Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus alles en in allen (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus alles en in allen (5)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Dat leert ons Christus . . ."
Zo na de kerstdagen is het dunkt me goed, ons even te bezinnen op de reaktie op het blijde kerstevangelie, dat ons weer op velerlei manier gebracht is.
En dan denk ik niet aan de reakties van de massa die alleen maar de vorm en de uiterlijke schijn van het kerstlicht kennen, maar Christus, Het Kind, niet achten en niet ontwaren.
Nee, het gaat om onze persoonlijke geloofsreaktie op het evangelie: geboren is de Zaligmaker. En dat niet eens zal Hij geboren worden voor u, maar heden is Hij geboren, Gods heil is een feit!
De belofte - al mag u mogelijk nieuwe hoop gekregen hebben uit de zekerheid van het feit - is niet onderstreept op Kerst, maar Gods belofte is heerlijk vervuld.
Hij is er. Gods eigen Zoon is in de wereld gekomen om zondaren zalig te maken. In Hem is Gods genade levende werkelijkheid geworden. Hij heeft in volkomen gehoorzaamheid aan Zijn Vader alles wat bij God te doen was om zondaren „te verlossen van het hoogste kwaad en te brengen tot het hoogste goed", volbracht. Het licht van Gods nodigend evangelie straalt vanuit de stal in Bethlehems dreven.
Kom, o kom, met al uw noden,
vrede wordt u hier geboden . . .
En? Hebben we nu gelovig ons verwonderende over die liefde Gods in Hem, om niet, ons heil, ons hoogst geluk gevonden?
Hebben we kerstfeest gevierd in de troost van het gelovig weten. Hij kwam voor mij. Hij is mijn Borg, die al mijn schuld betaald heeft, mijn Verlosser, die mij uit de heerschappij van de zonde verlost heeft. Is het feest in ons hart?
Of - is dat teveel gevraagd?
Je gelooft wel dat het leven, de bron, er is, maar er uit drinken tot verzadiging? Maar ons geloof is toch niet een stuk godsdienstfilosofie, of een stuk traditionele theorie hoop ik!

Betekent die levende geboren Heiland, die gestorven en opgestane Zaligmaker iets voor ons?
Mogelijk vond u Zijn boodschap weer geweldig, maar zegt uw hart - als ik dat nu geloven kon, als ik durfde te zeggen: mijn Zaligmaker, dat zou feest zijn.
Maar, die persoonlijke toeëigening, hoe uw hart er ook naar hunkert, ontbreekt!
We zingen dan het feestlied wel mee in het midden van de gemeente des Heren, maar als de herders gaan en vinden blijft u achter in de schemerige en weer donker wordende velden van Efratha. U gaat persoonlijk in het geloof liet mee om het Kind, de geboren, de van God gegeven Zaligmaker te aanbidden?
Waarom niet?
Ach u weet het allemaal zo goed, en dat kan een zegen zijn, mits u uw hart maar niet wil dwingen om een weg te gaan, die God niet net u gaan wil!
Maar je bent tóch zomaar niet toe aan die persoonlijke toeëigening van het geloof, waardoor je de gevouwen handen op de kribbe legt en de geloofsontmoeting met die Borg en Koning, het Kind uit de kribbe.
U durft en kunt toch zo maar niet gaan en neerknielen en aanbidden alsof hij u geschonken is van God tot een volkomen Verlosser?
Dan moet je toch eerst een arm zondaar geworden zijn voor God, dan moet je door de Heilige Geest herboren weet hebben van je schuld, die het je onmogelijk maakt een rechtvaardig God te ontmoeten.
Alleen in de nacht van verlorenheid gaan toch de sterren van Gods belofte lichten en wordt de Opgang uit de hoogte, de Zon der gerechtigheid verbeid? Wij worden toch uit genade zalig en wij kunnen uit onszelf toch geen zucht tot onze zaligheid toedoen? Dat woord van Klaas Pieter Kuipinga staat toch in het geboorteuur van de Afscheiding geschreven?
Daarom ben je bevreesd voor het „heilslegerachtige- geloof" dat zomaar opstaat van de zondaarsbank en hallelujah roept! Bevreesd voor het aloude remonstrantisme dat zich in allerlei nieuwe vormen voordoet, waarbij je maar gelooft en het doen moet en het grijpen moet en je neemt maar aan! Alsof je zo maar even met die herders naar de stal gaat en aanbidden kunt!
Zul je die Zaligmaker, die Borg nodig hebben, dan zal de Here zelf door Zijn Geest in de weg van ontdekking en afsnijding (hopelijk weet u lezer, nog wel wat daarmee bedoeld wordt) plaats moeten maken in je leven niet alleen voor een helpende, maar voor een zaligende Borg.
Nu moet u als u dit allemaal leest, uw hoofd niet schudden, omdat u deze taal niet meer verstaat. Want hoe het gezegd wordt is tot daar aan toe, maar de zaak waar het hier om gaat is waar!
We kunnen kerstfeest vieren met het kind, en om het kind en zingen van het kind en vreugde uiten over de liefde Gods, die de wereld verzoenen wil met Zich . . . maar hebben wij voor onze persoonlijke levensschuld, waarmee we hebben leren buigen voor de Here onder vier ogen in het verborgen, dat Kind, die geschonken Zaligmaker zó nodig, dat er geen rust is voor we weten: Hij kwam voor mij!
Ook de kerstvreugde der verlossing die in Christus Jezus is, is niet desgenen die wil, noch desgenen die loopt, maar des ontfermenden Gods!
En toch, is het mogelijk, juist als u die droefheid over uw zonde kent en u zelf steeds meer tegenvalt, dat u de herders met een heimwee in uw hart ziet gaan en dat u jaloers kunt luisteren als zij straks zingend heengaan, maar zelf. . . blijft u van ver staan. Het Woord gehoord, gehoord met een overtuigd en verlangend hart, maar u acht uzelf niet waardig (genoeg?) om met de belofte, het evangelie van Godswege u gebracht, het te wagen en te gaan naar Hem bij wie de grootste der zondaren welkom is!

De fout die we maken als we al te systematisch het werk Gods willen gaan ontleden is dat we de stukken ellende, verlossing en dankbaarheid naast elkaar zetten en na elkaar willen gaan beleven.
Daardoor zien we dan in de aanvang van het geestelijk leven, in die tijd van de overtuiging van onze zonde en zondigheid het werk van de Heilige Geest los van Christus, de Zaligmaker. Dan is voor ons de Wet die ons de Waarheid zegt en schuldig stelt, de stem van een heilig God, die ons veroordeelt en we ontdekken daarin (nog) niet de liefde die ons de waarheid zeggen wil, omdat Hij ons wil behouden.
En zeker, wanneer in de persoonlijke doorleving met en voor de Here het Woord van God ons zó raakt dat we de Here moeten laten lezen in ons hart en dat daaruit dat veroordelende maar tevens hoopgevende woord „genade" gaat klimmen, is er meer vrees en erkennen van eigen onmogelijkheden, dan hoop en zien op Gods mogelijkheden, die werkelijkheid geworden zijn in de krib van Bethlehem!
Maar die Geest van God, die ons de Wet leest opdat we onze schuld leren kennen is ook de Geest van Christus!
Als de duivel ons op onze zonden wijst, dan doet hij het altijd om ons te laten wanhopen, maar als de Geest van Christus ons onze zonden leert zien, dan doet Hij het opdat we daarmee zullen komen hoopvol steunend op Gods beloften tot Hem die geschonken is, om ons alle schuld te delgen!
Onze ellende . . . waaruit kent ge die? Uit de Wet van God.
En wat eist die Wet van u?
Dat leert ons Christus (zondag 2 H.C.).
Christus die ons ontdekt en ons verslagen hart met koorden van liefde en goedertierenheid trekt, opdat wij bij Hem en bij Hem alleen de vergeving, de vreugde der genade en de vrede met God vinden zullen.
Het kerstfeest is al voorbij . . .
Ja, maar het Kind is er nog, de volkomen Zaligmaker, en Hij wacht nog op u!

deB.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 december 1976

De Wekker | 8 Pagina's

Christus alles en in allen (5)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 december 1976

De Wekker | 8 Pagina's