Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De christen en de politiek (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De christen en de politiek (II)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christelijke politiek, wat is dat eigenlijk?
Het CDA, die een Evangelische volkspartij wil zijn, omschrijft het in artikel 1 van haar programma als volgt. „De partij richt zich naar het Bijbels getuigenis van Gods beloften, met de intentie steeds te zoeken naar de betekenis van het Evangelie voor het politieke handelen". Men zou kunnen zeggen dat de kleinere christelijke partijen hetzelfde uitgangspunt hanteren, maar in de practische uitwerking treden niet onaanzienlijke verschillen aan de dag. Van de Staatkundig Gereformeerde Partij geldt dat zij een sterk theocratisch ingestelde partij is. Het programma van deze partij wordt geheel en al beheerst door de stelling dat alle overheidsgezag ondergeschikt is aan het gezag van God en dat de overheid in dienst staat van Gods gerechtigheid. Die overheid heeft er voor te zorgen dat de mensen „in alle eerbaarheid een stil en gerust leven kunnen leiden", terwijl het ook tot de plicht van de overheid wordt gerekend „alle afgoderij en valse godsdienst te weren en uit te roeien", zulks overeenkomstig artikel 36 van de Nederlandse geloofsbelijdenis. Ook het programma van het Gereformeerd Politiek Verbond wijst in die richting. De taak van de overheid is „in dienst te staan van God, U ten goede", zoals de Romeinenbrief het zegt. Mèt de SGP hecht het GPV aan een rechtvaardige maar strenge rechtspraak. Beide partijen pleiten er voor om bij zeer ernstige geweldsmisdrijven de doodstraf toe te passen. De Reformatorische Politieke Federatie wil luisteren naar de absolute norm van de Schrift, zoals in het verleden de ARP en de CHU hebben gedaan. Zij acht zich in zekere zin een voortzetting van die partijen te zijn.
Zo gaan we met vier christelijke partijen een nieuwe politieke periode in. Het CDA als de brede karavaan, met ter rechterzijde drie getuigenispartijen die zich als blaffende honden naast de karavaan voortbewegen. Geen gesloten christelijke slagorde. De verantwoording van de gescheidenheid ligt in het feit dat het CDA wordt verweten de wijn van het Evangelie al te zeer te verdunnen met het water van politiek pragmatisme en compromiszucht, terwijl de kleine drie naar hun zeggen het Evangelie in de politiek onversneden tot gelding wensen te brengen. Wat hiervan te zeggen?

Is christelijke politiek eigenlijk wel mogelijk?
Voor velen is dat geen vraag. Christelijke politiek moet. De belijdenis van het allesomvattende Koningschap van Christus is ook bepalend voor de politiek. Voor christenen geldt dan ook dat zij hun stem niet mogen geven aan een partij die dat koningschap van Christus niet erkent. Voor christenen is politiek vóór alles een kwestie van geestelijke keuze. Kenmerkend voor christelijke politiek is dat zij dienstbaar wil zijn aan het koningschap van Jezus Christus, wat betekent dat zij in alles rekening wil houden met de in de bijbel geopenbaarde wil van God. Dat zijn prachtige en ware woorden. Maar hier beginnen, als het op de practische beoefening van de politiek aankomt, tegelijk de moeilijkheden. Er is namelijk onder christenen groot verschil van mening over de vraag op welke wijze en in welke mate de boodschap van de bijbel voor het politieke denken en handelen van vandaag normatief kan en moet zijn. En niet minder sterk klemt de vraag in hoeverre wij die boodschap altijd voluit normatief willen laten zijn.
Elke christelijke politieke partij zegt dat zij dat inderdaad wil, maar de practijk is dat het nooit helemaal waar wordt gemaakt. Zo goed als in de prediking van de kerken gebeurt, van progressief tot conservatief, geschiedt de verwerking van de boodschap van de bijbel ook in de christelijke politiek vaak op selectieve wijze. Al naar de in het geding zijnde situatie wordt Gods Woord versmald, versimpeld of verruimd, zodat wij er de juistheid van onze uitgangspunten, standpunten en bedoelingen mee kunnen onderbouwen. Geen enkele christelijke partij ontkomt daaraan. Gods Woord gebruiken voor de politiek vraagt grote behoedzaamheid, zorgvuldigheid en ten opzichte van elkaar bescheidenheid.

Wereldvraagstukken
Het is een versimpeling te menen en te stellen dat de bijbel pasklare, op maat gesneden en direct voor de hand liggende oplossingen voor de grote wereldvraagstukken aanreikt. God heeft de bijbel voor ons laten schrijven in een periode van de wereldgeschiedenis waarin niet met kernwapens werd gedreigd, waarin van een sociaal-economische problematiek op wereldschaal als waarmee wij te maken hebben geen sprake was, waarin van technologische ontwikkelingen en de daarmee samenhangende milieu-problemen nog niet werd gedroomd en waarin democratiseringsprocessen als in onze samenleving zich aan het voltrekken zijn niet bestonden.
Het zijn maar enkele voorbeelden. We zullen zo nuchter en eerlijk moeten zijn om te erkennen dat er politieke vraagstukken zijn waarvoor de bijbel geen directe en onverkort toepasbare oplossingen biedt. Wel draagt de bijbel grondgedachten van Goddelijke wijsheid aan waarnaar de christelijke politicus zijn denken en handelen moet richten en waaraan zijn doen en laten kan en moet worden getoetst.
Dat men met het ontlenen van pasklare oplossingen aan de bijbel voorzichtig moet zijn bewijst het immense probleem van de kernbewapening. Voor de een ondersteunt Gods Woord duidelijk de stelling dat wij in het vrije westen de kernwapens ter handhaving van het machtsevenwicht - in elk geval als afschrikmiddel - tot elke prijs in stand moeten houden. Een ander meent bijbelplaatsen te kunnen aanwijzen die voor geweldloze weerbaarheid pleiten. Kijken we naar de internationale en onze eigen economische situatie en de daarmee samenhangende problemen van de kloof tussen rijke en arme landen. Er wordt binnen de rechtse partijen - en niet het minst in de kleine rechtse partijen - met kracht gepleit voor stimulering van het bedrijfsleven door lastenverlichting en het scheppen van investeringsmogelijkheden. De kostenfactor moet worden bedwongen ter verbetering van onze exportpositie. Hard werken en méér produceren, zo luidt het recept. Vanuit onze eigen economische positie gezien niet ten onrechte en wie er voor pleit heeft de bijbel, waarin noeste vlijt en Goddelijke zegen vaak samengaan, aan zijn zijde. Maar de theorie van „de economie van het genoeg", van de dodelijke spiraal waarin we met een ongeremde productiedwang en drang terecht kunnen komen is er ook en we zijn er niet mee klaar deze theorie zonder meer als een links bedenksel af te doen.
In dit verband herinner ik mij een interview met de heer H.J. Hoegen Dijkhof uit Doetinchem, representant van de KNO (kritische nederlandse ondernemers) in het Economisch Dagblad van 17 maart 1981. „Terug naar het christendom is de redding van onze economie" stelde de heer Hoegen Dijkhof. „De ware vrijheid vindt haar oorsprong in het christendom. Dat we de prestatiemaatschappij hebben losgelaten, dat we het tripartite-model (overheid-werkgevers-vakbeweging) hanteren, dat ondernemers niet meer werkelijk vrij zijn, wordt allemaal veroorzaakt door het loslaten van de christelijke principes", aldus de geïnterviewde. „De regering heeft tot eerste taak de samenleving weer volgens christelijke maatstaven in te richten", zo concludeerde de heer Hoegen Dijkhof. Als dat zou kunnen, zijn wij geneigd te zeggen, maar zo simpel ligt het natuurlijk niet. Kijken we naar het verleden dan ontkomen we als christenen niet aan de belijdenis dat in een tijd, waarin veel aan weinigen toebehoorde, het christendom in de sociale verhoudingen de aanwijzingen die Gods Woord voor die verhoudingen geeft, niet altijd heeft vervoegd en ook wel eens heeft genegeerd. In de verhoudingen van nu kan door christen-politici alleen maar worden getracht de bijbelse noties van gerechtigheid en vrede in de nieuwe maatschappelijke verhoudingen zo diep mogelijk in te dragen. Gemakkelijk is dat niet. Twintig jaar welvaart hebben die verhoudingen op revolutionaire wijze veranderd. Tot vóór 1960 werd onze samenleving nog gekenmerkt door betrekkelijk lage lonen, door een redelijk goed functionerende gezagsverhouding tussen werkgevers en werknemers, door plichtsbesef, trouw aan de religie en niet het minst ook door een grote mate van spaarzaamheid. Nà 1960 zijn we snel terecht gekomen in wat de Engelsen met „soft society" aanduiden, de samenleving waarin alles bleek te kunnen zonder dat we ons er al te zeer voor hoefden in te spannen. Alles, in elk geval veel, bleek vanzelf te gaan. De arbeidsethiek is er helemaal anders door geworden. Kenmerkend voor de samenleving van nu zijn een groeiende anti-prestatiemoraal, afkeer van winst, overaccentuering van rechten ten opzichte van de plichten, discussies over arbeidsloos inkomen, een afnemende carrière-drang, een verontrustend groeiend arbeidsverzuim en afneming van de onderlinge sociale contrôle. Deze ontwikkeling moest onontkoombaar uitdrukking vinden in onze wetgeving en zij heeft dat ook gekregen. Het gaat hier om politieke beslissingen die vanuit de christelijke, d.i. bijbelse optiek gezien bijzondere kanten hebben. Beïnvloeding van deze beslissingen vanuit de christelijke politiek vraagt een zorgvuldig en behoedzaam zoeken vanuit het Woord van God naar de weg die het dichtst de wil van God nadert.
In de derde en laatste aflevering willen we nog op enkele andere dingen wijzen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 juni 1981

De Wekker | 8 Pagina's

De christen en de politiek (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 juni 1981

De Wekker | 8 Pagina's