Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overwegingen na Pinksteren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overwegingen na Pinksteren

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De tussentijd
Pinksterfeest ligt weer achter ons. We hebben de grote daden Gods herdacht. Pinksterfeest is niet minder dan pasen en hemelvaart een rijke openbaring van Christus' overwinning, zelfs de allerrijkste. De gekruisigde, maar weer opgestane Heiland, die gezeten aan de rechterhand van de hemelse Vader alle macht ontvangen heeft in de hemel en op de aarde, zendt de Heilige Geest in het midden van zijn kerk. Daarmee heeft Christus zijn belofte vervuld, die Hij vóór zijn kruisdood aan de zijnen deed, dat Hij hun zijn Heilige Geest zou geven. Petrus zegt er van in zijn pinksterpreek dat wat op pinksteren gebeurt het werk van de verheerlijkte Christus is. Hij, die door de rechterhand van God verhoogd is en de belofte van de Heilige Geest van de Vader ontvangen heeft, heeft dat alles uitgestort (Handelingen 2:33). Christus ontvangt van zijn Vader voor de zijnen de Heilige Geest als een bekroning van zijn verlossingswerk. En Hij stort die Geest over hen uit als een machtige regenbui, vernieuwend en verfrissend. En nog altijd werkt Christus door zijn Geest. Door zijn Woord en Geest vergadert, leidt en onderwijst Hij zijn kerk en dat zal Hij doen tot Hij wederkomt. Want al is pinksterfeest thans voor ons de allerrijkste openbaring van Christus' overwinning, het is nog niet de laatste openbaring. De laatste openbaring van zijn overwinning komt nog. Die zal dan zijn als Hij wederkomt. Dan zal zijn openbaring volkomen zijn.
Van zijn wederkomst heeft Christus zelf in zijn onderwijs meer dan eens gesproken. Zelfs verschillende gelijkenissen heeft Hij daaraan gewijd. En vlak voor zijn heengaan heeft Hij zijn discipelen er nog weer uitdrukkelijk van gesproken. Ze hoefden niet bedroefd te zijn. Het was in hun eigen voordeel dat Hij heenging. En Hij voegde er aan toe: Ik kom weder tot u (Joh. 14:1 vv). En een laatste herinnering kregen de discipelen op de Olijfberg bij de hemelvaart van Christus uit de mond van engelen: Deze Jezus, die van u is opgenomen in de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen, als gij Hem ten hemel hebt zien varen (Handelingen 1:11).
Dan zal de overwinning van Christus in al haar volkomenheid blijken. Dan komt de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, waarop gerechtigheid woont (2 Petr. 3:13). Na hemelvaart en pinksteren kunnen we met de schrijver van de Hebreeënbrief zeggen: Wij zien Jezus met eer en heerlijkheid gekroond (Hebr. 2:9). Toch zien we nu nog niet dat Hem alle dingen onderworpen zijn (vs. 8). Nog heerst de dood, nog woeden de vijanden, nog werkt de overste der wereld, de duivel, al is hij geoordeeld (Joh. 16:11), nog is er de goddeloosheid en zijn er de goddelozen. Maar eens zal Christus zeggen: tot hiertoe en niet verder. Dan zal God de aardbodem rechtvaardig oordelen door Hem (Hand. 17:31). Dan gaat Ps. 104:35 in vervulling: De zondaren zullen van de aarde vergaan en de goddelozen zullen niet meer zijn. De rijkste vrucht van Christus' overwinning komt nog.
Zo leven we thans tussen pinksterfeest en wederkomst. We leven in een tussentijd. En het feit dat we in een tussentijd verkeren is bepalend voor het leven van de kerk.

Leven naar de toekomst
De kerk mag leven uit de rijkdom van pinksterfeest en tegelijk vooruitleven naar een machtige toekomst. Want de gelovigen hebben deel aan de totale overwinning van Jezus Christus, al is die nog niet in al haar heerlijkheid geopenbaard. Deel hebben aan Christus is deel hebben aan zijn volle overwinning. We ontvangen geen halve Christus. We ontvangen Hem helemaal. De gelovige ontvangt deel aan al zijn schatten en gaven. En dat geschiedt door de Heilige Geest, de Geest van het pinksterfeest. De Geest werkt door de verkondiging van het evangelie het geloof in de harten. En het geloof is de band aan Christus.- We leren Hem kennen als de enige grond, als de enige troost in leven en sterven. We ontvangen deel ook aan zijn toekomst.
Paulus spreekt over de Heilige Geest als over een onderpand van de erfenis die Gods kinderen eens ontvangen (Ef. 1:14). Een „onderpand" is een vooruitbetaling op het kapitaal, dat nog blijft staan. Het volle heil Gods, dat de gelovigen eenmaal zullen ontvangen bij de openbaring van Christus in al zijn heerlijkheid, wordt vergeleken bij een erfenis. Het onmondige kind krijgt het kapitaal nog niet in handen. Hij krijgt slechts een voorschot. Maar dat voorschot is een stukje van het volle kapitaal. Zo ontvangen Gods kinderen hier nog niet de volle erfenis, die voor hen is weggelegd (1 Petr. 1:4), maar in de Heilige Geest ontvangen ze en vooruitbetaling. De gave van de Heilige Geest is bewijs van Christus' overwinning en een garantie eenmaal aan de volle overwinning van Christus te zullen deel ontvangen.

Reeds nu mogen de gelovigen weten kinderen Gods te zijn en ze mogen daarvan de blijdschap en de troost ervaren. Ze mogen daarin beleven de grote liefde van de hemelse Vader (1 Joh. 3:1). Ze mogen dat ervaren als een rijke vrucht van het geloof in Christus (Joh. 1:12), die voor hen de weg tot de Vader heeft ontsloten. Jezus zegt: Niemand komt tot de Vader dan door Mij (Joh. 14:6). En het ts de Heilige Geest die dat in het geloof werkt en uitwerkt. Zovelen als er door Gods Geest geleid worden, die zijn kinderen van God (Rom. 8:14). Toch is hun de heerlijkheid van het kindschap Gods nog niet ten volle geopenbaard (1 Joh. 3:2). Het is rijker dan het hier kan beseft of ervaren worden. Dat zal dan zijn, wanneer Christus bij zijn wederkomst in al zijn heerlijkheid zal geopenbaard worden. Dan zullen wij Hem gelijk zijn en Hem zien gelijk Hij is, aldus de apostel Johannes.
Paulus zegt het op soortgelijke wijze. Nu nog is het leven van Gods kinderen in al zijn rijkdom verborgen. Het is als met een bloemknop, die nog in het vroege voorjaar veilig ligt opgeborgen binnen de beschuttende bloembladeren. Reeds is het voorjaar aangebroken, reeds is het leven er, maar het is nog verborgen. Straks breekt de bloem in al zijn schoonheid door. Zo is het leven van Gods kinderen nu nog verborgen, verborgen in God. Het leven is er, maar het is nog verborgen. Doch het is verborgen in God. Dat betekent tegelijk dat het veilig is. Niemand kan ons de heerlijkheid van het kindschap Gods roven, welke stormen er ook over heen mogen gaan. Straks zal het worden geopenbaard. Paulus schrijft: Wanneer Christus verschijnt, die ons leven is, zult ook gij met Hem verschijnen in heerlijkheid (Kol. 3:1 vv.).
Christus is de zijnen in zijn heerlijkheid voorgegaan. Straks zullen ze Hem mogen volgen. Hij zegt tegen zijn discipelen: Ik kom weder tot u en dan zal Ik u tot Mij nemen, opdat gij moogt zijn waar Ik ben (Joh. 14:3). En aan het eind van zijn hogepriesterlijk gebed bidt Hij: Vader, Ik wil dat waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij mijn heerlijkheid zullen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt (Joh. 17:24). En de heerlijkheid van Christus aanschouwen betekent ook daarin te delen.

Dit alles mag Gods kinderen tussen pinksteren en de wederkomst van Christus in een grote vreugde, een blijde zekerheid en een rijke verwachting doen leven. We zouden er meer naar moeten staan en dat leven meer moeten vertonen. Dat betekent niet een weggaan uit de wereld. Christus bidt zijn Vader, dat Hij de zijnen niet uit de wereld wegneemt. Ze hebben een taak in deze wereld. Maar wel moeten ze voor de boze bewaard worden (Joh. 17:15). Paulus waarschuwt er voor deze wereld niet gelijkvormig te worden (Rom. 17:2). Leven als kinderen van God uit de rijkdom van pinksteren naar de rijke toekomst van Christus heen, betekent strijden tegen de zonde, de wereldgelijkvormigheid, de aardse begeerten en alles wat een christen het leven uit de Geest verhinderen kan. Paulus noemt de wapenen die wij in de strijd nodig hebben (Ef. 6:10vv.). En Johannes zegt, dat die deze hoop op Hem heeft, zo heenleeft naar Christus' toekomst en verwacht deel te zullen hebben aan zijn heerlijkheid, zich reinigt van de zonde (1 Joh. 3:3). Het gaat niet aan' Christus te verwachten en te leven in de zonde.

Het bijzondere gebod
Als een bijzondere opdracht tussen pinksteren en de, wederkomst heeft Christus ons het gebod van de liefde nagelaten.
Jezus zegt: Hieraan zullen allen weten, dat gij discipelen van Mij zijt, indien gij liefde hebt onder elkander (Joh. 13:35). En die liefde betekent dienst aan elkaar. Jezus heeft in de voetwassing het voorbeeld gegeven. Hij zegt: Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik u gedaan heb (Joh. 13:15).
En die liefde onder elkaar moet gegrond zijn in de liefde van Christus. Jezus zegt: Blijft in mijn liefde (Joh. 15:9). Die liefde van Christus moet voor ons het grote voorbeeld zijn en het uitgangspunt van ons leven. Door zijn geboden te bewaren blijven we in zijn liefde (Joh. 15:10). Het is een wisselwerking. Door in de liefde van Christus te blijven zullen we zijn gebod der liefde kunnen vervullen en door het gebod der liefde te vervullen blijven we in zijn liefde. Het een is van het ander niet los te maken.
Dit gebod der liefde heeft op de apostel Johannes diepe indruk gemaakt. Hij meldt ons de woorden van Jezus daaromtrent het uitvoerigste. En in zijn brieven slaat hij steeds weer op het zelfde aambeeld. Terecht heeft men hem dan ook wel de apostel van de liefde genoemd.

Laat ik mogen besluiten met een enkel woord van deze apostel der liefde: Hij herinnert aan het gebod, dat Christus al de zijnen heeft nagelaten.
Dit is zijn gebod, dat wij geloven in de naam van Jezus Christus en elkander liefhebben, gelijk Hij ons geboden heeft. En wie zijn geboden bewaart blijft in Hem. En hieraan onderkennen wij, dat Hij in ons blijft: aan de Geest die Hij ons gegeven heeft (1 Johannes 3:24.)

Oosterhoff

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 juni 1976

De Wekker | 8 Pagina's

Overwegingen na Pinksteren

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 juni 1976

De Wekker | 8 Pagina's