Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een nieuwe uitgave van de belijdenisgeschriften

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuwe uitgave van de belijdenisgeschriften

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Nederlandse Belijdenisgeschriften (1976)
In 1940 heeft dr. J.N. Bakhuizen van den Brink, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden, een tekstuitgave van de Nederlandse belijdenisgeschriften verzorgd. Het was een standaardwerk. Vele theologen en historici hebben er een dankbaar gebruik van gemaakt. Nu is het echter schaars en duur geworden.
Misschien had er een fotografische herdruk kunnen komen en ook dat zou zijn nut hebben gehad. Maar een andere opzet bood nog meer perspectief. Als we de beide uitgaven naast elkaar leggen, kunnen we constateren, dat het wetenschappelijk onderzoek niet heeft stilgestaan. Vooral in het hoofdstuk waarin de geschiedenis van onze Geloofsbelijdenis opnieuw beschreven wordt, is dat duidelijk te zien.
We lezen, hoe het in 1561 in Doornik is gegaan en hoe het boekje in zijn oorspronkelijke vorm in Rouen gedrukt is. Ook in de andere inleidende hoofdstukken is met de nieuwste gegevens rekening gehouden. Er is nog een reden om de voorkeur te geven aan deze tweede druk van „Bakhuizen van den Brink" (de aanhalingstekens duiden aan, dat het boek bijna een begrip geworden is - althans aan onze Theologische Hogeschool).
In 1940 gaf de schrijver, die zich bescheiden de „samensteller" noemde, vergelijkende teksten. Daarom was het voor geïnteresseerden en in het bijzonder voor hen die van grondige studie houden, zo'n waardevol werk. Maar nu gaat het om de authentieke teksten van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (de tekst van 1619), de Heidelbergse Catechismus (1611) en het Oordeel van de Nationale Synode van Dordrecht, meer bekend als de Dordtse Leerregels (1619). Die authentieke teksten zijn van groot belang.
Voor mijn besef is het wel problematisch, of de tekst van Richard Schilders (Middelburg 1611) een authentieke tekst is. Op blz. 40 heet deze tekst de meest authentieke van 1619 en op blz. 56 staat, dat deze tekst, die in de Nationale Synode van Dordrecht ter tafel geweest moet zijn, „minstens als grondslag voor een - nooit verschenen - authentieke tekst beschouwd moet worden". Dat laatste is m.i. juist. Strikt genomen hebben we dus authentieke teksten van de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels en een tekst die de grondslag voor een authentieke tekst van de Heidelbergse Catechismus is.
Als dat zo is, wordt het tijd voor de vaststelling van een authentieke of officiële tekst van de Catechismus. Daarvoor kan een geleerde als de auteur van „De Nederlandse Belijdenisgeschriften" wel voorbereidend werk doen, maar alleen de kerken hebben het recht zich erover uit te spreken. Belijdenisgeschriften zijn kerkelijke geschriften. De kerken zijn echter verdeeld en daarom is dit nog niet zo eenvoudig.

Verstaan we wat we belijden?
Wie zich verdiept in deze oude teksten, zal er wel van overtuigd raken - als hij er nog niet van overtuigd was - dat wij naast de authentieke tekst van de belijdenisgeschriften ook een weergave van de belijdenis in hedendaags Nederlands nodig hebben.
Allerlei woorden en uitdrukkingen die vroeger gangbaar waren, zijn niet meer gebruikelijk of hebben een andere betekenis gekregen.
Als in art. 24 van de Geloofsbelijdenis staat: „ja wy zijn in God ghehouden voor de goede wercken die wy doen, ende niet Hy in ons", wil dat zeggen, dat wij schuldenaars van God zijn voor de goede werken die wij doen en niet Hij van ons.
In de Catechismus eindigt antwoord 60 met de woorden: „soo verre ick sulcke weldaedt met een gheloovigh herte aenneme". Zoals uit het Duitse en uit het Latijnse origineel van 1563 blijkt, maakt dat de rechtvaardiging niet afhankelijk van de mate van ons geloof, maar onderstreept het de noodzakelijkheid van het geloof: Alleen door deze weldaad met een gelovig hart aan te nemen ben ik rechtvaardig voor God.
In de Dordtse Leerregels is „haerselven van de genade der Verkiesinghe lichtveerdelick vermetende" (I, 13) gelijk aan: zichzelf lichtvaardig laten voorstaan op de genade der verkiezing.
Aan deze enkele voorbeelden uit de Formulieren van enigheid zijn er tientallen toe te voegen. En als het voor ieder duidelijk moet zijn, wat wij belijden, is er alles voor om het in woorden en zinswendingen van deze tijd te zeggen.
Dat is het principe waarvan de commissie voor de tekst van de belijdenisgeschriften uitgegaan is, die in 1971 haar bewerking in hedendaags Nederlands - waaruit in het voorgaande geciteerd is - aan de kerken aanbood.
Prof. Bakhuizen van den Brink, die zelf deel uitmaakte van deze commissie, merkt erover op, dat dit werk in gewaarmerkte exemplaren bij de betrokken synoden berust en daar zijn bestemming afwacht.
Verstaan we wat we belijden?
Wie wil nagaan, wat in de belijdenisgeschriften eigenlijk beleden wordt en hoe dat op een begrijpelijke wijze onder woorden moet worden gebracht, zal aan het werk van Bakhuizen van den Brink niet voorbij kunnen gaan. Om er het volle profijt van te hebben, moet men enigszins overweg kunnen met het Latijn, het (oude) Frans en het (oude) Duits, waarmee men bij de vergelijking van de teksten in aanraking komt.
Overigens is het voor het verstaan van de belijdenis ook van belang om de brief aan de koning eens aandachtig te lezen die in de alleroudste „Geloofsbelijdenis" (1561/1562) aan de 37 artikelen voorafging. In dit verband noem ik ook de voorrede van de eerste uitgave van de Heidelbergse Catechismus (in het Duits) en het besluit dat de Synode van Dordrecht aan de Leerregels toevoegde. Dit alles is evenals de Remonstrantie van 1610 en nog meer stukken zowel in de eerste als in de tweede druk van „De Nederlandse Belijdenisgeschriften" opgenomen.
Hulde aan de auteur, die na zijn emeritering als hoogleraar nog zoveel tijd en energie aan dit werk gegeven heeft! Hulde ook aan de uitgever, die er zich veel moeite voor getroost heeft!
Voor een werk met deze inhoud dat er zo buitengewoon verzorgd uitziet, is de prijs niet te hoog.

J.N. Bakhuizen van den Brink, De Nederlandse Belijdenisgeschriften in authentieke teksten met inleiding en tekstvergelijkingen, tweede druk, Uitg. Ton Bolland, Amsterdam, 1976, 297 blz. geb., ƒ 45,-.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1978

De Wekker | 8 Pagina's

Een nieuwe uitgave van de belijdenisgeschriften

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1978

De Wekker | 8 Pagina's