Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze schreden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze schreden

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Van den Heere zijn de schreden eens mans, maar een mens — hoe zal hij zijn weg doorzien?" Spreuken 20:24

Menselijke wijsheid heeft óók haar spreuken en de tekst hierboven doet denken aan het bekende: „De mens wikt — God beschikt".
Dat is kort en krachtig. Het komt voor in verschillende talen en praktisch bij alle godsdiensten. Want de gedachte van goden die het lot der mensen bepalen, is overal te vinden.
Toch is dit bij lange na niet wat in dit bijbelwoord ligt opgesloten.
„De mens wikt — God beschikt", dat gebruiken wij meestal ten aanzien van een ANDER en wel wanneer ACHTERAF blijkt dat hij zijn voornemen niet heeft kunnen uitvoeren. We geven daarmee uitdrukking aan 's mensen machteloosheid tegenover God. Maar voor velen is „God" ongeveer hetzelfde als „het lot", dat ons de voet dwars zet en waar we nu eenmaal niet tegen op kunnen. In die bekende spreuk wordt dat dan geconstateerd, op rijm nog wel, maar verder kunnen we er niet zoveel mee beginnen.
Laat ons liever letten op wat de bijbelse wijsheid ons leert. Het gaat hier over: „de schreden eens mans". Dat zijn de stappen die hij zet, letterlijk en figuurlijk. Ieder mens doet dat: je kunt niet op hetzelfde punt blijven staan. We moeten doorlopen. Heel veel mensen doen dat zonder veel nadenken, zoals bijvoorbeeld de politie het publiek soms tot doorlopen maant. Voor velen is dat niet veel meer dan: HIERVANDAAN.
Anderen nemen het serieuzer; zij vragen: waar naar toe? Zij hebben een doel in 't oog en overwegen, welke stappen hen tot dat doel zullen leiden.
Aan zulke mensen moet u hier vooral denken: het voor „man" gebruikte woord duidt op een sterke persoonlijkheid, iemand die weet wat hij wil. Maar dan wordt zo'n man met al z'n voornemens en activiteiten gewoon in beslag genomen: „van de HEERE zijn de schreden eens mans . . . ." Dat staat in de zin vooraan, want daarop moet de nadruk vallen.
Daarmee wordt die flinke man opeens erg klein: „een mens — hoe zal hij zijn weg doorzien?" Tegenover God is de sterke man een „mens"; nietig schepsel tegenover de Schepper! Hoe zal hij zijn weg doorzien? Hij dacht wel alles in handen te hebben en, door die en die stappen te doen, zijn weg te kunnen bepalen, maar zijn beeld wordt getekend in de gelijkenis van de rijke dwaas. Er zijn zoveel factoren die geheel buiten onze controle vallen en daarom kunnen wij nooit onze weg „doorzien".

Toch bedoelt dit woord niet ons tot wanhoop te brengen! Zeker, niemand moet verwachten, dat hij heel zijn levensweg kan doorzien. Maar dat hoeft ook niet. Er ligt genoeg in dit eerste lid van deze tekst. We zouden dat totaal verkeerd verstaan, als we de conclusie trokken: als de schreden eens mans „van den Heere" zijn, dan kan ik maar beter van alle aktie afzien — ik kan zelf toch niets klaarmaken!
Dat bedoelt Salomo beslist niet. Integendeel. Hij zegt van Jehovah, de trouwe en machtige God des Verbonds, die om Zijns Zoon Christus wille mijn God en mijn Vader is, zijn de schreden die een man zet, hoe zorgvuldig hij die zelf ook moge hebben overwogen en voorbereid. Dat betekent niet dat die man daarmee een stroman wordt. Er staat óók niet dat de Heere de stappen van een man verijdelt (al kan Hij dat gemakkelijk genoeg doen).
Er staat in dit woord dat een man bepaalde schreden zet. Dat wordt niet verboden! Hij zou de naam „man" niet waard zijn, als hij géén stappen deed! Het is evenmin verkeerd dat hij zijn schreden zorgvuldig overweegt en voorbereidt: het verstand dat hij gekregen heeft, moet hij zo goed mogelijk gebruiken!
Maar — en dat is het punt waar 't om gaat — nu wordt ons gezegd dat al zijn schreden, met inbegrip van alle voorafgegane overleggingen „van den HEERE" zijn.
En nu is er tweeërlei mogelijk: dat die sterke man zich daaraan ergert, óf dat hij het daar mee eens is. In het eerste geval probeert hij zich tegen God te verzetten. En dat is nog nooit iemand gelukt. De andere mogelijkheid is, dat hij het er mee eens is. Dat betekent dat zo'n man in de rechte verhouding tot God is hersteld, doordat Jehovah, als de God aller genade in Christus Zich tot hem gewend heeft. Nu is het om te duizelen zo rijk: ik moét door 't leven, ik moét dus bepaalde stappen doen en die stappen voorbereiden.
Zie ik op mijzelf, dan ben ik bang allerlei fouten te maken. Maar ik ontvang de verzekering dat de Heere in Zijn genade Zich zo innig met mij verenigt dat het is alsof HIJ mijn schreden zet, gelijk Hij ook door Zijn Heilige Geest al mijn overleggingen bestuurt.
Nu ben ik een kind dat geleid wordt aan 's Vaders hand. En als ik om mij heen zie, dan weet ik dat Hij evenzeer de schreden leidt van hen die zulks niet begeren.
Die almachtige God om Christus' wil mijn getrouwe Vader! Alleen zó kunnen we verder gaan, dit nog zo verse jaar door.
Weten we daar iets van? Het zal, geestelijk gesproken, merkbaar zijn aan onze manier van lopen! Anderen zal het opvallen.

Bloemendaal, J.C. Maris.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 januari 1970

De Wekker | 8 Pagina's

Onze schreden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 januari 1970

De Wekker | 8 Pagina's