Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

En hoe nu verder?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

En hoe nu verder?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat is de vraag die bij leven en welzijn aandacht zal krijgen op de voorjaarsconferentie voor ambtsdragers op zaterdag 25 april 1987.
Onze kerken staan achter de generale synode 1986. Over deze breedste vergadering is heel wat geprofeteerd en gespeculeerd. Intussen zijn het verloop en de resultaten ervan onder ons geëvalueerd en geanalyseerd, door sommigen voorzichtig optimistisch, door anderen met een nogal gereserveerde nuchterheid, al naar men vanuit eigen directe waarneming en deelname aan het synodale gebeuren schreef dan wel zonder die deelname, vanuit een positie van afstandelijke observatie.
Bij wijze van verantwoording van het besluit van het comité landelijke ambtsdragersconferenties in betrekking tot de komende voorjaarsconferentie, is het mij misschien toegestaan aan de verschillende terugblikken op de synode er nog één, een korte, toe te voegen. Daarbij de zaken die op de synode passeerden langs gaan is niet nodig. In ons blad hebben twee afgevaardigden van alle dingen voortreffelijk verslag gedaan, met hier en daar een kanttekening.
Het gaat voor dit moment om de geest waarin de generale synode is verlopen, om het klimaat waarin werd vergaderd, om de sfeer die men onderling schiep, om de onderlinge bejegening bij de confrontatie van standpunten, ten diepste om de vraag of men met alles bezig was in besef van de ambtelijke verantwoordelijkheid tegenover de Here der kerk en met het oog op het heil van de kerken, waaraan men bijna drie weken op intensieve en bijzondere wijze dienstbaar mocht zijn.
Ik meen deze vraag alleen maar bevestigend te kunnen beantwoorden.
Zonder onrecht te doen aan alle vroegere synoden die ik mocht meemaken, was in die van 1986 duidelijk een sfeer voelbaar van verbondenheid rond de vraag hoe in verantwoordelijkheid tegenover de Here God en tegenover de kerken, besluiten zouden kunnen worden genomen die, gerekend naar de aard van de zaken en de situatie waarin wij ons als kerken op dit moment bevinden, als de meest verantwoorde zouden kunnen worden aangemerkt.
Natuurlijk, er zijn best eens pijnlijke momenten geweest. Enkele persoonlijke aanvaringen bleven niet uit, maar de schade bleef beperkt. Er was geen geest van gelijkhebberij, geen zucht om eigen inzichten tot elke prijs aan de ander op te dringen en geen neiging tot manipulatie. Persoonlijk - en misschien anderen met mij - heb ik het als opmerkelijk ervaren dat oplossingen voor controversiële zaken in de wandelgangen niet binnen de kringetjes van gelijkgezinde werden uitgedacht en besproken, maar dat in de vrije momenten over de moeilijkste dingen heel open tussen broeders afgevaardigden van sterk verschillende signatuur van gedachten werd gewisseld.
Er was iets van bereidheid om elkaars visie eerlijk te wegen en er eventueel recht aan te doen. De moed van sommige afgevaardigden om ten aanzien van bepaalde zaken een geheel eigen opstelling te kiezen, los van het standpunt van broeders aan wie men zich geestelijk verwant voelt, is bij velen niet onopgemerkt gebleven.
Dit alles betekent niet dat op alle besluiten de kwalificatie onfeilbaar van toepassing kan zijn. Integendeel, aan veel van wat tot stand kwam of wat teniet moest worden gedaan, zat en zit de beperktheid van onze menselijke zonden en tekorten. Voor sommige problemen zouden wellicht ook andere oplossingen dan waartoe werd besloten, denkbaar zijn geweest, maar misschien moet uiteindelijk toch worden gezegd dat veel moeilijke en ingrijpende besluiten kunnen worden gezien als de resultante van de samenvloeiing van Gods leiding en de bedachtzame bezinning in de synode.
Hoe dankbaar men voor dit alles ook kan zijn, een feit is dat het drukke synodale gebeuren geen gelegenheid bood elkaar in de ogen te zien voor wat de dieper liggende geestelijke vragen betreft. De vragen dus, die onder ons altijd nog scheiding maken. Ter synode is nogal eens het woord eenheid gevallen, waarbij het dan veelal ging om de wenselijkheid of de ongewenstheid van bepaalde ontwikkelingen binnen de kerken. Aan de bespreking van de dingen die werkelijk eenheidbevorderend zouden kunnen zijn is men niet toegekomen. Welnu, daartoe biedt de eerstkomende ambtsdragersconferentie een goede gelegenheid. De geest en het klimaat waarin de generale synode verliep waren voor het comité een aanmoediging om die conferentie te annonceren onder de titel: En hoe nu verder? Het vooroverleg met de twee inleiders van die dag moet op dit moment nog plaatsvinden.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 januari 1987

De Wekker | 8 Pagina's

En hoe nu verder?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 januari 1987

De Wekker | 8 Pagina's