Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gebedsleven (VI)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gebedsleven (VI)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gezinsgebed
Hoe persoonlijk de omgang met God in het gebedsleven ook ligt, toch is bidden niet alleen beperkt tot ons persoonlijk leven.
We belijden dat het gebed het voornaamste stuk der dankbaarheid is, die God van ons vordert.
In de dienst van God, waarin wij Hem erkennen en vereren, heeft het aanroepen van Zijn Naam met dankzegging en gebed een eerste plaats. En dat niet alleen als we in de openbare eredienst samenkomen om onze God te loven en te prijzen, te bidden en te danken en naar Zijn Woord te horen.
Ook in de intieme kring van het gezinsleven behoort het samen bidden en samen danken bij de uitoefening van onze godsdienst.
Het is niet alleen van onschatbare waarde voor de beleving van de geestelijke eenheid in het huwelijk tussen man en vrouw en voor de geestelijke opvoeding en vorming van onze kinderen, de Here, de God van ons leven, heeft er recht op dat in onze huizen het gebedsaltaar brandt, dat Hij van ons „openlijk aangeroepen en geprezen wordt".
In een christelijk gezin, waar men God dient en waar de vreze des Heren woont, moet tijd en plaats zijn voor het gezamenlijk gebed.
Het zijn juist die gebedstijden die de band versterken, waarin de gezinseenheid uitkomt en die van rijke geestelijke steun (kunnen) zijn als samen de afhankelijkheid van en het vertrouwen in de Here beleden wordt, de dankbaarheid en de zorg, de vreugden en het leed, alsook de dagelijkse behoeften van ouders en kinderen voor huis en werk en school, de Here worden opgedragen.
Dat het leven losser wordt en veelal kinderen en ouders, zeker innerlijk, hun eigen leven leiden en soms openlijk ook hun eigen weg gaan, ligt niet het minst in het verval van het gezinsleven. Het is een stuk geestelijke armoede als het saambindende gezinsgebed niet dagelijks meer functioneert.
We zullen hier moeten waken tegen allerlei invloeden die in onze tijd, waar niemand tijd meer heeft, onze gezinseenheid bedreigen. De vaste regel is vaak noodgedwongen doorbroken, gezien de uiteenlopende werk- en schooltijden, het dikwijls de gehele dag van huis zijn van vader en/of het buitenshuis werken ook van moeder. Van de gezamenlijke gebedstijden bij de maaltijden komt menigmaal niets meer terecht. Het gemis daarvan als het eenmaal zover is, wordt al minder gevoeld en zeker niet meer de behoefte gevoeld om het dan toch te compenseren door een gezamenlijk avondgebed of morgengebed. Men vindt dat al erg overdreven en trouwens wanneer zou dat dan moeten, want wanneer wordt de avond besloten en komen de grotere kinderen thuis?
De hele gezinssfeer is vaak ook niet meer ingesteld op een beleving van een geestelijke eenheid in afhankelijkheid van de Here. Het als gezinsleden samenzijn is vaak niet meer een actieve gebeurtenis, waar men in een onderling gesprek een vertrouwelijke relatie kan beleven. Het gesprek is in vele gezinnen dood! Als er nog gesproken wordt, dan wordt er wat gepraat over de buren en de kennissen, de algemene dingen van de dag - vaak niet eens meer over het werk van vader, moeder en de werkende jongeren (daar snappen ze toch niks van!). De geheel door zwijgen en t.v.-kijken gevulde avonden - of de uitwijk van de kinderen naar eigen kamertje met transistor of om een plaatje te draaien (die herrie willen vader en moeder immers 's avonds niet aan hun hoofd - vaak begrijpelijk ook!) doet afbreuk aan vele rijke gezinswaarden.
Innerlijk leven de opgroeiende kinderen dikwijls gesloten, ver van hun ouders en omgekeerd de ouders van hun kinderen, als zelfs tussen man en vrouw het persoonlijk gesprek niet verstild is en ieder maar zijn eigen weg gaat!
Het is daarom van onschatbare betekenis, dat we in onze christelijke gezinnen waken tegen een al verder doordringende verwereldlijking, waardoor niet alleen een materialistische instelling de overhand krijgt, maar juist de rijke geestelijke waarden op de achtergrond komen en verwaarloosd worden.
Zeker, ouders zullen wel in hun persoonlijk stil gebed blijven bidden voor hun kinderen, maar wanneer bidden ze als vader en moeder samen eens mèt hun kinderen?
Zal deze geestelijke eenheid van het gezin als gebedsgemeenschap ook werkelijkheid worden en zin hebben dan zal het gebed van vader (en bij diens afwezigheid van moeder) meer dienen te zijn dan het gedurig herhalen van dezelfde woorden van een formulier-gebed.
Op zichzelf is het zeker beter dat vader voorgaat in het gebed aan tafel en daarbij woorden gebruikt als „de bedezang voor het eten" en de „dankzegging na het eten" of het Onze Vader, dan dat hij niet voorgaat en er altijd alleen maar „even stilte" in acht genomen wordt. Een stilte die vele kinderen niet weten te vullen met eigen gebeden, of als groter wordend niet willen vullen omdat het bidden op die manier bij hen overkomt als toch maar vorm. Er is niets dat zo vervlakken kan en inhoudloos kan worden dan het gedurig zeggen en aanhoren van dezelfde woorden.
Zijn we werkelijk christen dan zullen we ook in ons gezinsleven Zijn Naam belijden en krachtens het ambt der gelovigen onze priesterlijke taak hebben te vervullen. Daar hoort niet in de laatste plaats het voorgaan in het gebed toe.
De veelal aangevoerde verontschuldiging daarvoor geen vrijmoedigheid te hebben is nimmer houdbaar, niet voor de Here van wien wij alle zegen begeren en overvloedig ontvangen dag aan dag, maar toch ook niet voor hen die tot onze meest intieme levenskring van het gezin behoren?
De fout ligt meestal al direct aan het begin van het huwelijk, waarin men de geestelijke verantwoordelijkheden die men aanvaard heeft op de trouwdag niet verstaat of niet wil aanvaarden.
Waarom zou de jong getrouwde man als hij met zijn pas getrouwde vrouw voor het eerst, de eerste morgen de beste, samen in eigen huis aan tafel zit, niet openlijk en eerlijk met weinig woorden maar uit een dankbaar hart, zijn priesterlijke taak aanvaarden en hardop bidden en danken?
Moet de één zich dan schamen voor de ander? Is daar nu tussen man en vrouw in de wittebroodsweken zoveel vrijmoedigheid voor nodig? Of schaamt men zijn innerlijk dan misschien teveel prijs te geven? Maar dan schort er iets aan de wederzijdse openheid vóór en in het huwelijk?
Het zou niet eens zo verwonderlijk zijn, als en zolang men toch „maar samen" is man en vrouw wisselend bijbel lezen en voorgaan in gebed. Dit is dan niet een stukje wereldlijke emancipatie, maar wel een beleven van de geestelijke gelijkwaardigheid van man en vrouw, waar bij ook de vrouw als toekomstig moeder van het gezin de vrijmoedigheid aanleert om straks met haar kinderen te bidden.
Er is niets wat meer samenbindt, dan samen eerlijk, eenvoudig, gelovig te bidden en te danken en er is niets wat meer vervreemdt van elkaar in het huwelijk en het latere gezinsleven dan dat men samen zijn hart voor de Here niet durft uitzeggen. Hierbij blijven vanzelf genoeg persoonlijke geestelijke noden over die in het ontmoeten met de Here onder vier ogen een plaats behouden. Doet men het niet van het begin af aan, heeft men nooit de eigen stem en die van de ander gehoord in het hardop bidden en voorbidden, dan wordt het op elk tijdstip dat later komt al moeilijker om er mee te beginnen.
Maar dan mist men in de beste jaren van het huwelijksleven en van het gezinsleven, als de kinderen met hun vreugden en hun zorgen, hun ondeugendheden en hun liefheden nog onbevangen aan tafel zijn, elke mogelijkheid van inleven en meeleven met elkaar, van geestelijke vorming en van rijke onvergetelijke ernst en troost die er uitgaat, of tenminste uit kan gaan van vaders of moeders gebed.
Die wondere rijkdom moge onze gezinnen niet ontgaan, zodat die saambindende en vormende kracht ontbreken gaat, waardoor we in blijde en droeve dagen één, ons samen gedragen weten door en verbonden aan Hem die het beloofd heeft en die Zijn beloften ook waar maakt!

deB.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 augustus 1974

De Wekker | 8 Pagina's

Gebedsleven (VI)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 augustus 1974

De Wekker | 8 Pagina's