Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uitzicht door het venster van de hoop (11)

Bekijk het origineel

Uitzicht door het venster van de hoop (11)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verzadiging
Als de Schrift ons in allerlei beelden gaat spreken van het hemelleven en wat wacht, als Gods overwinning zich volkomen zal manifesteren straks als er geen tijd meer zal zijn, doet ze dat in voor ons verstaanbare taal.
De Eeuwige spreekt zowel over Zichzelf, als ook over het leven dat bij Hem is achter en over de grenzen van de dood, in voor ons tijdelijke en beperkte mensen begrijpelijke beelden.
De geborgenheid voor het heimweevolle kinderhart in het Vaderhuis, de feestelijke levensvreugde op de Bruiloft gevierd in de feestzalen Gods voor de zwervers van de kruispunten van de wegen, doen ons iets verstaan van wat wacht. Een ander begrip dat in de Schrift veel malen de wondere genaderijkdom van God aanduidt is: verzadiging!
Sedert de naar Gods beeld geschapen mens zijn God en Schepper de rug toe keerde is hij in de zondeafval van Hem ook zijn geestelijke kwaliteiten kwijt. Hij is afgesneden van de bron van het Leven. Hij mist het leven, liggend midden in de dood, en zelf is hij de diepste zin van zijn bestaan kwijt. Hij kent en acht niet meer zijn hoge oorspronkelijke bestemming en vernedert zich in de slavernij der zonde soms tot duivelse hoogmoed of dierlijke lusten. Hij is de Bron kwijt en de levende wateren zijn door hem verlaten. Diep in het mensenhart blijft er een hunkering naar leven en levensvolheid! Hij tracht zijn verlangen te bevredigen en kon het zijn te verzadigen! Met alle mogelijke surrogaten tracht hij zijn diepste nood en het onbevredigd zijn van zijn hart te vervullen. Hij hunkert naar liefde, naar echte blijdschap, naar diepe vrede, naar troost in zijn ellende, naar een houvast, naar een hand, een vaderhand die hem vasthoudt en leidt. Maar hij vindt het niet en nergens, ondanks alles wat hem in 's levens bonte galerij voorgespiegeld wordt. Moe van alles en verveeld tracht hij zichzelf op de been te houden. Hij vindt het niet. Het kan ook niet! En in zijn verblindheid blijft hij hunkerend naar verzadiging zijn onbevredigd hart vullen met wat ten diepste geen waarde heeft voor God en het eeuwig leven!
Want wat baat het toch een mens of hij alles naar zich toe tracht te halen, of hij rijkdom op rijkdom stapelt, in een opvallend luxe auto rijdt en de meest exotische vakantie zich kan veroorloven, maar. . . schade lijdt aan zijn ziel. Als straks - hoelang kan dat nog duren? - alles aan onze verkilde stijve hand ontvalt en je door de poort van Gods eeuwigheid Hem gaat ontmoeten, wat hou je dan over van alles waarmee je hier je leven trachtte te vullen, als je niet rijk bent in God?
„Mijn volk, - zo klaagt de Here in Jer. 2:13 - „heeft twee boosheden begaan: Mij de bron van levend water hebben ze verlaten om zichzelf bakken uit te houwen, gebroken bakken die geen water houden!"
Niet dat God er behagen in zou vinden dat Zijn mens, Zijn verloren kinderen die hun eigen weg zoeken ondanks alle vermaan, zullen verdorsten! God houdt het levend water niet in! Verre van daar!
In Christus heeft Hij, verzoenend en reddend, het Brood des levens doen neerdalen en de Fontein des Heils is in Hem geopend midden in de woestijn van dit jachtende, zoveel eisende en zo weinig gevende leven!
Wie dorst heeft, die kome tot Mij en drinke - zo klinkt Zijn nodigende levensroep!
Ja, bij Hem, door Hem voor het geloof rustend in de genadetrouw van God is er verzadiging van vreugde voor Gods aangezicht eeuwiglijk! Hoewel onbegrijpelijk, zalige werkelijkheid voor het hart dat in het geloof Hem kent en uit die bron drinken mag!
Wat kunnen het feesturen zijn voor de geest als uit de volheid van Zijn liefde de Here in Jezus, die volkomen Borg, iets van die vrede met God en die vreugde over Zijn heil doet smaken! Als Hij zo alles wordt dat we ons verzadigen mogen uit de fontein van het heil drinkend, het heil dat ons verkondigd wordt bij de opening van Zijn Woord. Dan kunnen het onvergetelijke uren zijn soms, in de kerk onder de prediking of in die stille uren van meditatie met Hem!
Verzadiging - ja! En toch . . . wat is ons geloof vaak zwak en wat hebben we kleine gedachten van de volheid die Hij ons belooft!
We zijn nu nog hier in de woestijn van het volle zondedoorwoekerde leven. Maar ook hier en nu reeds wil de Here een tafel toerichten voor ons, opdat we verzadigd zullen worden. Het is goed dat we steeds daar in alle levensrumoer genodigd worden! Zeker ik weet wel dat de persoonlijk stille uren met de Here doorleefd goed kunnen zijn. Maar het feest van Zijn liefde en verzadiging wordt rijker als je met al die hongerenden en dorstenden samen er iets van smaken mag aan het Avondmaal des Heren!
Prachtig zegt de kerk in het Avondmaalsformulier: „Met groot verlangen zien we uit naar het bruiloftsmaal van het Lam, waar we de gemeenschap met Hem ten volle zullen genieten".
Want - het komt!
En een van de oudsten antwoordde en zei tot mij: Zij zullen niet meer hongeren en niet meer dorsten!
Verzadiging! Want dan - Openb. 7. - is voor hen die met die grote ontelbare schare voor de troon van God en voor het Lam zullen staan, de woestijnreis ten eind. Het leven van zondestrijd van doodsbenauwing is niet meer. De zon zal op hen niet vallen noch enige hitte.
Ze hebben geen gemakkelijke reis gehad. Ze komen uit de grote verdrukking. Maar ze kwamen er niet in om! Ze kwamen er uit, dank zij Gods trouwe genade en waarachtige beloften, waar in Jezus Christus hun Here. En op de stranden van de eeuwigheid wacht het levensfeest van Gods gemeenschap!
Ze hebben hun klederen . . . wit! Rein, gewassen in het bloed van het Lam!
Daarom mogen, daarom kunnen zij God nu onder de ogen komen, de Heilige in de volle afstraling van Zijn heerlijkheid. Zij, - die zo vaak met een beschuldigd hart hier zich afvroegen of het wel waar was dat zij zouden kunnen bestaan voor God, die dwars door je zondig bestaan heen kijkt! En nu - eeuwig dank en ere!
Nù verstaan ze ten volle, zodat ze er van zingen gaan, dat de zaligheid niet hun zaak is of ooit was! Niet zij hebben het gedaan en met veel moeite en inspanning toch nog een voldoende voor God gehaald op hun levensrapport!
De zaligheid is van onze God, die op de troon zit en van het Lam!
Hij deed het. Hij beloofde het. Hij schonk het om niet, Hij die ons kocht met Zijn bloed en heiligde door Zijn Geest, Hij deed een volkomen werk! Daarom zijn ze nu voor de troon van God en zij vereren Hem dag en nacht in Zijn tempel. Nu zijn de zwervers van weleer thuis in de bruiloftszaal der eeuwigheid, de feestzaal van Gods gemeenschap!
Hij die op de troon zit geeft ze de zekerheid. Nu zijn ze hersteld in hun eens verloren heerlijkheid - ze zijn weer ten volle priesters van God!
Ze mogen weer in zijn heiligdom verkeren dag en nacht! Hij spreidt Zijn tent over hen uit.
Vergeten zijn de zorgen en is de strijd! Nu geen tranen meer, geen zwerven of afdwalen weer. Het Lam, dat in het midden van de troon is zal hen weiden. Ook hier, ook nu: Hij zal hen weiden tot de volle verzadiging!

de B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1979

De Wekker | 8 Pagina's

Uitzicht door het venster van de hoop (11)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1979

De Wekker | 8 Pagina's