die in de burgerrechtelijke sfeer thuis hoort, te gebruiken voor de kerkelijke en geestelijke zaak van het belijden van de naam des Heeren.
Ook zou ik niet zo'n absoluut gelijkteken willen zetten tussen de doop begeren voor zijn kind en het gaan ten avondmaal. Hier zijn, bij gelijkheid, ook andere accenten. Overigens is het goed dat deze zaken nog eens weer duidelijk gesteld worden. Voor ƒ 1,25 kunt u aan de Rijnsburgse pastorie dit geschrift bekomen.

K.

Tijdsein. Maandorgaan van de Christelijke Gereformeerde Jongerenbond. Administratie: Ravellaan 52 te Utrecht.
Het zal niet veel bladen overkomen, dat ze in één jaar tijd in drie verschillende vormen verschijnen. Toch is dit het orgaan van onze jongerenbond overkomen. Ja, inderdaad overkomen. Er was harde noodzaak voor. De jongeren hebben het gewoon laten zitten wat de belangstelling voor „hun” blad betreft.
„De Sleutel” brak af. Het ging niet meer. 't Werd wel geen faillissement, maar het leek er erg op. Een pover vervangingsblaadje kwam het ons in mineur vertellen dat het mis, helemaal mis was. Een verontschuldiging aan de abonné's die niet aan hun trekken kwamen. Zij dachten er natuurlijk het hunne van. Er waren echter ook beloften. Men zou althans proberen wat men doen kon.
Lang hoorden we niets. En nu, „Tijdsein” verscheen. Ik begreep: er is achter de schermen heel wat afgedokterd.
Mijn eerste indruk? Bij het doornemen van de post vond ik de niets-zeggende envelop, keek er in en dacht: een folder over een nieuw boek, en legde het terzijde. Later wel eens nader bekijken!
Op-vallend is het dus niet. De presentatie kan beter.
Tijdsein wil informatie geven. Waarover? Alleen over de tijd? Toch niet teveel in de stijl van „L.S.D.”?
Ik ben er van overtuigd, dat in 1968 iets te geven dat het „doet” niet gemakkelijk is.
Wat het financiële betreft: we hebben altijd getobd en drijfkurken nodig gehad. Er was ook altijd critiek — gelukkig! — „Luctor et Emergo” gaf te weinig studiestof voor de verenigingen. Ja, heus!
We kregen „Ons Jeugdblad”, een fusieblad van twee bonden. Het deed zijn best en had nogal belangstelling vlak na de oorlog. Toch moest het anders, handiger en vlotter. „De Sleutel” kwam, fleurig, in pocketvorm, soms prachtige foto's. Veel te hoog, zeiden de jongeren. (Waren zij soms zo gezakt?).
En nu „Tijdsein”, met informatie. Eén van de zeven copy-pagina's informeert in januari over de vacantie!
Ben ik scherp? Dan is het omdat ik bedroefd ben.
Moet alles heel, héél anders?
En wat houden we dan over?
Tijdseinen, die deze ondergang begeleiden? Ik hoop het niet.
Redactie, doe uw best. Sterkte gewenst van een oud-collega in uw strijd.
En wij, wij steunen „Tijdsein", al is het niet goedkoop.

Kremer

De ware dankbaarheid, door ds. G. v.d. Breevaart. Uitgave M.J. v.d. Perk te Nieuw-Lekkerland. Prijs ƒ 5,95.
Er wordt in Nederland veel gepreekt, maar wat wordt er, met name in de gereformeerde gezindte, verschillend gepreekt.
Hier horen we de solostem van ds. v.d. Breevaart, voorganger van een geheel op zichzelf staande gemeente te Hendrik Ido Ambacht.
Van dit „Vijftal Predikatiën” zijn er drie gehouden op een dankdag over één tekst. Een hele prestatie. De derde preek bewijst dat zo'n derde preek dan volgemaakt moet worden. Maar ds. v.d. Breevaart blijkt een singulier man. Ook in de manier, waarop hij aan hen, die dit boekje recenseren, leiding geeft. Luistert u maar: „Wellicht komen deze predikaties ook in handen van op de hogere school gevormde leraars, maar ergert u dan niet aan de eenvoud hiervan. Neemt echter in acht dat, hoewel wij geen hoger schoolonderwijs hebben ontvangen, de Heere nog arme zondaars wil gebruiken, om een rijke Christus te prediken, aan een schuldig verloren volk. Ziet daarom de gebreken over het hoofd, en vindt men dan nog most in een bos druiven, verderf ze dan maar niet”. Of er dan most in is? Bij alle gebreken, ja.
Er is liefde in. Liefde tot zielen, om hen te behouden. En deze liefde is scherp. Ze wijst alles af buiten Christus, waarin men rust wil zoeken. En er is liefde tot Christus in. Van Hem wordt veel goeds gezegd al gebeurt het op een heel eigen manier. Maar daar is het een solostem voor.
Het boekje is in stijl: deftig zwart met goud opdruk. Zo hoort het bij deze solist.

Kremer

Daglicht, door dr. Okke Jager. Uitgave J.H. Kok N.V. te Kampen. Prijs geb. ƒ 19,75.
Een boek van Okke Jager is natuurlijk een apart boek.
Begint u maar met de titel. Het is een bijbels dagboek, maar heet Daglicht, omdat het dagelijks licht uit de Schrift wil doen oplichten.
Licht, dat soms in flitsen, soms in bundels uit een tekst valt. Soms zeg je: is dát het licht dat hier schijnt?
Dan de titels; een soort thema's uit een tekst. Frappant, gezocht, meesterlijk, hoe komt hij er bij? zijn de opmerkingen die in je opkomen.
Jager heeft bijzonder opmerkzaam zijn bijbel gelezen. Ik denk dat hij een bijbel vol streepjes heeft!
Ik meen dat onze docent van Lingen eens gezegd heeft dat de Bijbel het boek van de kleine woordjes is. En hij wist het.
Nu, Okke Jager weet het ook. Vaak bouwt hij zijn hele meditatie op één woord en laat het beheersende van dat ene kleine woord in de tekst zien.
In zijn Inleiding zegt dr. Jager dat hij beoogt niet het stichtelijke uit de Bijbel maar het licht in de Schrift te doen zien opdat er ook op deze manier een opwas in de waarheid zou zijn.
Hij wil, zegt hij, vooral exegese geven, goed, maar hij doet het zo dat hij bij een betrekkelijk geringe exegetische vondst combinaties maakt — hij is ook dichter — die de fantasie rijk spel geven. Je bent dan geneigd te vragen: Is dat ook exegese?
Natuurlijk zit dit boek ook vol verhaaltjes, anecdotes, citaten, woordspelingen en woord-watervallen. Was dat niet zo dan zou het geen echte „Jager” zijn. Zo houdt het je vast, zet aan het denken of geeft een houvast.
Wie dit „daglicht” zoekt, leze dit aparte boek.
En de dominé die het leest haalt er vast een visie voor zijn preken uit. En dat heeft hij soms nodig!
Een boek zoals niet elk jaar verschijnt.

Kremer

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen