Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een eeuw oud en dan geen behoud?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een eeuw oud en dan geen behoud?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar een zondaar honderd jaar oud zijnde zal vervloekt worden. Jesaja 65: 20b

Kan iemand die honderd jaar is geworden en niet bekeerd is, niet de Heere vreest, nog bekeerd worden?
Neen zeggen sommigen; lees maar wat in bovenstaande tekst staaf, een zondaar honderd jaar oud zijnde zal vervloekt worden. Zou dat de bedoeling zijn?
Elke tekst moet altijd in zijn verband gelezen worden.
Wie een tekst uit z'n verband rukt en op zichzelf bekijkt en leest en hoort, maakt zich schuldig aan verkrachting van Gods Woord.
Jesaja, de evangelist onder de profeten, tekent in dit hoofdstuk in een groots perspectief de komst van een nieuwe wereld. Hij laat hier een Nieuw-Testamentische boodschap horen, die we terugvinden in 2 Petrus 3 en Openbaring 21. Aan het vroegere zal niet meer gedacht worden. Maar de vorm waarin dit gebeurt is echt Oud-Testamentisch.
In het Oude Testament is Gods zegen een tastbare, concrete zaak, die uiterlijk is op te merken.
Zo is in het Oude Testament de dood een geweldige macht, waarin de gevolgen van de zonde duidelijk uitkomen. Als iemands leven jong of in de bloei der jaren werd afgesneden werd dit beleefd als een straf van God, als een verschrikkelijk oordeel. Het heerlijke van de nieuwe wereld, die Jesaja tekent, zal nu zijn dat een lang leven aller deel is. Het komt niet meer voor dat een zuigeling slechts weinig dagen oud wordt. Kinderen zullen niet meer vroegtijdig sterven. Een grijsaard sterft niet dan nadat hij zijn dagen heeft volgemaakt.
Nog sterker: wanneer iemand als jongeling sterft dan is hij toch honderd jaar. Hoe hoog moet de leeftijd van de oudsten dan wel zijn.

En dan komt onze tekst, die in de N.V. duidelijker is - al is het wat vrij vertaald - zelfs de zondaar zal eerst als honderdjarige door de vloek getroffen worden. Dat wil de profeet zeggen: hij, die zondigt en daarom door de vloek wordt getroffen, zal nog honderd jaar oud worden. Zo geweldig rijk is het leven in de nieuwe wereld. Nu roept deze hele tekening allerlei vragen op. Is er dan nog dood en is er nog zonde in de nieuwe wereld?
In feite is het voor onze begrippen onmogelijk en onaanvaardbaar dat een zondaar in het land van de zegen oud wordt, omdat het oud worden immers juist een teken is van de zegen voor die God vrezen.
Terecht schrijft een verklaarder: „Daarom is het duidelijk dat de profeet hier het menselijk onbestaanbare en onmogelijke neemt, om daardoor uit te beelden, dat het leven en de zegen alle grenzen doorbreken en boven alle maten uitgaan. De zegen is zo groot dat om zo te zeggen de zondaar nog honderd jaar wordt; maar dit is juist uitbeelding van volmaakte zegen en eeuwig leven van de rechtvaardigen.
Twee tegenovergestelde dingen worden zeer eng verbonden, zoals we b.v. spreken van een jeugdige grijsaard en van iemand die levend dood is.
Het moge duidelijk zijn dat het hele verband van deze tekst niet wijst op de onmogelijkheid om zalig te worden als men oud is. Integendeel - het gaat in dit gedeelte juist om Gods genadige zegen in de rijke toekomst, die Jesaja tekent. Dat wordt uitgedrukt in deze niet veel voorkomende, niet gemakkelijk te begrijpen stijlfiguur, waarin eigenlijk onbestaanbare dingen worden genoemd om toch maar duidelijk te maken hoe onvoorstelbaar heerlijk de toekomst zal zijn.
Zelfs al zou daar een zondaar zijn - maar dat is niet meer het geval - dan zal hij toch pas als honderdjarige, als gezegende, door de vloek worden getroffen. Zo predikt Jesaja Gods heil volle toekomst op rijke wijze.
Hij bedoelt in het geheel niet te zeggen: als je oud bent, een eeuw oud, kun je niet meer bekeerd worden. Zo lang we leven luidt de genadeklok.
Het moge waar zijn dat we harder worden naarmate we ouder worden en de eeltlaag dikker rondom het hart - bekering is nog altijd mogelijk. Voorde Heere is niets te wonderlijk.
Maar dan moeten we ons niet laten leiden door de verouderende gang van ons leven, maar door Gods vernieuwende belofte. Alleen omdat Hij een streep wil halen door onze zonden, zonden van jaren her, daarom is er een machtige toekomst.
Deze tekst werd vorig jaar in alle ernst aangevoerd door familie van een zeer oude moeder, die met deze tekst werd aangevochten: voor haar geen toekomst. Misschien zijn er meerderen, die met deze tekst zitten.
En al zouden we er niet mee zitten, misschien niet eens weten dat deze tekst in de Bijbel staat, dan nog is het goed om een ogenblik met deze tekst geconfronteerd te worden.
Voor onze jongeren is het een boodschap: de Here God is een God, Die het houdt op de jeugd. Als teken van zijn altijd nieuwe genade. Zijn genade verjongt en vernieuwt de mensen. Zelfs zij die oud worden en de Here vrezen tonen in hun leven iets van de eeuwige jeugd.
Daarom wil de Here zo graag dat jonge mensen Hem dienen; dat het beste van hun leven voor Hem is.
Voor Hem zijn jeugd en jonge kracht!
Jongens en meisjes - de Here heeft recht op je jonge leven. Hij kijkt naar je uiten Hij wacht op je antwoord.
Maar ook als we ouder zijn geworden, is dat voor de Here helemaal geen belemmering om toch nog genadig te zijn.
Dat is geen reden voor jongeren om te denken: dus heb ik de tijd, want niemand weet of hij oud wordt. Bekeer u een dag voor uw dood en die dood kan morgen komen - dus: bekeer u heden.
En als we de Here dienen, vrezen en liefhebben, als we midden in het volle leven staan, dan is het goed dit uitzicht voor ogen te hebben en daaruit te leven.
Dit leven metal z'n vreugde, maar ook met alle intens en immens verdriet, dat er soms kan zijn, gaat voorbij.
De toekomst wacht - de toekomst van het eeuwige leven, de eeuwige jeugd.
Het is niet best als een christen een verouderde indruk maakt als het gaat over de geestelijke zaken.
Dat zijn lichaam veroudert behoort tot de gang van het leven. En de afbraak van het lichaam, kan verschrikkelijk zijn èn voor de persoon in kwestie èn voor de familie: is dat vader? Is dat moeder? En vroeger was ze zo anders. We kunnen het er geweldig moeilijk mee hebben.
Maar wanneer zijn geloof een verouderde indruk maakt doet de christen tekort aan de frisheid van Gods genade, die vernieuwend werkt in elks leven.
Het grote geheim is het geheim van de eeuwige jeugd.
Iemand kan jong zijn en een oude indruk maken - denk aan de jonge verslaafden en verdoofden: wat een wereld van leed, zondebanden, uitzichtloosheid.
Maar ze zijn er ook onder ons die oud zijn en toch jong. Over hun leven ligt de glans van de eeuwige jeugd - het beste komt nog; de Here is goed en getrouw.
Zijn trouw duurt tot in eeuwigheid.
Geslachten komen en geslachten gaan - maar Gods goedertierenheid houdt eeuwig stand.
Beslissend is of we niet naar deze wereld maar naar Gods toekomst uitzien. Mens zijn is zondaar zijn.
Wie zijn zondaar zijn uitleeft zonder tot zondebelijdenis en zondebreuk te komen jong of oud, is der verdwijning nabij.
Maar wie zijn zonden belijdt en laat of hij jong of oud is - niemand is daarvoor te jong en niemand is daarvoor te oud - deelt in de eeuwige jeugd.
Stromen van levend water worden over hem of haar uitgestort.
Bent u jong of oud - dat betekent nu: bent u in uw leven veranderd of bleef uw leven onveranderd?
Wee de jongeren, die oud zijn en blijven.
Zalig de ouderen, die jong zijn geworden.

J.H.V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 oktober 1980

De Wekker | 8 Pagina's

Een eeuw oud en dan geen behoud?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 oktober 1980

De Wekker | 8 Pagina's