Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De aantrekkingskracht van de „groepen" (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De aantrekkingskracht van de „groepen" (I)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Omschrijving
De titel van dit artikel vereist een nadere omschrijving.
Wat wordt bedoeld met „groepen"?
Dat heeft niets te maken met het zgn. groepswerk, waar we vandaag op allerlei manieren mee geconfronteerd worden. Groepen zijn nodig om in relatie te treden met de ander. Relatie-trainingen worden in groepsverband gehouden.
Er is de laatste maanden in onze kerkelijke pers nogal het een en ander over dit onderwerp geschreven.
We bedoelen met „groepen" in dit artikel iets anders.
Onder groepen verstaan we allerlei geestelijke kringen, die naast of soms ook tegenover de kerk ontstaan zijn onder invloed van allerlei geestelijke factoren.
In de regel dragen de verschillende groepen een „Pinksterachtig" karakter. Tengevolge van de Pinksterbeweging zijn er overal in den lande kringen en groepen ontstaan, die ook kerkleden aantrekken.
Eerder is in ons blad al eens uiteengezet dat we tegenwoordig naast de Pinksterbeweging de Charismatische Beweging kennen, een neo-Pinksterbeweging, die niet zozeer opereert tegen of naast, maar ook wel in het kerkelijke leven. Doch ook deze Charismatische Beweging moet het van allerlei groepssamenkomsten hebben, waar sympathisanten elkaar ontmoeten of zieken de handen worden opgelegd en waar men elkaar in ieder geval stimuleert om vaak in de vorm van een bijbelstudie en gebedskring te leven uit de krachten van de Geest, die vernieuwend zal werken in heel het kerkelijke bedrijf. De doop met èn de gaven van de Heilige Geest zijn in dit verband erg belangrijk. Geen „groep" die zichzelf respecteert kan er van buiten nadruk te leggen op de doop met de Heilige Geest, die gezien wordt als een afzonderlijke daad van de Heilige Geest zodat we te maken krijgen met drieërlei zaak in het leven van een gelovige: rechtvaardiging, heiliging èn vervulling d.i. nl. de doop met de Geest.
En in vele groepen komt die vervulling met de Heilige Geest openbaar in het spreken in tongen. Dat is wel de gave bij uitstek, die inzonderheid in de Charismatische Beweging veel nadruk krijgt.
Uit bovenstaande moge duidelijk zijn wat met groepen wordt bedoeld.
Er moet aan toegevoegd worden dat er ook groepen zijn die een minder Pinksterachtig karakter dragen, maar die toch een zekere afstand tot de kerk in acht nemen en bewaren.
Te denken valt aan allerlei gemeenten van de „Vergadering der gelovigen". Zoeklichtkringen, Maranathaconferenties. Al zijn er raakvlakken tussen laatstgenoemde en eerstgenoemde groepen, er zijn ook grote punten van verschil, die beslist niet te verdoezelen zijn.
Wanneer we ze allen toch onder dezelfde noemer brengen is dit omdat ze allen òf buiten, soms tegenover de kerk zich opstellen òf binnen de kerk zware kritiek hebben op de kerkelijke structuren die eigenlijk moeten verdwijnen. Het ambt staat bij allen laag genoteerd. De vrijheid, ook in kerkelijk opzicht, is een kenmerkende zaak voor allen, die tot welke groep ook behoren.

Situatie
We komen op allerlei manieren de laatste jaren met de „groepen" in aanraking.
Als van tijd tot tijd in kerkelijke kring dit onderwerp aan de orde wordt gesteld gebeurt dit omdat er een duidelijke aantrekkingskracht van de „groepen" ook op ons kerkelijk leven uitgaat.
Alleen reeds het vorige jaar vertrokken 9 doop- en 16 belijdende leden naar de Pinkstergemeenten. De laatste vijf jaar gingen er 37 doop- en 41 belijdende leden over naar de Pinkstergemeenten terwijl er 37 doop- en 45 belijdende leden zich uit onze kerken aansloten bij de Vrije Evangelische Gemeenten. Dat is in vijf jaar tijd meer dan 160 leden die het kerkelijke keurslijf blijkbaar te strak zat.

Getallen spreken niet zo erg?
Maar ze zeggen in ieder geval dat de genoemde aantrekkingskracht niet te negeren is.
Bovendien horen we telkens weer dat ook bij hen, die nog bleven, twijfels zijn of de Pinksterbeweging toch eigenlijk niet het echte is en de voorkeur verdient boven een starre kerk, die haar tijd langzamerhand wel gehad heeft.
Om nog maar te zwijgen van de stille invloed die er via lectuur en radio van de groepen op kerkleden uitgaat.
Wat de radio betreft - het is een bekend feit dat met de opkomst van de Evangelische Omroep ook de groepen meer stem en daardoor meer bekendheid hebben gekregen in kerkelijke kringen.
Deze E.O. zou nooit zijn opgericht als de „groepen" niet actief waren geweest en in menig opzicht de stoot hadden gegeven.
We spreken geen oordeel uit in ons kerkelijk orgaan over dit alles, maar constateren het onloochenbare, door ieder te constateren feit dat de E.O. twee brandpunten heeft nl. dat deel van de Geref. Gezindte dat positief, behoudend gereformeerd wil zijn èn de groepen. Die stille invloed komt uit in de opstelling en benadering m.b.t. allerlei geestelijke vragen; de wijze van Bijbelbespreking en Bijbelstudie.
Vanuit de groepen is een sterke stoot gegeven in de richting van Bijbelstudie ook bij leden van onze kerken met als gevolg dat heel wat lectuur in onze verenigingslokalen wordt gedistribueerd en gebruikt die in bepaalde opzichten de toets van de gereformeerde belijdenis niet kan doorstaan.
Het is duidelijk dat dit op den duur gevolgen moet hebben en zal hebben voor het kerkelijke leven.
De overstap naar een groep is - aldus voorbereid - niet zo groot meer.
Of men blijft wel in de kerk, maar men kleurt het gemeentelijke leven op een bepaalde manier.

Motieven
Vraagt men naar de motieven voor aansluiting bij of naar de aantrekkingskracht van de verschillende groepen dan zijn we met het noemen van één reden niet klaar. Hier zijn verschillende factoren aan de orde, die op elkaar ingrijpen en die in combinatie met elkaar soms grote invloed uitoefenen.
Om iets te noemen.
Daar is allereerst de kerkelijke en geestelijke situatie, die generaal genomen niet bepaald rooskleurig is. Er is inderdaad veel dorheid in het huidige gemeentelijke leven naast nog onnoemelijk veel goeds, dat te gemakkelijk wordt vergeten.
Wat is er generaal genomen weinig geloofszekerheid in vele gemeenten. In ieder geval: wat wordt er weinig uit de blijdschap en zekerheid van het geloof geleefd. Er is wel veel twist en wrok, die welig bloeien naarmate blijdschap en zekerheid ontbreken en die verdwijnen zouden wanneer blijdschap en zekerheid het gemeentelijke leven beheersten.
Wat is er veel wereldsgezindheid bij vele kerkleden. Hoe velen zijn er niet die toch wel meelevende kerkleden zijn, maar die als het er op aankomt leven voor hun eigen genoegen, hun plannen, hun idealen, hun levensprogram. Wat is er dientengevolge weinig offerbereidheid - niet in de zin van vast zitten aan het geld (er wordt over het algemeen wel goed gegeven, hoewel, als ieder 2% van zijn inkomsten afstond had geen enkele plaatselijke kerk en geen enkele kas enige moeite, en dan is 10% 5 keer zoveel!) - maar wat hebben we weinig inzet voor de zaak des Heren.
Wat is er toch een slapheid en halfheid en ingezonkenheid.
Het kerkbezoek is dalende in vele gemeenten van ons kerkverband; soms is het bedroevend. De trouw daalt. Dat is bedoeld met weinig offerbereidheid.
Als het martelaarschap in het gezichtsveld komt hoe zou het dan met de kerken gaan? Hoeveel van die half procent Nederlanders die christelijk gereformeerd zijn zouden dan nog getrouw zijn?
Er is veel meer te noemen.
Maar er zijn kerkleden die dit alles opmerken; die zelf het graag anders zouden willen en het zelf ook anders doen. Maar ze worden niet begrepen. Men vindt hen wat overdreven. Hun opvattingen vinden geen weerklank. Zelf vinden ze dat er bijna geen gesprek mogelijk is, als de vinger op de kerkelijke wondeplek wordt gelegd.
En als dan juist deze kerkleden in aanraking komen met een warm getuigende Pinksterbroeder of een preek horen uit een groep, die de kern van het Evangelie duidelijk aan de orde stelt, dan gaat de band met de kerk, waarin men geboren was en belijdenis deed, verslappen.
Zo is de gang van verschillende broeders en zusters, ook van jongeren geweest.
Een van de motieven om de aantrekkingskracht van de groepen te verklaren.
Maar er is meer. Daarover D. V. een volgende keer.

J.H.V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1979

De Wekker | 8 Pagina's

De aantrekkingskracht van de „groepen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1979

De Wekker | 8 Pagina's