Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Betrouwbaarheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Betrouwbaarheid

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van de kleinste tot in de grotere verbanden van de samenleving geldt, dat voor goede onderlinge verhoudingen betrouwbaarheid van mensen een eerste voorwaarde is. Men moet op elkaar aan kunnen. We moeten weten wat we aan elkaar hebben. Een huwelijk waarin één van beide partners deze deugd mist, in deze zin dat men niet op het woord van de ander aan kan, zal op den duur schade lijden. Hoeveel gezinnen zijn er niet, waarin het gezag en het prestige van één of beide ouders teloor zijn gegaan door ontbrekende samenhang tussen zeggen en doen. Wanneer in een vereniging de woorden van de voorzitter niet door zijn handelen worden gedekt, ontbreekt de basis om onder zijn leiding in vertrouwen verder te gaan. In de kerk is het niet anders. Als in het leven en de ambtelijke praktijk van ambtsdragers woord en daad (zonder dat daarbij direct aan extreme dingen hoeft te worden gedacht) niet met elkaar corresponderen, zal dat afbreuk aan hun gezag doen en de geestelijke ontwikkeling van de gemeente negatief beïnvloeden.
Welke gevolgen gedeukte betrouwbaarheid kan hebben, valt af en toe op gevoelige en soms schrijnende wijze waar te nemen als in de sectoren van overheids- of bedrijfsleven of in de wereld van de politiek, mensen op hoge posten en met grote verantwoordelijkheden, op het punt van de hen altijd en door iedereen toegedachte soliditeit uit balans raken.
Allereerst zijn er dan de gevolgen voor de betrokkene(n) zelf. Van een grote hoogte van respect en eer stort men soms in een diepte van verachting neer. Maar er zijn ook nog andere gevolgen. Ontbrekende betrouwbaarheid en geschonden soliditeit bij mensen op posten met grote verantwoordelijkheid, beïnvloeden op meer dan één wijze de mentaliteit en het levensgedrag van het grote publiek. Dat is altijd zo geweest, maar in onze tijd is daarvan al in zeer sterke mate sprake. In een tijd waarin gezag en ontzag door ver voortgeschreden democratiseringsprocessen toch al onder sterke druk staan, dienen gezagsdragers en al degenen die posten waarnemen, waarvan een voorbeeldwerking ten goede of ten kwade kan uitgaan, zich bewust te zijn hoe groot op dit punt hun verantwoordelijkheid is.

Treffend voorbeeld
Een treffend voorbeeld daarvan leverde in de voorbije weken de internationale politiek. In de Verenigde Staten stond en staat nog steeds de kromme weg ter discussie die Reagan met de wapenleveranties aan Iran is gegaan. Nog maar kort geleden waren er de pertinente verklaringen dat met terroristen en degenen die het terrorisme steunen, niet te onderhandelen was en dat de Verenigde Staten zich resoluut opstelden achter de landen die dit internationale kwaad te lijf willen gaan. Krachtige woorden, die een bevestiging kregen in de gevoelige les die de Verenigde Staten aan Lybië gaven.
Maar ziedaar, als gevolg van de instabiele machtsverhoudingen in Iran lekten dingen uit en werd duidelijk, dat woorden in de politiek maar betrekkelijk zijn als afwijkende daden nodig zijn om een bepaald doel te bereiken.
Het is president Reagan niet in dank afgenomen. De toch al gedaalde ster van zijn populariteit en de toenemende twijfel rond de politieke lijnen die de president voorstaat, hebben zijn positie niet gemakkelijker gemaakt.
Door zijn opstelling in de ontwikkelingen rond Iran zal Reagan waarschijnlijk nog méér krediet verliezen.
Nu zou men kunnen zeggen dat betrouwbaarheid in de wereld van de politiek maar een betrekkelijk begrip is. „Wanneer men het zogenaamde algemene belang als voorwendsel neemt, kan men gaan waarheen men wil", heeft Napoleon eens gezegd. Men zou eraan kunnen toevoegen „en doen en laten wat men wil". „Het doel heiligt de middelen", wil in de politiek nog wel eens een aanvaard adagium zijn. Ligt er geen goede verklaring in de overweging dat de Verenigde Staten alles moeten aanwenden om Iran uit de communistische invloedssfeer weg te houden en voor het post-Khomeiny-tijdperk een klimaat te scheppen, waarin weer goede verhoudingen met de USA mogelijk zullen zijn?
Dat zou een acceptabele overweging kunnen zijn, maar het heeft er sterk de schijn van dat er samenhang bestaat tussen de wapenleveranties aan Iran en de vrijlating van gijzelaars in Libanon. En die situatie zou dan een beetje kunnen doen denken aan wat James Freeman Clarke eens zei: „Een politicus denkt aan de volgende verkiezing, een staatsman aan de volgende generatie".
Aan pragmatisch handelen is in de politiek niet te ontkomen, maar wanneer er eerder gedane beloften en uitspraken mee ontkracht worden, zeker wanneer er meer persoonlijk succes dan algemeen belang is gediend, zal het op verlies van geloofwaardigheid en autoriteit komen te staan. Te vrezen is dat dit ook de ervaring van de huidige Amerikaanse president zal worden.
Want voor een volk is, als het om zijn leiders gaat, autoriteit nog altijd meer aan de persoonlijkheid dan aan de beklede functie verbonden. Daarom is men aan de top zo kwetsbaar en daarom zou men er daar veel meer op gespitst moeten zijn woorden en daden zo dicht mogelijk bij elkaar te houden. Het gaat hier bovendien niet alleen of allereerst om het prestigeverlies van de leider zelf, maar om de reductie van het respect en het ontzag voor gezagsdragers. Van dat respect en ontzag kan men zeggen dat deze toch al tot een angstig minimum zijn gedaald.

Ander voorbeeld
Een heel ander voorbeeld, dichter bij huis. Nog maar kort geleden had onze eigen overheid het stevig aan de stok met onze vissers, die niet aan de beperkingen van de voorgeschreven Europese vangstquota gebonden wensten te zijn. De toenmalige staatssecretaris pendelde tussen Den Haag en Urk heen en weer om de vissers in ernst duidelijk te maken waaraan men zich te houden had en dat het allemaal niet anders kon. Intussen is gebleken dat het wèl anders kan, in elk geval dat het anders gaat. Er blijken dubbele boekhoudingen te bestaan: er wordt buiten de veilingen om verkocht; er is ook in de viswereld zoiets als een grijs circuit. Met medeweten (het eventuele goedvinden zal nog nader moeten worden onderzocht) van de overheid, die de Nederlandse vissers „zo kort op het bit leek te rijden".
In kranten en tijdschriften wordt over deze zaak behalve informatief af en toe ook wat schertsend geschreven. Cartoonisten maken die scherts illustratief. De laatste jaren waren er heel wat sensationele gebeurtenissen en ontwikkelingen die journalisten en cartoonisten rijkelijk van voer voorzagen en die de Nederlandse samenleving geboeid hielden. De RSV-affaire was nog maar nauwelijks afgerond of de ABP-fraude diende zich aan. De schade van zulke dingen blijft niet beperkt tot de direct betrokkenen. De negatieve effecten ervan hebben een veel grotere reikwijdte dan men oppervlakkig zou denken.

Verlies aan normbesef
Dingen als deze hebben niet alleen negatieve invloed op gezagsverhoudingen, er gaat ook een negatieve voorbeeldwerking van uit.
Zonder dat alles meetbaar en aanwijsbaar is, lijkt het niet te veel gezegd wanneer we stellen, dat onze samenleving steeds meer verliest aan normbesef als het op de naleving van wetten en voorschriften aankomt. Om over de toenemende fraudes in allerlei sferen maar niet te spreken.
Fiscale manipulaties en verzekeringsfraudes, vooral de laatste, zijn daarvan wel de meest in het oog springende voorbeelden. Zonden op dit terrein worden door velen niet meer in het kader van de invididuele verantwoordelijkheid van elk mens gezien. Sommige zonden hebben in ons volksleven een collectief karakter gekregen. Iets meer of soms veel méér claimen dan de werkelijk geleden schade, is een soort sport geworden en minstens je betaalde premie terughalen is voor niet weinigen de meest normale zaak van de wereld geworden. In de Talmoed komt men de uitspraak tegen: „Bega een zonde tweemaal en het lijkt u niet langer een zonde toe". In onze welvaartssamenleving is de uitslijting van het besef van kwaad waarschijnlijk veel erger dan wij vermoeden. De vele financiële fraudes en de ontduiking van wetten en voorschriften waarover de publiciteitsmedia ons vrijwel elke dag inlichten, hebben te maken met moreel verval en met de opvatting: iedereen doet het, waarom ik niet?
We leven in een tijd waarin het met het gedrag van degenen die op verantwoordelijke posten staan nauw luistert. Zus zeggen en zo doen, is niet alleen schadelijk voor eigen prestige. De invloed van zulk gedrag reikt veel verder. Dat geldt trouwens niet voor deze categorie alleen. Het is niet om dit verhaal een moraal te geven wanneer we stellen, dat elk mens op dit punt zijn leven kritisch heeft te bezien. In alle sferen van ons dagelijks bezig-zijn dient er tussen onze woorden en onze daden samenhang te zijn. „Doe weg van u de valsheid van mond en houd ver van u de verkeerdheid van lippen. Laten uw ogen voorwaarts blikken en uw oogopslag rechtuit zijn".
Waar we ook onze plaats in de samenleving innemen, overal en altijd geldt de spreuk van Salomo: „Wie in oprechtheid wandelt gaat veilig, maar wie zijn wegen verdraait, wordt doorzien".

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1986

De Wekker | 12 Pagina's

Betrouwbaarheid

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1986

De Wekker | 12 Pagina's