Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Kein anderes Evangelium" 1966-1976 (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Kein anderes Evangelium" 1966-1976 (I)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Wanneer ik belijdenis zeg, zeg ik Bijbel, en wanneer ik Bijbel zeg, zeg ik belijdenis."
Prof. dr. Walter Künneth

„De moderne kritiek op het Nieuwe Testament maakt de persoonlijke ontmoeting met God en met Christus in een levend contact onmogelijk. Ik kan mijn liefde; mijn vertrouwen en gebed niet meer kwijt. De afbraak van Christus' beeld in mijn ziel heeft onherroepelijk tot gevolg, dat mijn geloof in God sterft."
Dr. Georg Huntemann

Mede-strijden
Het is dit jaar 10 jaar geleden, dat in Duitsland de belijdenisbeweging „Kein anderes Evangelium" moest worden opgericht.
Er is in Duitsland een kerkstrijd aan de gang, die naar het woord van bisschop Dietzfelbingel zo fel is, dat de „kerkstrijd van het Derde Rijk daarbij vergeleken slechts kinderspel was. „Het is een strijd „om de bewaring van het reine Evangelie." Deze kerkstrijd staat niet op zichzelf en de theologische dwaalleer heeft bij Zevenaar geen halt gehouden. Daarom voelen wij ons verbonden met onze broeders en zusters van „Kein anderes Evangelium" en willen wij ook voor hen bidden, dat zij kracht mogen ontvangen om, tegen de stroom op, te kunnen volharden.
In deze artikelen wil ik slechts enkele zakelijke notities maken en theologische beschouwingen over Bultmann c.s. buiten beschouwing laten.

Midden in de oorlog
Op 21 april 1941 hield Prof. dr. Rudolf Bultmann in Frankfurt am Main, een voordracht over: „Nieuwe Testament en mythologie".
Volgens Bultmann is het Nieuwe Testament mythisch van karakter, waar de mens van de 20ste eeuw niets mee kan beginnen. Nu hoeven de mythen niet weg, maar moeten geïnterpreteerd worden. Bultmann wil de boodschap van het Nieuwe Testament voor de moderne mens vertalen.
Onder mythisch verstaat hij het niet-wereldlijke, zoals b.v. de hemel, de hel, de engelen, de satan, de demonen enz.
„Men kan" - en nu citeer ik Bultmann, - „van het elektrisch licht en een radiotoestel geen gebruik maken en evenmin in geval van ziekte de moderne en klinische middelen onbenut laten en tegelijker tijd aan de geestes- en wonderenwereld van het Nieuwe Testament denken."
Uit dezelfde toespraak van Bultmann te Frankfurt de volgende passage:
„Hoe kan mijn schuld door de dood van een schuldeloze (wanneer men tenminste daarvan kan spreken) voldaan worden? Welke primitieve begrippen van schuld en gerechtigheid liggen aan zulk een voorstelling ten gronde? Welk een primitief godsbegrip! Moet de beschouwing van de zonde-dragende dood van Christus uit de offervoorstelling verstaan worden? Welk een primitieve mythologie, dat een God, die mens werd door zijn bloed de zonden der mensen draagt!"
Tot slot nog een citaat uit Bultmanns rede: „De opstanding van Christus echter - is deze niet gewoonweg een mythische gebeurtenis? Weliswaar wil ook Paulus zelf eenmaal het wonder van de opstanding als een historische gebeurtenis veiligstellen door de optelling van ooggetuigen (1 Kor. 15:3-8). Hoe fataal is deze argumentatie . . ."
Dit sprak de Marburger hoogleraar in het midden van de afschuwelijke en barre oorlog. Terwijl de bombardementen op Duitsland de ene puinhoop na de andere achterlieten, was Bultmann bezig met het leggen van theologisch dynamiet onder de fundamenten van de kerk.

Troosteloos
Het is geen kleinigheid wat Bultmann beweert. Zo wordt het breekijzer van de „ontmythologiseringstheologie" gezet in de schone belijdenis van de geboorte van onze Heiland uit de maagd Maria. Jezus Christus is niet meer Gods eniggeboren Zoon, maar een inspirerend voorbeeld voor een leven in ware vrijheid. Weg worden de wonderen uit de Bijbel geredeneerd en het geloof in geesten en demonen is onzin.

Er is geen geloof meer in de hellevaart van Christus, de opstanding is geen historische gebeurtenis meer. Zijn hemelvaart evenals Zijn wederkomst hebben geen plaats meer in die theologische wetenschap.
En waar blijft de verwachting van een nieuwe hemel en nieuwe aarde, waar de dood niet meer zal zijn?
Er blijft van de kerk niet meer over dan een puinhoop.
Want één van beiden: of Paulus moet zich vergist hebben of Bultmann heeft gelijk. Alles komt op het spel te staan: men kan niet meer preken, geen boodschap tot de jeugd spreken, niet meer naar ziekbedden gaan en niet meer bij de graven staan en geen zending meer bedrijven.
Het laat zich verstaan, dat bijbelse reakties niet konden en mochten uitblijven.

Kein anderes Evangelium
De dwaalleer greep om zich heen. Velen werden er door begeesterd en meegesleurd, maar anderen raakten erdoor verontrust.
Zo werd in 1961 de zgn. „Bethelkreis" opgericht, waar een aantal theologen en leken zich gingen bezinnen op de modernistische stroming.
Vijf jaar later op 12 januari 1966 ontstond te Hamm uit de Westfaalse tak van de „Bethelkreis" de belijdenisbeweging „Kein anderes Evangelium". De naam is ontleend aan Gal. 1:7.
Op 6 maart vond een massabijeenkomst plaats in de Westfalenhalle te Dortmund; de eerste keer dat deze belijdenisbeweging zich naar buiten heeft gepresenteerd. Wat wil nu „Kein anderes Evangelium"? Heel eenvoudig zich stellen onder het gezag van de Bijbel en de belijdenis. Daartoe weten zij zich geroepen door Jezus Christus zelf, om in Zijn naam te getuigen tegen de dwaalleer.
Zij wil zich laten leiden door de Geest der waarheid, omdat alleen van de Heilige Geest een opwekking in de kerk te verwachten is. Zij bidden de Heer van de kerk, dat Hij vele leden van zijn gemeente tot erkentenis der waarheid wil bewegen en hen in die weg tot Zijn getuigen wil maken. „Kein anderes Evangelium" hebben zij niet. Reformatorisch! Tot voorzitter van de belijdenisbeweging werd pastor Rudolf Baumer van Espelkamp gekozen, welke funktie hij tot nu toe nog bekleedt.

En op geregelde tijden laat „Kein anderes Evangelium" haar „Informationsbrief" verschijnen.

De rede van Prof. dr. Walter Künneth
Meer dan 20.000 mensen waren op die 6e maart 1966 in Dortmund aanwezig. Om u iets weer te geven van die massabijeenkomst wil ik u graag iets doorgeven van de rede van Prof. Walter Künneth. Hij sprak over: Kruis en opstanding van Jezus Christus. Hij wees op het centrale thema van de bijbelse boodschap en zette daar tegenover de opvatting van de moderne theologie.

„Die theologie" aldus prof. Künneth heeft de gemeente onrustig gemaakt. Maar echte theologie wil kerkelijke diakonie zijn. Zij maakt wel gebruik van dezelfde methoden als de andere wetenschappen, maar haar voorwaarde is de door de Geest van God verlichte geloofsbelijdenis en niet enkel het verstand alleen. Het modernistische theologische denken, dat in de ban van een tijdsfilosofie is, heeft slechts op het verstand gebouwd. Wel maakt zij gebruik van bijbelse begrippen, maar misvormt en versluiert deze. Versluiering echter is voor het geloof onverdraaglijk, ja verderfelijk. In die zin is op Pasen helemaal niets gebeurd.
Wij hebben ons op de moderne theologie bezonnen, dat wij niet met haar in zee mogen gaan omdat zij de wereld een aangepaste, veranderde en van betekenis veranderde evangelie wil aanbieden. Maar, aldus nog steeds dr. Künneth, het komt vandaag alleen aan op het onverkorte, onveranderd Evangelie, dat teruggaat op het apostolische en evangelische getuigenis.
Daarom is rondom deze centrale belijdenis opgericht de beweging „Kein anderes Evangelium".
Een rede, die de aanwezigen in Dortmund getroost en gesterkt heeft tot getuigend strijden.

Düsseldorfer Erklärung
De belijdenisbeweging „Kein anderes Evangelium" heeft haar stem mogen laten horen op de televisie, voor de radio, kwam spreekbeurten vervullen op de universiteiten en heeft grote bijeenkomsten belegd. Op de op 22 november 1967 te Düsseldorf gehouden meeting wil ik nog even speciaal de nadruk leggen.
Op 7 november daaraan voorafgaande was een verklaring ondertekend en op 22 november bekend gemaakt, die bekend is geworden als de „Düsseldorfer Erklärung". Op die „boete en bede-dag" heeft de belijdenisbeweging „Kein anderes Evangelium" de Schriften laten spreken temidden van de kerkelijke verwarring. De centrale boodschap van het evangelie werd bedreigd en daarom mochten onze Duitse broeders en zusters niet zwijgen.
Wat was er met de moderne theologie aan de hand. De Heilige Schrift werd wetenschappelijk benaderd. Jezus Christus was slechts mens en Zijn offerdood is niet noodzakelijk geweest en de verkondiging van zijn dood voor de zonden moet beschouwd worden als een tijdgebonden inkleding van de heilsboodschap.
Ook Jezus is niet lichamelijk opgestaan, maar geestelijk. De verwachting van Zijn wederkomst is zinloos.
Troostvol is daarentegen wat de „Düsseldorfer Erklärung" beleed.
Het Evangelie zegt ons door de Heilige Geest, dat Jezus Gods Zoon is.
Dat Hij mens werd en tegelijk God bleef om ons Zijn Vader als onze Schepper te openbaren.
Jezus Christus heeft plaatsvervangend voor ons en voor de gehele wereld aan het kruis voor onze zonden geleden en daardoor onze schuld verzoend.
Hij is lichamelijk uit de doden opgestaan en zal als rechter wederkomen.
Aan Zijn kerk heeft Jezus Christus de opdracht gegeven om zonder vrees voor mensen de grote daden Gods te verkondigen, waardoor zij voor tijd en eeuwigheid behouden kunnen worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 april 1976

De Wekker | 8 Pagina's

„Kein anderes Evangelium

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 april 1976

De Wekker | 8 Pagina's