Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een nieuw liedboek (Het nieuwe liedboek I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuw liedboek (Het nieuwe liedboek I)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe het ontstond
Op zaterdag 19 mei heeft er in ons land, te Middelburg, iets plaats gevonden wat men een gebeurtenis van historische betekenis heeft genoemd voor de kerken in Nederland, Daar is n.l. een nieuw liedboek gepresenteerd ten gebruike in de kerken van ons land vooral in die kerken, die bij het ontstaan van dit nieuwe kerkboek betrokken waren.
Dat zijn de Ned. Herv. Kerk, de Gereformeerde Kerken, de Evangelisch-Lutherse Kerk, de Doopsgezinde Sociëteit en de Remonstrantse Broederschap.
Onze kerken zijn er dus niet rechtstreeks bij betrokken. Als zodanig zouden wij er geheel aan kunnen voorbijgaan. Toch is de naam van onze Christelijke Gereformeerde Kerken in verband met deze bundel herhaaldelijk genoemd. Onze kerken, zo werd gesteld, zouden er ook wel belangstelling voor hebben. Men heeft dit gezegd op grond van het feit dat op één van onze Synodes deputaten benoemd zijn, die de mogelijkheid zullen onderzoeken dat onze kerken zouden komen tot uitbreiding en/of herziening van het bundeltje „Enige gezangen", die wij achter de psalmen in ons kerkboek hebben, als de Lofzang van Zacharias enz. Het ging dan om berijmde Schriftgedeelten. Eén lied is er door een Synode reeds bijgevoegd n.l. het bekende „Ere zij God" of de z.g.n. Engelenzang.
Nu heeft de nieuw gepresenteerde bundel vele „bijbelliederen". Men meent daarom dat de deputaten van onze kerken, die altijd nog aandacht geven aan de hun opgedragen taak, voor dit deel van het nieuwe liedboek zeker aandacht zullen hebben.
We laten dit nu verder maar geheel aan deze deputaten over, die zeker, op hun wijze aandacht aan dit nieuwe liedboek zullen geven en daarover een komende synode zullen informeren.
Intussen is met dit nieuwe liedboek, het bevat de nieuwe berijming van de psalmen en verder 491 bijbelliederen en gezangen, het vraagstuk van het zingen van de gemeente weer in de aandacht gesteld. Zo oud de kerk is - en ze is oud - is er ook de vraag naar het gezang in de gemeente. Ik schrijf met opzet in de gemeente. Er kan n.l. ook voor de gemeente gezongen worden. Men denke hier aan het zingen van de psalmen door de Levieten in de tempel en het zingen door de latere kerkkoren in de Westerse en Oosterse kerken, waarbij de gemeente zweeg.
Er kan echter ook door de gemeente gezongen worden. En dit laatste is, na enige strubbelingen daarover in de aanvang - Zwingli b.v. was er eerst radicaal tegen - gewoonte geworden in de Reformatorische kerken.
Men zag het zo: dat er gezongen wordt door de gemeente is geen bijkomstigheid maar een zeer wezenlijk element in de dienst van God. Het zingen toch van de enkele mens, die het wonder en de rijkdom van de heilsopenbaring Gods is gaan verstaan is het antwoord, in allerlei toonaard, op de openbaring Gods. Wie daarvan iets verstaat, gaat er van spreken maar ook van zingen want het lied biedt meer en diepere mogelijkheden dan het zeggen. Wat nu de behoefte is van de enkeling, wordt ook bij de gemeenschap gevonden. Wie samen hetzelfde heil kennen en belijden, willen er ook samen van zingen en zo antwoord geven op het spreken en handelen Gods.
Nu heeft noch de enkeling noch de gemeenschap de mogelijkheid om telkens spontaan opnieuw een eigen lied voort te brengen. Wij grijpen dus naar het lied dat anderen - meer begaafd dan de meesten - gegeven hebben. Wij spreken zingend anderen na en stemmen met hen in. Door het samen zingen wordt, op deze wijze, ook doorleefd de verbondenheid van de enkeling aan de gemeenschap. Een stuk gemeenschap der heiligen dus. Wie hierover nadenkt beseft dat het ook in het lied, evenals in het belijden, nauw luistert. In gemeenschap zingen raakt dan nog net iets dieper. Vooral in de kerk.
Wàt moet er nu gezongen worden? Dit werd en was en bleef een belangrijke vraag. De geschiedenis bewijst het.
Er zijn hier drie mogelijkheden: Men kan de psalmen zingen, uiteraard in een of andere berijming. De synagoge zingt ze nog altijd onberijmd, in de oorspronkelijke taal, het Hebreeuws. Het onberijmd zingen van een vertaling ligt ons niet zo, daarom kennen wij de berijmingen. Vervolgens kan men voor de zang geschikt gemaakte Schriftgedeelten, die zich daarvoor lenen zingen. Dit zijn dan de z.g.n. „bijbelliederen".
Tenslotte kan men ook het z.g.n. „vrije lied" zingen. Deze worden dan meestal „gezangen" genoemd.
Het nieuwe liedboek omvat alle drie de mogelijkheden hier genoemd. Het is een bepaalde positie-keuze dat men deze drie mogelijkheden in één bundel heeft saamgebracht.
Hoe aantrekkelijk het onderwerp ook is, ik zal de geschiedenis van het zingen van de gemeente buiten ons land laten rusten.
Alleen iets over ons eigen land.
Luthers liederenboek, dat in 1524 reeds verscheen, is door hen, die op de Lutherse Reformatie georiënteerd waren, hier veel gebruikt. Daarnaast waren er Dooperse en nog veel later. Remonstrantse liederen.
Van grote betekenis zijn in ons land geweest de z.g.n. „Souterliedekens" (Souter = Psalm) 158 berijmingen van de psalmen, die gezongen konden worden op de melodieën van bekende liederen. Van deze bundel verschenen tot 1613 niet minder dan 32 drukken.
Later hebben de door Datheen vertaalde psalmen uit de Geneefse psalmbundel een grote plaats ingenomen. Men hield het met de bundel van Datheen vooral op de psalmen. Vooral in navolging van Calvijn. Toch was Calvijn niet tegen andere berijmde Schriftgedeelten. Hij had echter al moeite genoeg om in zijn leven tot een goede psalmbundel te komen.
Later gaven b.v. Beza en Marnix berijmde schriftgedeelten. Ze kwamen echter niet in de kerkelijke zang.
Het werd 1807 eer de Ned. Herv. Kerk haar eerste gezangbundel kreeg. De Evangelische gezangen - 102 in getal - kwamen niet zonder moeite in de kerk.
In 1866 kwam er een vervolg op de eerste bundel met nog 82 gezangen. Daarna volgde, nog weer, voor de Herv. Kerk alleen, in 1938, een herziene gezangenbundel met 306 gezangen. Vergeleken bij de vorigen was deze bundel een grote verbetering.
Na 1945 zocht men weer naar verandering en verbetering. Er verscheen in 1965 een proefbundeltje van 102 gezangen. In dit bundeltje tekent zich reeds af de richting, die men toen volgde. Er werden maar geen gezangen gezocht alleen uit de bestaande, maar men zocht contact met eigentijdse dichters en vroeg hen om berijmingen. Deze lijn is ook gevolgd bij de nieuwe psalmberijming en eveneens in de nieuwe bundel, die thans verscheen. Intussen had zich ook in de Geref. Kerken een ontwikkeling voltrokken in de richting van meer gezangen.
Het begon in 1933 met 29 gezangen; in 1956 werden het er 59 en in 1965 kwamen er 119. Toch traden de Gereformeerde Kerken ook toe tot de Interkerkelijke Stichting voor het kerklied. Bij deze Stichting leefde het ideaal dat er één liedboek voor alle Nederlandse kerken zou komen, zo mogelijk Rome niet uitgezonderd.
Dit brede ideaal is niet bereikt. Wel hebben enkele Roomse dichters een bijdrage gegeven voor het nieuwe liedboek.
Gezien tegen de achtergrond van heel de gang van zaken in Nederland is het nieuwe liedboek wel een merkwaardig verschijnsel.
Het vraagt nog wat nader onze aandacht.

Kremer

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juli 1973

De Wekker | 8 Pagina's

Een nieuw liedboek (Het nieuwe liedboek I)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juli 1973

De Wekker | 8 Pagina's