Blijdschap die doet uitgaan

Wat moet het een onvergetelijke Paasdag geweest zijn voor de discipelen van de Gekruisigde!
De droefheid en de schaduwen van rouw, die hun harten vervulden in de morgen, werden in de avond verdreven door Jezus' komst. Toen de Levende zelf in hun midden kwam werden ze andere mensen, ze werden weer „met vreugd omgord”.
De discipelen dan werden, daar achter de gesloten deuren, verblijd toen zij de Heere zagen.
Alle dingen, al die voor hen zo onbegrijpelijke gangen van hun Meester, die wonderlijke daden, dat Hij die Zijn vijanden zo maar neersloeg in de hof, Zich toch vrijwillig heeft laten binden en veroordelen en kruisigen . . . ze tobden er in rond, zien het maar doorgronden het niet.
Maar nu, heel die kruisweg en de dood, heel Gods heilsweg kwam op Pasen in een ander licht te staan. In het licht van HEM, de levende en overwinnende genadekoning. In Zijn licht zien ze nu het licht.
Beter gezegd, ze gaan iets van het licht zien gloren. Ze blijken er tot op de hemelvaartsberg toe nog moeite genoeg mee te hebben om vanuit Zijn genade-overwinning te leren leven en denken en handelen. Ook zij hebben het licht van de Heilige Geest en Zijn Pinkstervolheid nodig om Gods heilswerk zo vast en onverbroken uit de Schriften te leren verstaan.
Dat is de verwonderende blijdschap van Pasen, als het geloof niet meer tastend en zoekend met wankele schreden door duisternissen gaat, maar Hem ziet en in Hem de zekerheid van de overwinning door Hem alleen. In Hem ligt alleen de vaste grond waarin ons anker eeuwig hecht!
Het is de wondere bevrijding door het geloof als het rustend in Zijn verzoenend sterven leert leven uit Hem, de Opgestane Levensvorst.
Dan kunnen wij het niet, maar dan behoeven wij het ook niet te doen - HIJ heeft het gedaan.
Hem te kennen en de kracht van Zijn opstanding is dan ook het begeren van het hart, dat leven leert door Hem uit genade alleen.
Hij die de dood verslonden heeft, heeft immers alle macht. Aan Zijn voeten zijn alle vijanden en machten onderworpen, Zijn liefde is groot, Zijn genade heeft overwonnen; ook de macht van zonde en ongerechtigheid die ons meermalen kan doen vrezen; die last van schuld die ons met schrik vervult kan doen beven; ook de geraffineerde aanvallen van de duivel die twijfel zaait in ons hart en liever heeft dat we ons blind staren op wat mensen er van maken in onze wereld en wat wij dagelijks tekort komen, dan dat we zien op wat Hij gemaakt heeft!
Als Hij komt en ons geloof Hem in Zijn overwinning mag zien en herkennen als de Borg die ons heeft liefgehad tot in de dood en Zijn licht valt over al de kronkelpaden met zijn geestelijke hoogten en diepten van ons leven, dan worden wij niets maar wordt Hij zó alles, dat we het weer weten; Hij heeft de overwinning behaald en Zijn zaak voor mij, zondaar, en voor allen die Zijn verschijning hebben liefgehad, is voor eeuwig een gewonnen zaak!
Zijn genade is genoeg in leven en in sterven! Zijn kerk gaat, hoe bedrukt, verscheurd en van binnen en van buiten bedreigd ook, toch ter overwinning!
Hij leeft die van hopeloze zondaars, meer dan overwinnaars gemaakt heeft!
Pasen is het bevrijdingsfeest uit de knellende banden en het Paasgeloof in Jezus Christus zet ons in de vrijheid met Hem.
Dan gaan er vergezichten open die ons verheugen, dan gaat onder het stralende licht van Zijn genade de ruimte van het leven met Hem, voor Hem en door Hem open.
Dan verlegt onze horizont zich van onze kleine wereld vol onmogelijkheden en vrees naar de verre einder van Gods heerlijkheid.
En nu is het opmerkelijk dat die blijdschap, de discipelen niet bindt in de eigen knusse kring achter de gesloten deuren op de Paasavond.
Wie door Zijn genade in Hem in de ruimte van Zijn heerlijk rijk heeft geschouwd en de blijdschap daarvan smaakt, gaat uit!
Die krijgt dan ook een opdracht.
Een opdracht die een onmogelijkheid is als de blijdschap over Zijn overwinning voor ons verborgen is. Maar een opdracht die een vreugde wordt als we na Pasen leven uit de zekerheid van Zijn overwinning, ook al zien wij het niet altijd en stuiten we bij de vervulling van de opdracht op veel bedroevende weerstanden.
De discipelen moeten als geroepenen en gezondenen vanachter de gesloten deuren de straat op en de wereld in.
Nu, nu zij het gezien hebben, omdat ze Hem, de Levende gezien hebben, kunnen ze het dan ook niet laten om die ene broeder uit hun kring die nog in het donker zit - Thomas - op te zoeken. Wij hebben Hem, de Heere, gezien!
Hier ligt de blijde Paasstimulans voor al het geestelijk werk.
Dan gaat de dominee, als pastor met blijdschap weer uit langs de ziekbedden en door de sterfkamers, de ziekenhuizen en inrichtingen waar zoveel geleden wordt, en hij weet het weer: Hij leeft en overwint, Zijn werk gaat door.
Dan gaan de ambtsdragers op huisbezoek na Pasen ook daar waar ze de aloude en hen zo bekende weerstanden zullen vinden, maar ze hebben een getuigenis: wij hebben de Heere gezien. Hij leeft en doet het.
Dan kunt u die blijdschap niet opsluiten in de kamer van uw hart.
Als u uit de Levende leeft moet u doorgeven van die vreugde, van dat heil anderen deelgenoot makend.
Alleen daar, waar we naar Zijn opdracht iets doorgeven van dat vuur, die warmte der vreugde in Hem, zal het anderen verwarmen en zo niet, dan zullen we zelf erbij verarmen.
Bent u, dezer dagen vol van Hem, nog bij Thomas geweest?

De B.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen