Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een dag van verdriet en dankbaarheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een dag van verdriet en dankbaarheid

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Generale Synode van dinsdag 21 juni 1988, in bijzondere zitting bijeengeroepen voor de benoeming van een hoogleraar Nieuwe Testament, werd gekenmerkt door een mengeling van verdriet en dankbaarheid. Zowel het uur van bezinning en gebed in de Barnabaskerk als de zitting van de Synode in de aula van de Theologische Hogeschool waren doortrokken van het besef hoe groot het gat was dat het overlijden van de onder ons zo zeer gewaardeerde en beminde professor dr. Johannes Pieter Versteeg sloeg, allereerst in zijn gezin maar ook in de kerken. En wat de laatste betreft dan wel in het bijzonder aan onze Theologische Hogeschool.
In de tussenliggende tijd konden voor de voortgang van het werk, dat zo plotseling werd afgebroken, tijdelijke voorzieningen worden getroffen. Maar met het oog op een goede voortgang op langere termijn en met een nieuw studiejaar in het directe vooruitzicht, werd het als zeer wenselijk geoordeeld reeds nu een definitieve voorziening te treffen.
Daartoe werd in de morgen van de 21ste juni in de Barnabaskerk eerst het Woord van God geopend. Drs. R.W.J. Soeters uit Groningen (roepende kerk) sprak naar aanleiding van 1 Kor. 2:12: „Want wij hebben niet de geest der wereld ontvangen, maar de Geest uit God, opdat wij zouden weten, wat ons door God in genade geschonken is".
Drs. Soeters ging in op de vraag hoe wij in deze tijd nog kerk van Christus kunnen zijn, in een tijd waarin de kerk als maatschappelijk verschijnsel geduld wordt, maar waarin velen gelukkig lijken te zijn met een leven zonder God. Wat beweegt ons om nog kerk te zijn, om in deze wereld vol beweging en verandering de hals te buigen onder het juk van Christus? Alles mag in beweging zijn, de kerk mag op een vaste grond staan. Er is perspectief en als we dat zeggen dan is dat geen valse pretentie. Paulus schreef zijn brief aan de Korinthiërs, een gemeente die leven moest in een stad waar het commerciële hart van de toenmalige wereld klopte. Ook dáár was veel in beweging en in de gemeente van Christus zelf zag het er ook niet zo opgewekt uit. Verbrokkeling, partijschappen en scheuring kwamen er voor. De apostel wekte op tot eenstemmigheid en aaneengeslotenheid. Hij waarschuwde tegen hooghartigheid en spoorde aan tot nederigheid. Niet leven naar en uit de geest van de wereld. Je niet laten voorstaan op eigen kennis en inzicht, want dat betekent je laten meeslepen door de geest van de wereld. Beter is te leven uit de Geest van Pinksteren, die ons is gegeven om ons de weg te wijzen naar de God van de Waarheid. Wie leeft uit die Geest komt uit bij het kruis van Golgotha. Opdat wij zouden weten welke genade ons daardoor door God is geschonken . . .
Na de Generale Synode namens de roepende kerk van Groningen te hebben geopend, sprak drs. Soeters de volgende openingswoorden:
Broeders in onze Here Jezus Christus, geachte afgevaardigden en pré-adviseurs,
Namens de roepende kerk van Groningen heet ik u allen hartelijk welkom op deze vervroegd bijeengeroepen synode.
U bent uitgenodigd, omdat we als kerken met elkaar opnieuw de pijnlijke waarheid hebben ervaren van wat de Prediker ons voorhoudt, nl. dat niemand macht heeft over de dag van de dood (Pred. 8:8). Op de dag waarop we de overwinning van onze Here Jezus Christus gedenken, Paasfeest 1987, heeft de Here zijn knecht, onze geliefde broeder Johannes Pieter Versteeg, tot Zich geroepen.
Zijn plotseling heengaan betekent voor zijn vrouw en kinderen en familie allermeest en voor allen die hem hebben gekend een verlies, dat niet in woorden uit te drukken is. Onze broeder was immers voor alles een getuige van Hem die zijn leven bepaalde: de Here Jezus Christus. En dat kwam uit in wat hij schreef of deed of sprak. Wie de tekst van zijn laatste radio-college in de serie „Rondom het Woord", leest, getiteld „De bronnen van waaruit wij Jezus kennen" wordt getroffen door het zeer persoonlijke slot, waarin hij getuigenis aflegt van wie Jezus voor hem is. En hij zegt dan: „Ik kan niet anders in God geloven dan op de manier waarop Hij zich in Jezus aan mij doet kennen. Dat is de God die ik liefheb en voor wie ik wil leven."
Dat leven is nu ten einde. Onze broeder is heengegaan in de zekerheid voor eeuwig bij Hem te mogen zijn, die de dood van zijn kracht heeft beroofd. Wij mogen als kerken vandaag opnieuw onze grote waardering en dankbaarheid voor het leven en werk van deze hoogleraar tot uitdrukking brengen. Onvergetelijk is hij voor ons en zijn nagedachtenis moge velen tot zegen strekken.
Behalve in de kring van zijn gezin liet hij ook aan de Theologische Hogeschool van onze kerken, waaraan hij als hoogleraar verbonden was, een lege plaats achter. En hoewel het Curatorium tijdelijk wist te voorzien in de vacature door de hulp van enkele bereidwillige (gast-)docenten, was van meetaan duidelijk, dat de gevonden oplossing slechts tijdelijk van aard zou kunnen zijn.
Daarom richtte het Curatorium in het vroege voorjaar van 1988 aan de roepende kerk van Groningen het verzoek om te bewerken, dat vervroegd een Generale Synode bijeen zou komen om over deze zaak te spreken. De roepende kerk heeft, gelet op het belang van deze zaak, aan dit verzoek gevolg gegeven en zich in overeenstemming met art. 50 K.O. gewend tot de classes, resp. particuliere synoden om gehoor te vinden voor deze aangelegenheid. Welnu, dat laatste is gebeurd: dat wij vandaag hier bij elkaar kunnen zijn is mede het gevolg van de toestemming of bewilliging van de vier particuliere synoden, die ons kerkelijk leven telt.
Het is vaker in de geschiedenis van onze kerken voorgekomen, dat een buitengewone Generale Synode werd samengeroepen. We herinneren u aan de buitengewone Generale Synode van Zwolle, die gehouden werd van 26-28 juli 1932. Ook toen vormde het belangrijkste agendapunt de voorziening in de vacature van een hoogleraar aan de toen nog zo geheten Theologische School, omdat in dat jaar prof. F. Lengkeek was overleden. Het vervullen van deze vacature bleek overigens geen eenvoudige aangelegenheid: vier keer benoemde de synode een hoogleraar. Tot drie keer toe werd echter de benoeming niet aanvaard. Pas bij de vierde benoeming, nl. die van ds. J.W. Geels tot hoogleraar, kwam licht in deze zaak. Ds. Geels had niet de vrijmoedigheid te bedanken.
„De geschiedenis herhaalt zich", is een bekend gezegde. Dat hoop ik in dit opzicht niet voor u. Met u hoop ik op een vlot verloop van deze vergadering, waarin de bereidheid om te dienen samengaat met de fijngevoeligheid om te onderscheiden, waarop het aankomt.
Ik wens u een goede en gezegende vergadering.
Deze laatste wens is vervuld.
De leiding van de Synode kwam in handen van ds. P. den Butter.
Ook uit de gerichte, ernstige en tegelijk ontspannen wijze waarop de pastor uit Middelharnis de leiding van de vergadering ter hand nam, sprak een duidelijk besef van de verantwoordelijke handeling waarvoor de vergadering stond. Na voorlezing van de openlijke verklaring van verbondenheid aan de belijdenis van de kerk en na de Here opnieuw om Zijn bijstand en leiding te hebben gevraagd, werd het eigenlijke en enige agendapunt, zoals altijd wanneer het om personen gaat, in comité behandeld. De uitslag daarvan is inmiddels in de kerken bekend. Met algemene stemmen heeft de Synode het voorstel van het Curatorium, gesteund door het college van hoogleraren, overgenomen en dr. J. de Vuyst uit Heerde benoemd tot hoogleraar Nieuwe Testament. Voor die eenstemmigheid mogen we als kerken dankbaar zijn. Er mogen in het kerkelijk leven gelukkig ook momenten zijn waarop de gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor een goede gang der dingen in de Kerk van Christus zò sterk wordt gevoeld dat persoonlijke overwegingen en voorkeuren ondergeschikt worden gemaakt aan wat onder de zegen van God de meest aangewezen en goede weg lijkt te zijn. Die weg is door onze kerken op 21 juni unaniem gekozen. Als redactie spreken we daarover ook in deze kolommen graag onze vreugde en dankbaarheid uit.
Moge dr. De Vuyst, die wij met zijn benoeming ook hier van harte feliciteren, van God alles ontvangen om naar lichaam en geest zijn nieuwe taak zonder zorg, met vreugde en vooral ook met zegen waar te nemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1988

De Wekker | 8 Pagina's

Een dag van verdriet en dankbaarheid

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1988

De Wekker | 8 Pagina's