Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De N.G. kerk in Zuid-Afrika en wij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De N.G. kerk in Zuid-Afrika en wij

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Afstand
De jaren door is er afstand geweest tussen de N.G.-kerk in Zuid-Afrika en onze kerken.
Terwijl na de oorlog, toen onze kerken met Zuidafrikaanse kerken contact kregen, dat contact werd gelegd met Die Gereformeerde Kerk (later Kerke) in Suid-Afrika, ontbrak dat contact met de N.G. kerk, die Nederduitse Gereformeerde Kerk in Suid-Afrika. Het contact dat er was, liep, toen onze kerken eenmaal lid waren geworden van de Gereformeerde Oecumenische Synode, alleen via de vierjaarlijkse synoden daarvan, maar dat was een verder verwijderd contact.
Tot goed begrip: we hebben het over de grote blanke kerk, waarover de laatste jaren zo veel te doen is. Het is de kerk die sinds de 17e eeuw in Zuid-Afrika bestaat, maar die niet de leervrijheid heeft die in Nederland bij de Nederlandse Hervormde Kerk bestaat. Een vergelijking met de Nederlandse situatie gaat dan ook niet op.
Die Gereformeerde Kerke, ook de Dopperkerk genoemd, in Zuid-Afrika ontstaan na de emigratie van Nederlandse Afgescheidenen in de vorige eeuw, zijn veel kleiner. Met hen staan wij in correspondentie.
Wat de grote kerk betreft, meestal N.G. kerk genoemd, deze heeft haar grote invloed bij de Zuidafrikaanse regering en wat er in Zuid-Afrika gebeurt, gebeurt ook in de N.G. kerk. Wat er in de N.G. kerk gebeurt, gebeurt mogelijk (en ik zeg nu: hopelijk) ook in de samenleving.
De kerkelijke benoeming in Nederland moge ingewikkeld zijn, in Zuid-Afrika is ze dat ook. De blanke kerk heet Die Nederduitse Gereformeerde Kerk, de zwarte kerk heet Die Nederduitse Gereformeerde Kerk in Afrika en de kleurlingenkerk heet Die Nederduitse Gereformeerde Sendingskerk in Zuid-Afrika.
Wat de geestelijk-kerkelijke verhoudingen betreft, op een conferentie over de oecumenische problemen zei iemand van Die Gereformeerde Kerke (waarmee wij dus in correspondentie staan) tegen mij: jullie kunnen ook niet zo best met de N.G. broeders in één verband zijn, want daar is toch te veel onderling verschil. Het heeft veel te veel het karakter van een volkskerk en er is nog al wat invloed van het methodisme, dat met de gereformeerde geloofsleer in strijd is. Omgekeerd zei een N.G. deelnemer tegen mij: Ik begrijp eigenlijk niet, waarom jullie met de Gereformeerde Kerk in correspondentie zijn en niet met ons, want zij zijn zó Kuyperiaans en daar zijn jullie altijd tegen geweest. De benadering van de gemeente en de prediking zijn eigenlijk in de N.G. kerk veel meer zoals in de Christelijke Gereformeerde Kerken zijn.
In de laatste tijd zijn onze kerken voorzichtig, maar toch wel officieel benaderd door de N.G. kerk in een poging om althans enig contact te leggen. Dat is niet afgewimpeld. De mogelijkheden worden onderzocht en het is in het verband van dit artikel dan ook niet mijn bedoeling om de twee Zuidafrikaanse kerken tegenover elkaar uit te spelen.
Maar als ik het over afstand heb, komt er natuurlijk nog een heel andere afstand ter sprake en dat is de afkeer, die ook in onze kringen gevoeld en beleefd wordt tegenover het apartheidsbeleid.
Meer en meer wordt er in Nederland een stemming openbaar en ook stelselmatig aangekweekt om alle banden met Zuid- Afrika te verbreken. De indruk wordt gevestigd, dat het hoe langer hoe slechter wordt. Daartegenover is er ook een stroming in ons land om steun aan Zuid-Afrika te betuigen in zijn strijd om langzamerhand tot een meer rechtvaardige samenleving te komen.
Persoonlijk behoor ik tot degenen die nooit in Zuid-Afrika geweest zijn en ik kan dan ook alleen maar van een persoonlijke afstand spreken. Maar in dit „Nader bekeken" wil ik op een andere zaak wijzen.

Verbetering?
In het najaar is in Zuid-Afrika de Algemene Synode van de N.G. kerk gehouden; een synode waarnaar met net zo grote spanning uitgezien was als naar de generale synode van onze kerken.
Wat voor ons van belang was, was de houding, die die synode zou innemen tegenover de GOS en tegenover het rassenbeleid.
De GOS had in 1984 in Chicago de „status confessionis" gesteld, dus het rassenbeleid verbonden aan de zuiverheid van belijden. Dat wil zeggen, de GOS had niet uitgesproken, dat de blanke Zuidafrikaanse kerken onder dat oordeel vallen, maar ze had aan die kerken gevraagd om zelf te willen nagaan, of deze conclusie getrokken zou moeten worden. Maar het is begrijpelijk, dat men het in Zuid-Afrika wel zo aanvoelde. De „Breë Moderatuur" van de N.G. kerk had daarom, in afwachting van een besluit van de synode, besloten om het lidmaatschap van de GOS op te schorten. Dat zou, als het doorging, voor de GOS een zware slag geweest zijn, want de N.G. kerk is groot en draagt bijna een kwart van de kosten bij. Toch is dat besluit niet gekomen, want voor zo'n beslissing is een 2/3 meerderheid nodig en die kwam er niet. Gegeven de verhoudingen in Zuid-Afrika is het heel wat, dat de stemming zo lag.
Het tweede, dat van belang is, is de houding tegenover het rassenbeleid. In de „zusterkerk", de Sendingskerk, was de verhouding tot de blanke kerk al scherp gesteld, doordat niet de gematigde ds. I. Mentor voorzitter werd, maar de radicale ds. Allan Boesak.
In de blanke kerk bestond sinds 1974 het rapport „Ras, volk en nasie", dat uit 1974 dateerde en voor „erlicht" doorgegaan was, maar waarvan al tijdens de GOS in Nîmes door de N.G. broeders gezegd was, dat het in herziening was.
Voor velen was het een aangename verrassing, dat prof. Johan Heyns, een tegenstander van de apartheid, gekozen werd tot moderator, voorzitter. Het wordt menselijkerwijs toegeschreven aan zijn verstandige beleid, dat de synode daar zo verstandig mogelijke wegen insloeg (ik zeg het voorzichtig). Volgens een verslag in het Centraal Weekblad zei hij: We hebben vandaag de taak boven alle tegenstellingen uit te bouwen aan een nieuw Zuid-Afrika en een nieuwe gezindheid. Er zijn genoeg muren. Nu moeten we bruggen bouwen. Elke benadering van voogdijschap is voorbij. We gaan een nieuwe fase in.
De synode sprak uit: Wij willen uitdrukkelijk verklaren, dat wij als kerk vele fouten en zonden hebben en dat wij in het verleden vele fouten hebben gemaakt. Wij geloven in de vergeving der zonden en daarom ook in het belijden van de zonden.
De synode besloot, dat voortaan ieder, van welk ras hij ook is, lid kan worden van de N.G. kerk, aan het Heilig Avondmaal kan deelnemen en gekozen kan worden tot de ambten. Hij kan dus ook afgevaardigd worden naar de synodale vergaderingen.

En verder?
Na afloop zei prof Heyns: Op de een of andere wijze heeft de Heilige Geest ons in zijn greep gekregen en ons geleid. Want hier zijn dingen gebeurd, die op normale, menselijke wijze niet mogelijk geweest zouden zijn.
Anderen in Zuid-Afrika, die men de „verkrampten" noemt, hebben de uitspraken van de synode met gemengde gevoelens ontvangen. Er is inmiddels een tegenbeweging op gang gekomen. Gesproken werd over een scheuring. Anderen zijn overgegaan naar de Nederduits Hervormde Kerk, een kleine blanke kerk die zich erg tegen integratie van blank en zwart verzet.
Waar het om zal gaan is, dat de synodebesluiten gunstig werken naar twee kanten toe.
In de eerste plaats naar de plaatselijke gemeenten toe. Want daar moet de gunstige verandering praktisch doorwerken. Daar zullen zwarten en gekleurden lid moeten worden van een blanke gemeente en juist daar is het op zo vele plaatsen bijna onmogelijk. Dáár, in de plaatelijke gemeente, zal inderdaad het lichaam van Christus zichtbaar moeten worden. Dat is ook het karakter van de plaatselijke gemeente: daar wordt zichtbaar wat van de kerk in het algemeen en in het groot in het geloof wordt beleden. En in de tweede plaats: naar de overheid en de samenleving toe. Want als het waar is, dat de N.G. kerk inderdaad zo'n grote invloed heeft op de regering, en als de voormalige synodeleden inderdaad menen wat ze hebben uitgesproken, dan mag ook in de officiële gedragingen van de overheid gaan doorwerken, wat in de kerk beleden is.
Dat zal heel veel tijd kosten. En ik ben juist zo bang, dat men in Zuid-Afrika die tijd niet meer heeft. Maar misschien geeft God die tijd nog, om die werkelijk uit te kopen en elke minuut te gebruiken.
We moeten wel heel dicht bij het volk, bij de volken van Zuid-Afrika staan, in onze gebeden.
Toen ik in het voorjaar een zwarte N.G. predikant te logeren had, die veel vertelde, was zijn conclusie: alleen de Here kan ons uitkomst geven. Mogen we hopen en bidden, dat dat ook gebeuren zal.

K. Boersma

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 december 1986

De Wekker | 16 Pagina's

De N.G. kerk in Zuid-Afrika en wij

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 december 1986

De Wekker | 16 Pagina's