Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het nochtans des geloofs

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het nochtans des geloofs

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Des daags zal de Here Zijn goedertierenheid gebieden en des nachts zal Zijn lied bij mij zijn; een gebed tot de God mijns levens" Ps. 42: 9.

De dichter verkeert als balling, ver van Jeruzalem, in het Hermon gebergte. Ver van Jeruzalem wil zeggen, ver van de tempel en dus ver van God. Hij klaagt zijn heimwee naar God uit in deze psalm. Een gebed tot de Levende God. „Al Gods baren gaan over mij". Wie goed luistert, hoort hier reeds de woorden van Christus, over wie werkelijk al Gods golven en baren heengingen en die in de diepe nood van de godverlatenheid uitriep: „Mijn God, mijn God, waarom hebt Ge mij verlaten?"
Dankzij deze Here Christus, kon de dichter van psalm 42 niet ondergaan in de nood.
Psalm 42 is een geloofslied, waarin de goedertierenheid Gods geprezen wordt. Het roemen in de genade, die duizendmaal verbeurd is, is een bezingen van de volmaakte verlossing in Jezus Christus.
God zorgt zelf voor de psalmen in de nacht. En als de Here psalmen geeft, is er stof te over tot zingen. Heel de Schrift is daar vol van. Ook Paulus en Silas hebben het geheim daarvan ondervonden in de gevangenis te Filippi.

„Gelijk een hinde die naar de waterbeken smacht, zo smacht mijn ziel naar u, O God". „Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God".
De dichter denkt terug aan vroeger. Zijn gedachten vermenigvuldigen zich in hem. Hij beleeft het als het ware opnieuw en ziet zich in de dichte drom mee opgaan naar de tempel. Een feestvierende menigte. Op het punt de God der genade te ontmoeten. Zijn hart belijdt het opnieuw: Mijn God, Mijn Verlosser.
Hoe spreekt het allemaal tot hem nu hij hier - ver van Jeruzalem - in het klein gebergte, in Mi'saar, toeft. Hij voelt zich eenzaam, alleen, van God verlaten . . .
En toch . . . toch weet Hij dat de Here des daags zijn goedertierenheid gebiedt. . . Zijn ziel gaat spreken, zijn geloof gaat zingen, zijn hart gaat bidden . . .
Het nochtans van het geloof.
Ik ben wel ellendig maar de Here denkt aan mij. Maar de Heer zal uitkomst geven. Hij die daags Zijn gunst gebiedt, 'k Zal in dit vertrouwen leven en dat melden in mijn lied.
U hoort hier het geloof belijden: de Here is God. De dichter kent de relatie der genade. Hij weet, wie de Here is en hoe Hij zich verbonden heeft aan Zijn volk. De psalmist is een begenadigd kind van God. Hij kent de Here als zijn verlosser en als zijn God. De Heilige Geest werkt in het hart van de dichter. De goedertierenheid des Heren is hem niet vreemd. De wonderlijke vrede, die vrucht is van het Lam Gods, straalt u in deze psalm toe. Ondanks nood en eenzaamheid,. . . belijdt hij: „Mijn God". Daarom smacht zijn geloof naar God, naar de levende God.
Opmerkelijk is ook, dat de psalmist de Here hier als de God des Verbonds belijdt. De Jehova-naam wijst op de genadige relatie, waarin hij staat. God heeft in Christus Zich als de God der genade geopenbaard. De vaste en onwankelbare verbondszekerheid heeft er mee te maken. Ik ben wel ellendig maar de Here denkt aan mij.
Toen de kinderen Israëls in Egypte zuchtten en kermden, dacht de Here aan Zijn verbond. Als de Here daaraan denkt, gaan de geheimen van Zijn ontfermingen leven voor zijn volk. Dan is er wat te verwachten van de Here. Hoe de omstandigheden in ons leven dan ook mogen zijn, altijd is er dan uitkomst en perspectief. Het oog van de dichter heeft dat ontdekt. De schatten van het genadeverbond worden voor het oog des geloofs in de Here Jezus zichtbaar. Wat heeft God een rijkdom aan genade en verlossing en zaligheid weggelegd in Hem voor ons . . . die Hem vrezen.
Dan begint het nochtans van het geloof te gloren.
De Geest Gods leert dat geheim op een ondubbelzinnige manier. Het oog wordt verlicht, de nevels klaren op, ja de Here Jezus wordt onze Borg, die in onze plaats ging staan. De goedertierenheid Gods zorgt voor de psalmen in de nacht, een gebed tot de God mijns levens. De ziel gaat jubelen en juichen: „Ik zal niet vrezen, want Gij zijt bij Mij".
Wel tranen tot spijze maar toch uitzicht en hoop. Wel zorg en lijden maar toch toekomst. Wel eenzaamheid en diepe nood maar toch, mijn Verlosser en mijn God. Wel alles verbeurd maar toch begenadigd door de God des levens.
Het nochtans van het geloof zingt van Gods goedertierenheid als de bron van zaligheid. Het woord goedertierenheid wijst op liefde, gunst, genade, barmhartigheid. Het wijst op Gods ontferming.
Die goedertierenheid is tot de hemelen (ps. 36: 6). Die is van eeuwigheid over allen, die hem vrezen ps. 103: 17.
Die is geweldig, want de Here heeft er lust aan (Micha 7: 18). Hoe heerlijk en vol is dit in Christus geopenbaard. Hij zal des daags zijn goedertierenheid gebieden. Ja, gebieden, zo staat het er. Zo moesten we het laten staan. Dat zal de Here doen. Het geloof kan daarop bouwen en vertrouwen. God zorgt voor de zekerheden van het geestelijk leven. Beter dan het tijd'lijk leven is Uwe goedertierenheid.
Ik ben wel ellendig maar de Here denkt aan mij (ps. 40). Ik heb wel een lichaam des doods maar ik roem in God (Rom. 7).
Zalig de mens, die zich zo beroept op de God des Verbonds.
Zalig de mens, die als vrucht van die goedertierenheid, leert zingen van de Here, zijn God.

S. Wijnsma

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1978

De Wekker | 8 Pagina's

Het nochtans des geloofs

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1978

De Wekker | 8 Pagina's