Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zie, de mens!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zie, de mens!

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En Pilatus zeide tot hen:Zie de mens!" Joh. 19: 5b

Dit zijn de meest bekende woorden van Pilatus, wiens naam vereeuwigd is in onze apostolische geloofsbelijdenis. Elke zondag belijden we met de kerk der eeuwen: „Die geleden heeft onder Pontius Pilatus". Veel geleden. Lichamelijk en geestelijk.
Pilatus was een echte humanist, die naar 't menselijke in de aangeklaagde Jezus zocht en neutraal wilde blijven. In allerlei rechterlijke bochten heeft hij zich gewrongen om eigen onschuld te betuigen en Jezus vrij te spreken. Maar het lukte hem door de haat der overpriesters niet en tenslotte nam hij zijn toevlucht tot een laatste akte.
Pilatus toch had Jezus overgegeven aan de willekeur der Romeinse soldaten, die Jezus hadden uitgedost als een carnavals-koning. Zó kwam Jezus op Gabbatha naar buiten, met de doornenkroon en het purperen kleed en beslagen gelaat. Zelf bewogen door deze aanblik stelde Pilatus Hem nu aan het volk voor met deze woorden: „Zie de mens!", in het Latijn: Ecce homo.
De bedoeling van Pilatus was duidelijk. Hij deed een appèl op het menselijk gevoel. Een mens heeft deernis, zelfs met een gewond dier. Hoeveel te meer dan met een medemens, die zo is toegetakeld. Wellicht heeft Pilatus gesproken met 'n toon vol deernis en medelijden om de schare tot meewarigheid te bewegen. Jezus is voor hem een voorwerp van medelijden.
Daarin staat Pilatus niet alleen. De eeuwen door zijn die woorden van Pilatus doorgegeven en nagesproken als een uiting van medelijden. In schilder- en dichtkunst zijn ze veelvuldig gebruikt om daardoor stemming te maken, ontroering te kweken: „Is dat, is dat mijn Koning?"
Dat is het grote gevaar in de lijdensprediking. Dan zetten we ons, naar de woorden van Bachs Mattheüspassion, met tranen neer. Maar geestelijke bekoring is nog geen bekering. En vleselijke ontroering nog geen verslagenheid. Jezus wil geen voorwerp van medelijden zijn, maar wel van ootmoedig geloof, dat in Hem de Borg ziet. Die om onze overtredingen is verwond. Dat is de bedoeling van de Heilige Geest.
Ziet, daar ligt in die woorden van Pilatus een meerwaarde, precies als in die woorden van Kajafas, toen hij zeide: „dat één mens sterft voor het volk en niet het gehele volk verloren gaat". Onbedoeld is Pilatus een Christus-prediker geworden en God heeft Pilatus' woord tot een evangeliewoord gemaakt, ontdekkend en vertroostend.
Daar staat Christus, inderdaad de mens bij uitnemendheid, de tweede Adam. In het beeld van die mens zien we ook onmiskenbaar aan het licht gebracht: onszelf! Er lopen lijnen naar deze gestalte van Christus. In deze mens weerspiegelt zich heel het mensheidsleven. In Hem zien we, wat eens de mens oorspronkelijk was, zoals hij uit de hand van zijn Schepper rein is voortgekomen. Maar we zien in deze gestalte ook, wat wij door de zonde geworden zijn.
Daar staat Christus, uitgeleverd, onbeschermd, de zwijgende Getuige Gods, de gesmade Zoon des mensen, alleen, teruggeworpen op niets dan Zijn mensheid. Naar Jesaja's woord: zonder gedaante en heerlijkheid, veracht en van mensen verlaten, een man van smarten. Zijn doornenkroon spreekt niet alleen van lijden, maar ook van vloek. De vloek der zonde is op Zijn hoofd samengebonden. De ganse vloek is tot een kroon samengevlochten. En dat onschuldig. Tot vijfmaal toe heeft Pilatus betuigd: „Ik vind geen schuld in Hem". Maar Hij is, naar Jesaja's woord om onze overtredingen verwond; „de straf, die ons de vrede aanbrengt, was op Hem en door Zijn striemen is ons genezing geworden".
Daar staat Christus, als de Knecht des Heren, als de Borg van zondaren. En ziet Hem als voorwerp van geloof. In het hartelijke besef:
„Ja, ik kost Hem die slagen,
die smarten en die hoon;
ik doe dat kleed Hem dragen,
dat riet, die doornenkroon".
Dan wordt Pilatus' woord voor u een vertroostend evangelie. Want Hij staat daarop Gabbatha in Zijn schoonheid. Als de gewillige Borg en Zaligmaker. Jezus dan kwam naar buiten, als een Lam ter slachting. Hij moest niet gesleept worden. Hij draagt en verdraagt, toonbeeld van lijdelijke gehoorzaamheid. Hij kwam uit, toonbeeld ook van dadelijke gehoorzaamheid. Hij trad naar voren om zo zondige mensen met God te verzoenen en hun de eerkroon te schenken.
Machtig Evangelie! Wat is Israëls antwoord hierop geweest? Geen medelijden, gelijk Pilatus gehoopt had. Hun haat werd nog feller. De overpriesters en hun dienaars schreeuwden: Kruisigen, kruisigen! Wij hebben een wet, en naar die wet moet Hij sterven, want Hij heeft Zichzelf Gods Zoon gemaakt.
Zo is Jezus gekomen tot het Zijne en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. En wat doen wij met Christus? Verbergen we nog ons aangezicht voor Hem, of brengen we Hem zegenend onze groet? Hoe nodig is het licht van de Heilige Geest. Dan zien we waarlijk in Hem de Mens, de door God gezonden Zoon des mensen. Die in onze plaats kwam staan!
Door Hem is de ware menselijkheid gered. Door Hem is er uitzicht op een nieuwe hemel en aarde, met nieuwe mensen, die wandelen met God en de eerkroon van Zijn gunst mogen dragen. En het laatste woord zal aan deze Zoon des mensen zijn.
„Komen zal Hij, Hij Wien d' aarde
met haar doornen heeft gekroond;
maar die nu gekroond met ere
aan Gods rechterzijde troont!"

Nieuwenhuijze

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1980

De Wekker | 8 Pagina's

Zie, de mens!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1980

De Wekker | 8 Pagina's