Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toelichting op de Kerkorde (395)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toelichting op de Kerkorde (395)

Het slotartikel van de Kerkorde (2)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hebben wij de vorige maal stilgestaan bij de naam kerkorde, thans willen wij ingaan op de vraag hoe de kerkorde tot stand is gekomen. Het is binnen het bestek van onze artikelenreeks niet mogelijk een en ander breedvoerig te behandelen, maar toch moeten wij er even iets van zeggen.

Wij stellen voorop dat de kerkorde niet door een aardse overheid aan de kerk mag worden opgelegd. Dat was indertijd wel het standpunt van de Remonstranten en later van de aanhangers van het collegialistische stelsel van kerkregering, zoals het ook het standpunt was en is van de Oosterse kerken en van de Lutherse en Zwingliaanse kerken, zij het dan met allerlei variaties. Hiertegenover hebben de kerken van gereformeerd belijden en de gereformeerde theologen altijd gehandhaafd dat de kerken zelf het recht hebben verordeningen voor het kerkelijke leven te maken. En dit recht oefenden zij uit vanaf de eerste synode in 1571 te Emden gehouden, toen de kerken der Reformatie te vuur en te zwaard vervolgd werden en er van publieke erkenning nog geen sprake was. Wel hebben deze kerken toen de situatie grondig gewijzigd was, de overheid ook zelf gereformeerd was geworden en de Gereformeerde kerk publieke kerk was geworden, de approbatie, de goedkeuring van de overheid op haar kerkorden gevraagd. „Maar", aldus prof. dr. F.L. Rutgers, „in geen geval was ooit toe te geven, dat de gansche ordening aan de Overheid toekwam, en dat al wat de Kerken daarvoor opstelden, slechts de waarde had van een voorstel: ongeveer als een kerkelijk advies, of als eene verzameling van kerkelijke wenschen. Tegenover zulke opvatting hielden zij met nadruk vast, dat die ordening voor de Kerken zelve reeds behoorlijk van kracht was, daar zij hiervoor reeds genoegzame autorisatie had, en wel van de Overheid zelve, maar dan natuurlijk van de kerkelijke Overheid, d.w.z. van den Heere Christus, het Hoofd en den Koning der Kerk. Deze geldigheid kon echter natuurlijk niet anders dan kerkelijk zijn. En nu wenschten de Kerken ook eene politieke geldigheid, opdat het publiek karakter der Kerk ook op hare ordening als het ware zou overgaan, zoodat deze niet slechts kerkelijke ordinantie, maar ook tevens Staatswet zou zijn". De geldigheid van de oude Kerkenordening der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, Amsterdam 1890, blz. 28.

Met onze gereformeerde vaderen belijden wij dat geen aardse overheid enige bevoegdheid bezit verordeningen voor het kerkelijke leven te maken; deze bevoegdheid heeft de kerk zelf. Zij heeft ze echter niet van zichzelf, d.w.z. deze macht heeft de kerk niet „van nature", integendeel, deze macht is haar uit genade geschonken door Hem die het enige Hoofd en de enige en absolute, souvereine Koning der kerk is, die haar immers zich tot een eigendom gemaakt heeft door de prijs van Zijn bloed voor haar te betalen. Onze vaderen hebben dit standpunt altoos met de Schrift in de hand kunnen verdedigen, zoals wij in allerlei werken kunnen vinden, zulks voornamelijk op voetspoor van Calvijn die niet moede werd in zijn Institutie, in zijn commentaren en in zijn brieven alle menselijke heerschappij in en over Christus' kerk te bestrijden. Het is niet doenlijk hier alle Schriftbewijzen te vermelden omdat wij dan veel te breedvoerig zouden worden. Wij herinneren hier slechts aan de bekende tekst 1 Cor. 14:40 en aan al de teksten die zeggen dat de gemeente gehoorzaamheid verschuldigd is aan de regeerders der kerk, als bijv. Matth. 16:19, 18:18; Joh. 20:21, 23; Hand. 15:27-29; Fil. 2:29; 1 Thess. 5:12, 13; Hebr. 13:7, 17. Prof. dr. H. Ridderbos wijst ook op de gehoorzaamheid die de gemeente verschuldigd is aan het gezag en de orde, die in haar midden geldigheid hebben, omdat dit het gezag en de orde is, die van Christuswege boven haar gesteld is. Hij vervolgt dan: „Ook is dit gezag en deze orde niet een abstractum, maar het neemt concrete gestalte aan in de personen, die in de gemeente met deze geestelijke volmachten zijn bekleed en in de zeggenschap, die zij uitoefenen. Dat Paulus zich bewust is zelf dit gezag te bekleden en op grond daarvan van de gemeente gehoorzaamheid eist aan zijn verordeningen, is ons reeds voldoende gebleken. Maar hij beperkt dit gezag niet tot zichzelf. Hij kent het ook toe aan degenen, die krachtens de hun geschonken charismata of hun aanvangspositie in de gemeente, leiding geven en vooraanstaan". Ridderbos wijst in dit verband dan ook op 1 Thess. 5:12 v. en op het feit, dat de gemeente van Corinthe zich moet onderwerpen, d.w.z. de orde moet eerbiedigen welke door diegenen wordt vertegenwoordigd, die zich ten dienste van de heiligen stellen, zich voor haar inspannen en arbeiden, 1 Cor. 16:16, 18, zie: Paulus-Ontwerp van zijn theologie. Kampen 1966, blz. 529 v.

Welnu, de kerken van gereformeerd belijden in ons land hebben gebruik gemaakt van de haar door Christus verleende macht, en een kerkelijke regeling, een kerkorde, vervaardigd toen zij voor de eerste maal in synode bijeen kwamen en een kerkverband in het leven riepen in het jaar 1571 te Emden. En dit was geheel overeenkomstig de artikelen 30-32 van onze Nederlandse Geloofsbelijdenis.

A.[Apeldoorn], H.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1972

De Wekker | 8 Pagina's

Toelichting op de Kerkorde (395)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1972

De Wekker | 8 Pagina's