Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verslag van de vergadering van de classis 's Gravenhage, gehouden op woensdag 23 februari 1983 in de christelijke gereformeerde kerk van Leiden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verslag van de vergadering van de classis 's Gravenhage, gehouden op woensdag 23 februari 1983 in de christelijke gereformeerde kerk van Leiden

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Namens de roepende kerk van 's Gravenhage-Scheveningen wordt de vergadering geopend door ds. G. Bouw. Gelezen wordt Jesaja 53, het gedeelte dat handelt over de lijdende Knecht des Heren. Na het openingsgebed spreekt ds. Bouw van vreugde en dankbaarheid voor het feit dat hij door Gods goedheid de taak van deze dag in herstelde gezondheid mag waarnemen. Vervolgens feliciteert hij de representanten van de kerkeraad van Boskoop met de positieve beslissing van ds. P.N. Ribbers en wenst hij de vakante gemeenten van Alphen a/d Rijn en Delft met betrekking tot de uitstaande beroepen hetzelfde toe.
De lastbrieven werden in orde bevonden en de wettigheid van de vergadering wordt vastgesteld. Het moderamen voor deze vergadering bestaat uit ds. G.C. den Hertog (praeses), ds. D. Slagboom (scriba) en ds. H. de Graaf (assessor). De questor, br. C. Drieënhuizen, kan de vergadering niet bijwonen. Voor deze dag wordt zijn taak waargenomen door oud. W. Plomp.
Nadat de agenda is vastgesteld volgen de benoemingen. Br. Drieënhuizen wordt tot questor herbenoemd. De verslaggeving voor de kerkelijke pers valt oud. D. Koole toe.
Voor de kascontrole-commissie en de stemcommissie afgevaardigden P.S. van het westen zijn al eerder broeders aangewezen. De notulen van de vergadering van 13 oktober 1982 worden goedgekeurd en vastgesteld. Diaken-afgevaardigde D.M. v.d. Leeden uit Rijswijk vraagt of op de agenda's en in de notulen van de meerdere vergadering niet beter van geloofsbrieven dan van lastbrieven kan worden gesproken. Hij verwijst op dit punt naar de kerkorde, artikel 33. Hoewel het begrip lastbrief voor veel afgevaardigden met dezelfde inhoud is gevuld, gaat de vergadering er graag mee accoord voortaan van geloofsbrieven te spreken.
Instructies. Ter tafel zijn twee instructies van de kerkeraad van Gouda. De eerste heeft betrekking op de verhouding tot de Nederlands Gereformeerde Kerken en de tweede gaat over de afdracht kerkelijke kassen, waaraan sommige kerken uit de classis zich gedeeltelijk onttrekken.
De eerste instructie luidt als volgt:
Verhouding t.a.v. de Nederlands Gereformeerde Kerken.
„De Kerkeraad der Chr. Geref. Kerk te Gouda spreekt uit dat hij, naar het woord van de apostel dat wij elkaar hebben te aanvaarden zoals Christus ons aanvaard heeft, alle predikanten der Ned. Geref. Kerken, als broeders in Christus en derhalve als lidmaten van het ene Lichaam van Hem, die het Hoofd der Kerk is, gaarne toe wil laten op de kansel der Chr. Geref. Kerk te Gouda.
De kerkeraad der Chr. Geref. Kerk te Gouda verzoekt de Generale Synode der Chr. Geref. Kerken de bepalingen uit bijlage 9 KO zodanig te wijzigen dat een regeling getroffen wordt waardoor bovenstaande uitspraak gestalte kan krijgen.
De classis spreke uit in te stemmen met het verzoek tot wijziging van bijlage 9 KO en zende deze instructie door naar de Particuliere Synode van het Westen met verzoek om doorzending naar de Generale Synode."
Uit de toelichting die bij monde van drs. A.W. Velema ter vergadering wordt gegeven, wordt duidelijk dat de kerk van Gouda geen contacten met Ned. gereformeerden onderhoudt. In de omgeving van Gouda ontbreken daartoe de mogelijkheden. Gouda zou bij wat tussen beide kerken gaande is echter graag sterker worden betrokken en acht openstelling van de kansel in eigen kerk voor ned. geref. predikanten daartoe een belangrijk middel. Vastgesteld wordt dat deze bedoeling uit de ingediende instructie niet duidelijk naar voren springt. Het gaat Gouda kennelijk om kanselruil bij wijze van kennismaking en niet primair om eenwording van beide kerken. De vergadering spreekt uit dat de instructie in deze vorm niet naar de P.S. kan worden doorgezonden en verzoekt de kerkeraad van Gouda de instructie voor dit moment, ter verduidelijking van de bedoeling ervan, terug te nemen.
De tweede instructie heeft de volgende inhoud:
Afdracht kerkelijke kassen.
„Gelet op het veel voorkomende verschijnsel dat kerken niet of niet voldoende gelden afdragen aan diverse kassen, waarvoor de Generale Synode een omslag heeft vastgesteld, is de kerkeraad van Gouda er van overtuigd, dat hierdoor het vertrouwen beschaamd en een onrechtvaardige situatie in stand wordt gehouden, daar op deze wijze zwaardere lasten op de schouders van anderen komen te liggen.
De kerkeraad van Gouda roept de classis op hier handelend op te treden teneinde een eind te maken aan deze voor de kerken onwaardige situatie.
De kerkeraad van Gouda geeft in overweging dat ambtsdragers van bovengenoemde kerken geen deel behoren uit te maken van kerkelijke instanties, die verband houden met betrokken kassen."
Deze instructie behelst een zaak die de geesten op classisvergaderingen al vaker heeft bezig gehouden en waarvoor tot nu toe geen bevredigende oplossing kon worden gevonden. Vermaningen aan de betrokken kerkeraden bleven zonder gevolg. Herhaaldelijk is erop gewezen dat deel uitmaken van het kerkverband betekent dat men volledig participeert in de verantwoordelijkheid voor de voortgang van het kerkelijk leven, tenzij er tegen de besteding van de gelden op onderdelen gegronde en langs de kerkelijke weg kenbaar gemaakte bezwaren zouden bestaan. Ook nu wordt van de zijde van de betrokken kerkeraden opgemerkt dat het moeilijk blijft de gemeenten tot offervaardigheid aan te zetten voor doeleinden waaraan men zich geestelijk niet of niet voldoende verwant kan voelen.
Een uitvoerige bespreking van de instructie van Gouda leidt tot de conclusie dat gevolg geven aan de ingediende instructie zou betekenen dat men de collectieve tekortkomingen van bepaalde kerken afstraft met persoonlijke censuur, door individuele ambtsdragers van functies in deputaatschappen e.d. uit te sluiten. In wereldse verbanden zou dit stellig kunnen en ook moeten, maar in de kerk van Jezus Christus gelden andere gedragsnormen. De door Gouda terecht geuite misnoegdheid over deze nu al zolang bestaande kwestie wordt door de vergadering gehonoreerd met een onderstreping van de uitspraken die de vergadering van de classis dienaangaande in 1980 deed, aangevuld met de afspraak dat die kerken, die opnieuw in gebreke blijven, tot plicht hebben de bezwaren die de nakoming van de financiële verplichtingen in de weg staan, bij de meerdere vergaderingen gefundeerd kenbaar te maken.
Afvaardiging naar de P.S. van het westen.
Naar de vergadering van de particuliere synode van het westen van 21-4-'83 worden afgevaardigd als predikant:
Primi: Ds. B. van Smeden, ds. G.C. den Hertog, ds. W. van Sorge.
Secundi: Ds. D. Slagboom, ds. G. Bouw, ds. W. Steenbergen.
Als ouderling worden afgevaardigd: primi: J. Broer, D. Koole, Z. Zwiep.
Secundi: A. Bargeman, J . Huisman, C. Tavenier.
Als diaken: primus: D. M. v.d. Leeden.
secundus: A. Verdoes
.Rapporten naar art. 41 K.O.
Deze rapporten bedoelen de gang van zaken en de stand van het geestelijk leven in de kerken aan te duiden. Dat is ook ditmaal zo, zij het dat dit in de meeste gevallen een enigszins formeel en zakelijk karakter heeft. In de lunchpauze wordt aan een enkele tafel de opmerking gehoord dat op een meerdere vergadering eigenlijk diepgaander over het geestelijk leven in de kerken zou moeten kunnen worden gesproken. Uit de rapportage van enkele kerkeraden blijkt dat bijzondere pastorale zorg nodig is in enkele gevallen van ongehuwd samenwonen. Uit het rapport van de kerkeraad van Aarlanderveen blijkt dat men de pieken die in de Levensbron verschijnen naar lengte en inhoud voor de leesdienst in eigen kring in de regel ontoereikend vindt.
Ingekomen stukken en rapporten/verslagen
Onder de ingekomen stukken bevinden zich enkele brieven, waarvan de inhoud in comité-vergadering wordt behandeld.
Zendingsdag 1983
De classicale zendingsdag zal bij leven en welzijn dit jaar op 11 juni worden gehouden en wel op het landgoed „Raaphorst". Namens zijn gemeente vraagt ds. Slagboom om een zendingsdag „oude stijl", dat is met veel preek in de toespraken.
Na de regeling van de kerkvisitaties, vacature-beurten, najaarsclassis 1983 (roepende kerk is s Gravenhage-West en plaats van samenkomst Rijnsburg) en de verschillende deputaatschappen, spreekt de assessor een woord van dank aan het adres van ds. den Hertog voor de ontspannen manier waarop hij de vergadering leidde. De laatste gaat daarna voor in dankgebed.

D. Koole

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1983

De Wekker | 12 Pagina's

Verslag van de vergadering van de classis 's Gravenhage, gehouden op woensdag 23 februari 1983 in de christelijke gereformeerde kerk van Leiden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1983

De Wekker | 12 Pagina's