Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gesprek over de kerkmuur

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gesprek over de kerkmuur

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op verzoek van de redactie van Centraal Weekblad schreef ik in het nr. van woensdag 24 juni een artikel over de verhouding Geref. en Chr. Geref. Kerken. We nemen dit artikel ook in ons blad op om onze kerkelijke positie te belichten. Het kan voor ouderen en jongeren van betekenis zijn.

1892-1981
Bijna 90 jaar na het voortbestaan van de Chr. Geref. Kerken, die met de hooggeroemde Vereniging van 1892 niet meegingen, maar zelfstandig bleven voortbestaan, wordt uit de kring van de Geref. Kerken, die uit genoemde vereniging van Afgescheidenen en Dolerenden ontstonden, de vraag gesteld: wat is vandaag de dag het bestaansrecht van uw kerk?
De vraagstelling doet de gedachtengang vermoeden: wat 90 jaar geleden gold behoeft vandaag niet meer te gelden. Het verleden is niet normatief en bindend voor het heden. Het is toch onjuist om de kinderen, ja klein- en achterkleinkinderen vast te pinnen op de beslissingen van het voorgeslacht?
Het is ongetwijfeld waar dat er in de loop der jaren niet alleen in wereld en maatschappij, maar ook in kerk en theologie veel veranderd is.
De kerken maakten in en tussen de beide wereldoorlogen, maar zeker na de laatste oorlog een eigen ontwikkeling mee. Dat geldt de Geref. Kerken, maar ook de Chr. Geref. Kerken - trouwens iedere kerk „van links tot rechts" hetzij zichtbaar, hetzij onzichtbaar.
In 1892 was de reden voor de Chr. Geref. Kerk om niet met de Vereniging mee te gaan de zorg voor de handhaving van Schrift en belijdenis. Het overwegende bezwaar raakte de ongereformeerde leringen m.b.t. doop en wedergeboorte, zoals die door de machtige figuur van Abraham Kuyper werden gepresenteerd zonder dat ze krachtig werden weersproken en afgewezen, al heeft het verzet als zodanig niet ontbroken, zeker niet na 1892. We behoeven alleen maar de namen van T. Bos en L. Lindeboom te noemen.
Men vreesde dat de theologie de belijdenis zou gaan overheersen zodat de belijdenis vanuit een bepaalde gezichtshoek moest worden gelezen en beleden. Intuïtief heeft men aangevoeld dat in de theologie van Kuyper allerlei elementen zaten, die afbrachten van het reformatorische spoor. De term neo-calvinisme werd niet zonder reden gebruikt om aan te geven dat men te doen had met een eigen versie van het Calvinisme, die Calvijns goedkeuring niet zou hebben weggedragen. De geschiedenis heeft de bezwaarden van 1892 gelijk gegeven.
De theologie van Kuyper vond steeds meer ingang. De strijd over verbond, doop en wedergeboorte ging door - 1905! - en bereikte een dieptepunt in de veertiger jaren. De Vrijmaking kwam en de Geref. Kerken ondergingen een gevoelige aderlating. Had men in 1892 geluisterd en toen orde op zaken gesteld, dan zou de ontwikkeling ongetwijfeld anders zijn geweest.

Vandaag
In feite ligt daar nog het bestaansrecht van de Chr. Geref. Kerken vandaag de dag: recht doen aan Schrift en belijdenis. We hebben dit wel eens genoemd ons schriftuurlijk-confessioneel beginsel. Die uitdrukking kan misverstand wekken en de gedachte voedsel geven alsof we als Chr. Geref. Kerken een apart beginsel hebben, dat anders is dan anderen hebben. De bedoeling van de uitdrukking is geen andere dan volstrekt recht doen aan Schrift en belijdenis.
Tegenover vrijgemaakte deputaten zetten onze deputaten in 1958 (Acta 1959, pag. 276) uiteen dat in deze uitdrukking drie motieven doorklinken:
1) De hartelijke begeerte om ons te binden aan Schrift en belijdenis alleen.
2) Tegenover Kuypers speculatief systeem met z'n wijsgerige inslag willen we ons houden aan de voorstelling van de belijdenis.
3) De geref. belijdenis staat in het teken van de religie; het gaat niet om beschouwingen, maar om de vreze des Heren.
Het zijn deze motieven die o.i. karakteristiek zijn voor de klassiek gereformeerde opvatting, die doorwerkt in theologie, prediking en pastoraat. Met hen, die zo Gods Waarheid verstaan, handhaven en beleven gevoelen wij ons verbonden. Het is altijd onze eer geweest om er geen stokpaardjes op na te houden. Christelijk gereformeerd is recht doen aan Schrift en belijdenis en die laten klinken overal.
Alleen - we zeggen dit niet hoogmoedig, maar ootmoedig omdat we weten dat we het ook in dat opzicht niet gegrepen hebben en er ook onder ons symptomen zijn in theologisch denken en in prediking, die ons met zorg vervullen. Intussen zijn en blijven we (nog) Christelijk Gereformeerd omdat we moeten constateren dat Schrift en belijdenis in andere kerken niet gehonoreerd worden zoals het naar schriftuurlijke, kerkelijke en geestelijke orde behoort.
In de Ned. Herv. Kerk niet, omdat in strijd mét de Schrift daar het kerk-zijn wordt beleefd en de belijdenis niet wordt gehandhaafd.
In de Geref. Kerken niet omdat in het verleden uitspraken zijn gedaan, die even zo vele interpretaties van Schrift en belijdenis zijn en in het heden opvattingen worden geduld in strijd met de belijdenis.
In de Geref. Gemeenten niet omdat in 1931 uitspraken zijn gedaan over verbond en verkiezing, die Schrift en belijdenis eenzijdig doen verstaan.
Het meest verwant met de Chr. Geref. Kerken zijn de Geref. Kerken (vrijgemaakt) en de Nederlands Geref. Kerken. De hantering van het gereformeerd belijden m.b.t. de kerk - maar ook dat geeft een eigen spiritualiteit - is oorzaak dat beide kerken niet samengaan. De Chr. Geref. Kerken worden zeer recent opgeroepen om in haar voortwoekerende dwalingen te bestrijden.
Met de Ned. Geref. Kerken bestaat in een twintigtal plaatsen kanselruil, hoewel in andere plaatsen de verhoudingen soms koel, soms scherp afwijzend zijn. Ons bestaansrecht blijft o.i. bestaan gezien de kerkelijke situatie van nu.

Samen op weg?
De tweede vraag, die nu gesteld wordt, is: zouden de Chr. Geref. Kerken samen op weg kunnen gaan met de Geref. Kerken?
M'n eerste reactie op de zo gestelde vraag is: samen op weg met de Geref. Kerken betekent dan ook samen op weg met de Ned. Herv. Kerk. De Geref. Kerken hebben immers een bepaalde positie ingenomen m.b.t. andere kerken, de R.K. Kerk incluis. Een positie, die de onze niet is en die door de Chr. Geref. Kerken bewust en beslist is afgewezen. Dat kwam reeds uit door ons besluit in 1950 om toe te treden tot de Internationale Raad van Christelijke Kerken, welke aansluiting weliswaar in 1977 ongedaan werd gemaakt maar onder duidelijke vermelding dat dit niet betekende een opschuiven naar de Wereldraad van Kerken. In 1968 werd heel duidelijk het lidmaatschap van de Raad van Kerken in Nederland afgewezen. Daaruit is te concluderen dat we de oecumenische instelling en beslissingen van de Geref. Kerken tot dusver niet zijn gevolgd.
Maar afgedacht hiervan zijn er andere factoren die de vraag ontkennend doen beantwoorden. In het verleden inzonderheid na de tweede wereldoorlog toen na en door de Vrijmaking de kerkelijke verhoudingen, inzonderheid voor de Chr. Geref. Kerken zo heel anders kwamen te liggen, waren er diverse contacten - allereerst op organisatorisch gebied, in vele gevallen à titre personel. Maar er waren ook vormen van samenwerking, die een meer officieel karakter droegen. Ook kwam meer dan voorheen in de veertiger jaren het resultaat van de theologiebeoefening in de Geref. Kerken in onze belangstellingssfeer. Drie van onze huidige hoogleraren in Apeldoorn zijn aan de VU gepromoveerd.
Het is evenzeer onmiskenbaar dat de contacten schaarser worden en aan kwaliteit verliezen.
Onze synode van 1980 besloot uit de GSA te treden. De invloed van de nieuwere theologie zoals die in de Geref. Kerken wordt beoefend en weerklank vindt in de GSA was aan dit besluit niet vreemd.
Beide kerken zijn nog lid van de Geref. Oec. Synode, maar de afgevaardigden trekken niet meer één lijn en stonden in Nîmes tegenover elkaar. Beide kerken zijn via hun deputaten nog vertegenwoordigd in het COGG - dankbaar dat dit ontmoetingspodium nog bestaat. Maar ook daar wordt zware kritiek geleverd op de Geref. Kerken. Dank zij het feit dat de geref. leden geen provocerende figuren zijn is de samenwerking in het COGG nog een feit, dat men zo lang mogelijk moet continueren.
Maar overigens zit een nauwere relatie tussen de Geref. en Chr. Geref. Kerken er onzerzijds niet in. Dat hangt samen met de hele ontwikkeling, die de Geref. Kerken de laatste kwart eeuw hebben doorgemaakt. Ik noemde reeds de aansluiting bij de Wereldraad van Kerken. Te denken is aan het praktisch tolereren van de opvattingen van Kuitert en Wiersinga en de aanvaarding van het rapport over de aard van het Schriftgezag.

Toestemmend dat ook in onze kerken zorgen zijn over bepaalde ontwikkelingen - als het regent in de Geref. Kerken drupt het in de Chr. Geref. Kerken - en wetend dat ook voor ons geldt: wie meent te staan zie toe dat hij niet valle, maakt de hele gang van zaken in de Geref. Kerken op ons als zeer belangstellende buitenstaanders de indruk van een geruisloze, maar onverminderd voortgaande revolutie, die het gereformeerd karakter van deze kerken doet verbleken. De wissel is omgetrokken en de kerktreinen lopen niet meer op evenwijdig lopende sporen. De kloof wordt steeds groter - helaas - en ook steeds dieper.
Waar we kunnen, vooral op het plaatselijke en in het persoonlijke vlak dienen we elkaar vast te houden - er is nog echt gereformeerd leven in verschillende plaatselijke kerken. Maar overigens zal alleen een reformatie door reveil kerken van gereformeerde belijdenis bij elkaar kunnen brengen.

J.H.V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 augustus 1981

De Wekker | 8 Pagina's

Gesprek over de kerkmuur

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 augustus 1981

De Wekker | 8 Pagina's