Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De bron van vreugde (8)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De bron van vreugde (8)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vreugde in God
Gods Geest die alle dingen nieuw maakt doet nog wonderen.
Of is het geen wonder dat een mens, hetzij hij bruut zich afkeert of traditioneel meeloopt, maar God tracht te ontlopen in zijn leven, terwijl hij met een vage en verdrongen angst voor de Rechter van hemel en aarde leeft, zingen gaat!
Zingen van vreugde terwijl zijn oog van blijdschap straalt:
maar 't vrome volk, in u verheugd,
zal huppelen van zielevreugd,
daar zij hun wens verkrijgen!
En als die Here, de God die heilig is in Zijn richten, verschijnt in stralende luister en recht gaat doen in een wereld vol goddeloosheid - is het dan geen wonder als in het hart van een zondig mens die weet in zichzelf veroordeeld te staan voor God, geen vrees maar vreugdevol verwachten leeft?
Als de dichter van Psalm 68 de Here ziet opstaan tot de strijd zodat Zijn haters verstrooid worden en de goddelozen voor Gods aangezicht vergaan, zoals was smelt voor het vuur - dan slaat voor Zijn kinderen het uur van uitnemende vreugde:
Hun blijdschap zal dan, onbepaald,
door 't licht dat van Zijn aanzicht straalt,
ten hoogsten toppunt stijgen!
Zeker, we kunnen in de blijde sfeer van een feestelijke kerkdienst wel van harte meezingen: Heft Gode blijde psalmen aan ...
Maar als je dan straks je huisdeur weer binnen gaat, waar je zorg dagelijks je bezwaart en mogelijk een kruis van leed je drukt? Als je de eenzaamheid niet aan kan en je worstelt met de vragen waarom God je gebeden niet hoorde en er zoveel stuk moest gaan, dat zo mooi en goed was in je leven - zing je dan nog in God verheugd?
Er zijn niet altijd psalmen in de nacht en het „Amen, Vader, op uw paden, Amen, ook in tegenspoed", - klinkt meer als we terug mogen zien op de weg, dan toen we met vallen en opstaan voortstrompelden op de weg!
Wat kunnen de slagen in het leven van Gods kinderen als moeite en verdriet ook hun niet gespaard blijft, hard aankomen! Wat al vragen kunnen er opwellen uit de diepten van ons mensenhart als de storm onze levenszee zo fel beroert!
Een droeve zwijgende, soms verbitterde levenshouding is niet vreemd als een grauwsluier van zorg en verdriet zich over ons leven legt! We begrijpen het niet. We komen er met al ons gepieker niet uit, omdat we de Heilige God geen gelijk geven. We laten niet los wat wij begeerden, want God deed niet wat wij zo graag hadden! Mogelijk houdt een rechtzinnig weten onze mond gesloten, maar in ons hart klinkt het waarom. We zouden in stilte God ter verantwoording willen roepen: waarom hebt U dat zó gedaan ...? Vroeger waren er heel andere tijden - dacht ik hoe God anders helpt, mijne ziel werd overstelpt!
Waar is dan de vreugde? Moeten we dan toch blij zijn? Blijft er dan toch een roem over in God, als de God van mijn jubelende vreugde?
Hier is een moeilijke levensles te leren, waarin de vraagstukken niet altijd eenvoudig en gemakkelijk op te lossen zijn met wat dogmatische waarheden!
Een van de vragen is: waarom heb ik mij voorheen verheugd?
Was mijn vreugde zo egocentrisch - stond ik zelf zo in het middelpunt van mijn streven en begeren, dat ik blijde uren doorleefde toen God deed wat ik graag wou en mij rijk zegende en voorspoed gaf? Heb ik mij toen verheugd over wat God mij gaf of over Hemzelf, over wat God voor mij is en wil zijn, of over wat ik aan gaven uit Gods goede hand ontving?
Hoe ligt dat nu in mijn leven? Dien ik de Here en heb ik Hem lief omdat Hij mij zegent, zó zegent dat ik er echt wel gevoelig door bewogen kan worden en er vreugde aan beleef zodat er diepe indrukken van mijn kleinheid en onwaardigheid soms zijn, - of heb ik in de doorboorde handen van mijn Heiland mijn God in het hart mogen zien? Zoiets van de Here mogen leren kennen en ontdekken dat ik weet in stil en sterk geloven: Hij, de Eeuwige God, heeft mij lief gehad met een eeuwige liefde. Daarom riep Hij mij - van jongs af aan, of later klaarder in mijn leven. Hij kwam met Zijn genade en Geest in het evangelie der verlossing. Hij trok mij met koorden van goedertierenheid, want Hij had geen lust in mijn dood. Ik die in de dwaasheid van mijn zonden mijn eigen weg ging! Hij gaf voor mij Zijn Zoon want Hij wilde mijn behoud, dat ik zou leven en mijn stem in het grote koor der eeuwigheid Zijn lof zou bezingen!
En nu weet ik, ik begeer ook niet anders - Hij die alles voor mij over had in het heil dat Hij bereid heeft, is mijn Here en mijn God.
Ik zal Hem al mijn liefde waardig schatten! Ook als Zijn vaderhand mij kastijdt, ook als mijn weg gaat door donkere dalen, ook als Zijn liefdehand een kruis op mijn zwakke schouder legt, ook als leed en moeite mij niet gespaard blijven, gaande de kruisweg achter Jezus aan!
Is dat dan zo'n moeilijk te beantwoorden vraag? Ja want met al ons vroom redeneren en beschouwende zelfanalyse komt ons hart er niet uit. Hier hebben we Gods Geest nodig die het geloof door de liefde werkzaam zich geheel doet verliezen in de hand van Hem die in Christus het verwonde en dwaalzieke schaap op Zijn sterke schouder neemt en -draagt naar huis!
Het is de liefde die alle vrees buitendrijft en die liefde leert door al de daden en leidingen, zegeningen in voorspoed en zegeningen in tegenspoeden heen dat achter de strelende en dragende of ook kastijdende hand des Heren hetzelfde liefdevolle Vaderhart klopt!
En als dan de vijgeboom niet zou bloeien en er geen opbrengst aan de wijnstokken zou zijn, de vrucht van de olijfboom zou teleurstellen - al zouden de akkers geen spijs opleveren, de schapen uit de kooi verdreven zijn en er geen runderen in de stalling zijn - nochtans zal ik juichen in de Here, jubelen in de God van mijn heil! (Hab. 3: 17, 18).
Hier is de uit God geboren liefde aan het woord, die God lief heeft en in Zijn Woord haar leven vindt en in Zijn daden zijn liefdezorg speurt!
Daar ligt de verwondering hier nog in 's levens strijd en tevens de vreugde hier nu nog zo moeilijk en traag vaak gezongen maar straks als vreugdezang der eeuwigheid uitgejubeld: de zaligheid is van onze God en het Lam!
Hij, de eeuwig rijke God de bron van vreugd, de oorsprong de inhoud en het doel van alle heil en eeuwige zaligheid. In het dienen en prijzen van Hem komt ons leven tot zijn eeuwigheidsbestemming.
Niet in ons, niet onze wijsheid, niet ons willen, ons vrome doen en nette leven is de klankbodem waarin de vreugde van het hart resoneert. Uit Hem naar Zijn welbehagen is het heil eeuwig uitgedacht en voortgebracht. Zijn liefde is zo oneindig wijd en oceaandiep dat we uit die bron gelaafd eeuwig het feestkleed zullen dragen om Hen te roemen en dankend te dienen.
Hier nog onder de wolken van zonde en strijd die de hemel zo vaak verdonkeren kunnen, zijn het de lichte uren, overstraald door een feestelijke glans waarin een voorsmaak van de eeuwige vreugde genoten mag worden.
En het hart dat de Here liefheeft wil ook niet anders dan getuigen van de goedheid en grootheid, de trouw en de genaderijkdom van Hem die in Jezus onze Leidsman wil zijn. Het is geen vreemde zaak in het geloofsleven, dat de Geest ons droefheid doet kennen over onszelf, nl. over het feit dat we zo weinig staan in en leven uit de blijdschap en de vreugde in God!
Die vreugde is een tere zaak! Als het het hart dat de Here oprecht lief heeft goed is nabij God te zijn - dan weten we ook dat temidden van velerlei verleiding juist ons afdwalen oorzaak is dat we zo ver weer van Hem kunnen zijn. En het zijn onze zonden waardoor Hij Zijn aangezicht soms verbergen moet, zodat onze levenshemel donker wordt!
Maar het is een Vader, die Zijn kinderen uit liefde kastijdt!
Hij is er niet op uit om ons in duisternis en eenzaamheid te laten zwerven, maar om in Zijn gemeenschap ons vreugde en zaligheid te bereiden!
En als dan hier door alle wolkendekken heen het zonlicht valt in gouden glans, is er het heimwee naar de volle dag waar geen duistere wolken meer dreigen noch verschrikken, maar we wandelen zullen in 't vrolijk levenslicht.
Het is het verlangen van de bruid naar de grote dag van het feest als de gemeenschap ongestoord genoten zal worden en zij ter bruiloft treedt in 't koninklijke hof! (ps. 45).

de B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 augustus 1981

De Wekker | 8 Pagina's

De bron van vreugde (8)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 augustus 1981

De Wekker | 8 Pagina's