Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een handreiking aan de ouderling

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handreiking aan de ouderling

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat is de ondertitel van een boek¹), dat eind vorig jaar van de pers kwam en door de Kamper uitgeversfirma Kok op de markt werd gebracht. De bezoekers van de laatste ouderlingenconferentie zijn op allerlei manieren geattendeerd op de komende publicatie van dit boek. Gezien het feit dat het hier om een belangrijke bundel gaat uit en in hoofdzaak bestemd voor de eigen kring van ons kerkelijk leven wijden we een artikel aan dit bijna 200 pagina's tellende boek.

De verschijning
De verschijning van dit boek is een gebeurtenis in ons kerkelijk leven, die we dankbaar willen memoreren. Het is voor het eerst dat in onze kring een dergelijk boek verschijnt al werd na de tweede wereldoorlog veel voorlichting gegeven aan onze ambtsdragers via het lijfblad van ouderlingen en diakenen „Ambtelijk Contact". Maar tot een boek voor de ouderling kwam het tot dusver nog niet.
Dertig jaar geleden verscheen een handboek voor de ouderling onder redactie van wijlen prof. dr. K. Dijk bij Van Keulen in Delft - een boek dat ook in onze kring is gelezen. Onlangs kwam er een boek voor de ouderling uit de kring van de Geref. Bond onder de titel: Onbegonnen werk.
Nu hebben we een eigen ouderlingen-boek, dat zijn ontstaan dankt aan de landelijke ambtsdragersconferentie op 19 april 1980 waar de wens werd uitgesproken dat een poging zou worden gedaan de ouderling vandaag een handreiking te doen in de vorm van een stuk voorlichting over en toerusting tot de taak waartoe hij zich in de kerk van Christus geroepen ziet.
Die poging is gedaan. Het resultaat van die poging ligt voor ons en we hebben voor deze bescheiden gekwalificeerde poging veel lof. Het is een mooi boek geworden qua uiterlijk - niet al te klein; grote bladspiegel met een rijke inhoud. De vijf Apeldoornse hoogleraren en een wetenschappelijk medewerker plus de voorzitter van de ambtsdragersconferentie zijn de auteurs van deze grote paperback.
We mogen dankbaar zijn dat de uitgave van dit boek mogelijk was. En we mogen het bijzonder op prijs stellen dat er zoveel aandacht wordt besteed aan het werk van onze ouderlingen. Hun arbeid is van niet te onderschatten betekenis. Het plaatselijke gemeentelijke leven wordt in grote mate bepaald door de kwaliteit van de ouderlingen. Soms heb ik de indruk dat generaal genomen die kwaliteit er niet op vooruit gaat, wat betreft kennis, inzicht en geestelijke leiding. Daarom is het tegen deze achtergrond te waarderen dat dit boek verscheen. Natuurlijk - men wordt zonder meer geen goede ouderling door dit boek te lezen. Maar het kan veel bijdragen tot een goed inzicht in het verantwoordelijke werk dat van hem wordt gevraagd.

De inhoud
Het boek opent met een brede schets over het Nieuwtestamentisch profiel van de ouderling, geschreven door de hoogleraar in het Nieuwe Testament, prof. dr. J.P. Versteeg. Er komt in zeven paragrafen in dit hoofdstuk heel wat aan de orde: de gegevens uit Handelingen, Jakobus en Petrus worden breed besproken en de praktijk van het ambt van oudste volgens de Pastorale brieven wordt uitvoerig getekend.
Prof. dr. J. van Genderen geeft in een veel korter hoofdstuk a.h.w. de dogmatische onderbouw voor het ambt van ouderling. Verschillende opvattingen uit vroeger tijd en van vandaag worden belicht. In de laatste paragraaf komen ambt en gezag aan de orde.
Het derde hoofdstuk plaatst de ouderling en zijn werk in het licht van de kerkorde. Uiteraard is dit hoofdstuk geschreven door de hoogleraar in het kerkrecht, prof. dr. W. van 't Spijker. Allerlei artikelen uit de kerkorde krijgen veel aandacht. Er worden goede kerkrechtelijke lijnen getrokken. Het zou goed zijn wanneer men van dit gedegen hoofdstuk goed kennis nam in de tijd van de kandidaatstelling voor ambtsdragers. Diverse moeilijkheden zouden kunnen worden voorkomen als men dit hoofdstuk grondig bestudeerde en er naar handelde.
Vervolgens komt het werk van de ouderling in de gemeente aan de orde. De hoogleraar in de ambtelijke vakken, prof. dr. W.H. Velema, geeft hierin voorlichting. Behandeld wordt: de verantwoordelijkheid van de kerkeraad voor het pastoraat; wat op huisbezoek aan de orde komt; het gesprek in het pastoraat; rapportage; de vertrouwenspositie van de ouderling; gemeenteopbouw en enige literatuur.
Dan komt prof. dr. B.J. Oosterhoff met een hoofdstuk over de ouderling en de geloofsvragen van deze tijd. Geschreven wordt o.a. over geloof en wetenschap. God en het lijden; wie is God; het gezag van de Bijbel en het christelijk geloof en andere godsdiensten.
Een tweede bijdrage van prof. Velema behandelt de ouderling en ethische vragen in tien pagina's.
Ouderlingen met speciale opdracht worden voorgelicht door dr. T. Brienen die een zestal figuren heeft ontdekt: ouderling-scriba; jeugdouderling; studentenouderling; bejaardenouderling; schippersouderling en evangelisatie- ouderling.
Het laatste hoofdstuk gaat over de ouderling persoonlijk, geschreven door de enige niet theoloog en de enige praktiserende regeerouderling onder de schrijvers, D. Koole, die verschillende facetten bespreekt; ambt en gezin; ambt en dagelijks beroep; spanningen in het ambt; toerusting tot het ambt en persoonlijke omgang met God.
Met elkaar welgeteld acht hoofdstukken - de eén groter dan de ander. Vermoedelijk hebben enkele schrijvers zich moeten beperken in verband met de beschikbare ruimte. Dat zal ook de reden zijn dat in verschillende hoofdstukken passages voorkomen in kleine letter gezet.
Het zal uit dit overzicht duidelijk zijn dat in dit boek veel geboden wordt.

Beoordeling
Een boek, dat door zeven auteurs is geschreven, vormt geen eenheid. De een schrijft anders dan de ander; qua stijl en qua aanpak. Dat komt ook in dit boek weer openbaar. Een bezwaar behoeft dit niet te zijn. In de verscheidenheid kan de eenheid uitkomen. En die eenheid ligt in het doel: dit boek is geschreven uit liefde tot Christus en de gemeente om het werk van de ouderling te belichten en hem in zijn moeilijk en verantwoordelijk werk een handreiking te geven.
De broeders hebben ons een mooi boek gegeven dat goede informatie biedt over het werk van de ouderling, over zijn ambt, zijn plaats, zijn persoon. Schrift, belijdenis en kerkorde worden opgeslagen. Midden in de tijd wil men staan en men wil proberen de weg te vinden en te wijzen in de problematiek van deze tijd. In vele opzichten is men hierin geslaagd. Daarom is het eindoordeel over dit boek gunstig. We kunnen het hartelijk aanbevelen en we hopen dat het door vele ouderlingen en potentiële ouderlingen zal worden gelezen.
Dat gunstige oordeel betekent niet dat we achter elke aanpak en uitspraak staan.
Het eerste hoofdstuk is knap en boeiend geschreven maar niet zozeer gericht op de praktijk van het ambt. Ook het tweede hoofdstuk laat opvattingen over het ambt de revue passeren die niet zozeer praktisch zijn geschreven terwijl de laatste paragraaf wel wat breder had kunnen worden uitgewerkt.
De meest praktische hoofdstukken zijn die van prof. van 't Spijker en prof. Velema en uiteraard die van ouderling Koole. Aan deze drie hoofdstukken zullen onze ouderlingen in de praktijk van hun werk hoogstwaarschijnlijk het meeste hebben.
In het algemeen zou ik willen zeggen: dankbaar voor wat geboden is, maar er wordt generaal genomen meer over de ouderling ge schreven en over zijn werk dan vanuit de praktijk van zijn werk. Het feit dat de meeste schrijvers niet meer aan een gemeente verbonden zijn en de moeiten en zorgen van het ambt hier en nu niet kennen en de rapportage op kerkeraadsvergaderingen van afgelegde huisbezoeken niet meemaken, zal hier een rol spelen. Of anders gezegd: het feit dat vijf van de zeven schrijvers hoogleraar zijn maakt dat er een zekere afstand is tussen dit boek en de praktijk van het ouderlingen-werk.
Het hoofdstuk over de ouderling en de geloofsvragen van deze tijd valt een beetje uit de toon van het geheel. Er worden waardevolle dingen gezegd die tot nadenken stemmen en er worden actuele vragen aangeboord die summier worden besproken - vragen, die men zeker niet in alle gemeenten tegenkomt, maar die ouderlingen wel gesteld kunnen worden. Persoonlijk had ik het juister gevonden als de paragraaf over het gezag van de Bijbel eerst was behandeld omdat de Bijbel richtinggevend is voor de behandelde vragen. Dit gedeelte roept overigens vragen op en laat vragen open, die de ouderling moeite kunnen geven in bepaalde situaties en in gesprek met jongeren of met over actuele kerkelijke vragen nadenkende gemeenteleden.

Opmerkingen
Een enkele opmerking over datgene wat niet in het boek staat.
Het trof me onlangs toen over het gesprek op huisbezoek gesproken werd dat een ouderling opmerkte: ik zou wel eens willen dat ze me instrueerden hoe ik moet handelen als gemeenteleden niets zeggen en de vaste wil hebben om niets te zeggen over het eigenlijke dat op huisbezoek aan de orde moet komen en telkens weer het gesprek op een zijspoor brengen. Deze ouderling krijgt het recept in dit boek niet aangereikt.
Dan lijkt het me toe dat te weinig de realiteit van het gemeentelijke leven is belicht. Er zijn mensen niet alleen met geloofsvragen, maar ook met geloofsmoeilijkheden - dus niet wat de inhoud, maar wel wat de aard en het karakter van het geloof betreft. Hier wordt weinig over geschreven en dat had het boek praktischer gemaakt.
Evenzo wordt geen aandacht geschonken aan de vragen, de moeiten rond belijdenis doen en Avondmaalviering - uitermate praktische vragen, die veel wijsheid en inzicht vragen zowel als het gaat om systematisch afblijven als om automatisch aangaan.
Zou ook de werkelijkheid van ons eigen kerkelijke leven niet meer aan de orde hebben moeten komen: liggingsverschillen, polarisatie, het leiding geven m.b.t. vernieuwingen enz. Wanneer deze zaken ook aan de orde waren gesteld zou het boek iets dichter bij de praktijk zijn gekomen.
Niettemin - we zijn dankbaar voor hetgeen werd gegeven en we hopen zeer dat onze ouderlingen van dit boek kennisnemen. Misschien is het een goede gedachte om verschillende hoofdstukken of paragrafen uit dit boek op de kerkeraadsvergadering te bespreken. Als man of vader ouderling is en vrouw en kinderen zoeken naar een cadeautje dan komt dit boek daar zeker voor in aanmerking!

J.H.V.

¹) uit liefde tot Christus en Zijn gemeente, onder redactie van D. Koole en dr. W.H. Velema. Uitgave Kok-Kampen.
Prijs ƒ 29,90.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1983

De Wekker | 8 Pagina's

Een handreiking aan de ouderling

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1983

De Wekker | 8 Pagina's