Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Licht ten tijde van de avond (10)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Licht ten tijde van de avond (10)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

'k Zal eeuwig zingen!
„Het is mij steeds een droefheid, dat ik niet meer zingen kan!", zo zei me eens een bejaarde zuster, die door noodzakelijke medische behandeling veel van de kracht uit haar stem verloren had. En als dan haar hart onder de preek vol werd van de liefde en de trouw des Heren en de gemeente spontaan aanhief: „'k zal eeuwig zingen van Gods goedertierenheên" dan blonken er tranen van heimwee in haar ogen!
Kunt u nog zingen? Doet u het, ook al is uw stem misschien in de ouderdom niet zo toonvast meer, omdat uw hart zingt en zangstof heeft?
Dat is toch eerst recht zingen! Zingen is niet maar op een bepaald ritme de woorden wat langzamer of wat vlugger uitzeggen, uitkermen of uitgalmen. God luistert naar ons hart! Het is een in-droeve zaak, dat men tegenwoordig (maar dat is vroeger in de kerk ook al gebeurd) twisten kan en onenigheid maken over een van de mooiste onderdelen van de liturgie: de gemeentezang.
Wat is er mooier en waar zouden God en Zijn engelen liever naar luisteren, dan naar een gemeente van de Here Jezus Christus die Zijn lof zingt! En gemeentezang is dan altijd een samenzang van jong en oud, van blijden en bedroefden, van verrasten over Gods goedheid en zorgbezwaarden. Daarom moeten we niet trachten onze gemeentezang bij te slijpen tot een perfecte koorzang - al moeten we het hoogst bereikbare najagen! - maar er moet iets van het spontane en van het altijd wisselende van het antwoord aan God op Zijn spreken in blijven.
Het is te vrezen, dat men meer met de mond dan met het hart zingt, anders zou de diep ootmoedige bede en de spontane jubel er beter uit komen.
Of is het geen groot wonder, samen, midden in een wereld vol stervensleed en -pijn, vol stampende, beatende, drummende moderne oerwoud-bewoners en rauwe leuzen schreeuwende maatschappij-vernieuwers, als gemeente te zingen van onze vreugde in God en onze verwondering over Zijn reddende genade en zekere trouw, met het vooruitzicht van een eeuwige toekomst der heerlijkheid? Wat een zegen, als we de rijke psalmen en de schriftuurlijke geestelijke liederen van jongs aan zó geleerd hebben, dat ook als ons oog het minder goed zien kan, ons hart er in leeft en onze mond ze uiten kan.
Zingen heeft iets hemels. In de hel, zegt ons Gods Woord zal niet anders overblijven dan tandengeknars, maar in de hemel zal gezongen worden, gezongen door de verloste scharen voor Gods troon een nieuw lied, waar de engelen stil van worden.
Zingen, dat kun je alleen doen, soms zonder woorden als je hart klaagt of jubelt, je kunt het samen doen, met elkaar in huis, na een goed gesprek over de rijkdom die er is in de Here, je kunt het doen met de gemeente of in het bejaardenkoor van het tehuis, maar zing met je hart, doorvoelend de rijkdom van wat je zingt. En dan geeft het niet of je het langzaam of vlug doet, als je het maar doet op de „maatslag van je hart".
Maar hebt u wel eens spontaan Gods lof bezongen in een grote schare, waar je geïnspireerd werd door het gevoel dat vele harten en monden samenstemden tot lof van het bloed van het Lam? Wat kan dat hartversterkend zijn, indrukwekkend, zo dat de vraag: doen zij het wel op mijn manier? helemaal wegviel! Dan kan er wel eens iets van een heimwee klimmen om eenmaal met de zangers aan Gods glazen zee te mogen zingen het lied van Mozes en het Lam!
Of - kent u niets van die vreugde? Leeft in uw hart niet dat verlangen om door de poorten der heerlijkheid binnen te treên en te loven 's Heren heerlijkheên? Ja maar - zegt u misschien, maar ik ben niet zo'n blij mens, want dan moet je toch . . . ja inderdaad, dan moet je als een arm en schuldig zondaar in de veroordelende klacht over je eigen schuldig en zondig bestaan, niet anders overhouden, dan te vallen in de genadehanden Gods, die Hij in Jezus Christus door Zijn evangelie ook nu naar u uitstrekt!
Dan moet Gods Geest ons harde hart openbreken en er een tempel van maken - hoeveel ongerechtigheid of zich er ook nog in moge verschuilen, waarin de snaren zó naar de Here gespannen staan, dat ze geraakt door Zijn Woord klagen of jubelen gaan.
Het is zo jammer, vooral ook voor onze jeugd, die weinig echte vreugde ziet in de harde werkelijkheid van de wereld van vandaag, dat veler oud geworden leven zo weinig laat bemerken van de glans van de feestvreugde die wacht! We zijn hier vaak meer marktgangers, die rondneuzen in al de rommelige spullen van beneden en op een koopje uit zijn, dan dat we bruiloftsgangers Gods zijn, die met brandende lampen de Bruidegom verwachten om met Hem in te gaan in de feestzalen.
Is de Here het dan niet waard, als u de veroordeling van uw schuldig bestaan ernstig hebt leren nemen en er onder vallen, dat u ook Zijn schatrijke beloften in Jezus Christus zó ernstig neemt, dat uw hart ervan zingen gaat?
Gods Geest wil ons niet alleen maar in de ouderdom het verleden in het juiste licht leren zien, maar ook de toekomst!
Kijk daarom niet alleen achterom, maar leer biddend, mediterend bij het Woord des Heren vooruit te zien en zing dan met een gelovig heimwee:
'k Zal eeuwig zingen van Gods goedertierenheên!

de B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 1972

De Wekker | 8 Pagina's

Licht ten tijde van de avond (10)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 1972

De Wekker | 8 Pagina's