Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toekomstverwachting in de bijbel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toekomstverwachting in de bijbel

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gegeven met het heil
Een gevangene van het Nazi-regime in het Duitsland van Hitler moet bij zijn verweer tegen hen, die hem gevangen namen, gezegd hebben: „Uw heren gaan, maar onze Heer komt". Deze uitspraak is te lezen bij de bespreking van de „Wederkomst" in het bekende boekje van prof. dr. J.P. Versteeg: „Bijbelwoorden op de man af". En daarmee is heel veel gezegd van de boodschap van de bijbel in betrekking tot de toekomst.
De bijbel laat het ons van het begin tot het einde zien dat we te maken hebben met een God die komt. Het accent ligt niet op óns komen tot Hem, maar vooral en vooreerst op ZIJN komen tot ons. Hij is de „alpha en de omega, die is en die was en die komt", „het begin en het einde", „de eerste en de laatste" (Openb. 1:8; 21:6; 22:13).
Van dat komen van Hem naar ons toe hangt heel ons heil af. Zonder zijn bemoeienis met en toenadering tot ons zouden we reddeloos verloren zijn. Dat zou hope-loosheid zijn in de volle betekenis van het woord.
We moeten ons dan ook geen statisch beeld van God vormen, die vanuit een verre hemel de gang van zaken hier op aarde onbewogen gadeslaat. Een dergelijk Godsbeeld is in strijd met de bijbel en in wezen heidens. God is totaal anders. Hij is een bewogen God, die zich het wel en wee van mens en wereld op een verrassende wijze aantrekt.
En zijn heil bestaat juist hierin dat Hij bij onze afval en zonde een beslissende stap in onze richting heeft gedaan en blijft doen.
Hij heeft zich niet afgekeerd van deze zondige wereld maar juist in Christus naar deze wereld toegekeerd.
Het heil, dat Hij schenkt, is ondenkbaar zonder zijn komst tot ons in zijn genade en liefde.
De bijbel laat dat van het begin tot het einde overduidelijk zien. De bijbel is dan ook één doorlopende verkondiging van Gods genadige komst tot ons.
Geen wonder dat Gods Woord ook voortdurend gewag maakt van heils- en toekomstverwachting.
Het is ondoenlijk om een volledig overzicht te geven van die toekomstverwachting. Ik beperk mij daarom tot het bijbelse begrip van het „koninkrijk Gods" en ook dan zal ik slechts enkele dingen kunnen noemen.

Koninkrijk Gods
In het Oude Testament wordt op tal van plaatsen van de Here gezegd, dat Hij Koning is of dat Hij als Koning heerschappij voert. Dat is vooral het geval in een aantal psalmen, die bekend staan als de zgn. Konings-psalmen (met name Psalm 47, 93, 95, 97, 98, 99). Deze gedachte van het koningschap Gods is niet afgeleid van het koningschap onder Israël. Integendeel, de manier waarop de koning onder Israël zijn ambt moest vervullen diende een afspiegeling te zijn van en een oriëntatie op het koningschap Gods, zoals Hij dat vanaf het begin geopenbaard had.
Blijkens het Oude Testament is het koningschap Gods eeuwig, heeft het wereldwijde betekenis, is het onlosmakelijk verbonden met de verlossing en heeft het ook betrekking op het gericht. Opvallend is ook, dat het koningschap heel vaak gekoppeld is aan de uitdrukking „HERE der heerscharen", met tevens een relatie met de tempel en de stad van de tempel: Sion. Ongetwijfeld heeft dat te maken met de nadruk, die het Oude Testament legt op het unieke karakter van het koningschap Gods en de verhevenheid ervan boven alle goden en volken. Het koninkrijk Gods is daarom ook de openbaring van Gods macht en majesteit in het heden en ook in de toekomst, ten gunste van zijn volk en voor het forum van de volkeren der wereld.
Met name de profeten kondigen de komst van het rijk Gods aan, met daarin besloten de ernst maar ook de rijkdom van de heerlijkheid waarmee de Here zich zal manifesteren.

Te dien dage
Die komst van het rijk Gods wordt voortdurend ingeleid met de woorden „te dien dage". De komst van „de dag des HEREN" betekent gericht voor hen die Hem tegenstaan, maar betekent ook heil en verlossing voor allen die naar Hem uitzien. De profeten - vooral de kleine profeten - mogen die grote en ontzagwekkende dag met beslistheid aankondigen. Daarbij blijkt dat in de aankondiging van de komst van het rijk Gods ook een stuk troost en bemoediging is begrepen. Een man als Zacharia mag zelfs heenwijzen naar een koningschap Gods dat mondiaal erkend zal worden en dat een aanzet geeft tot contouren die de breedte van het Oude Testament ver overtreffen.
In tijden van druk en moeite heeft Gods volk kracht en troost mogen putten uit die indringende heilsverwachting, die er mag zijn voor een ieder die deze grote Koning erkent en wil dienen.
Er is veel te zeggen over de relatie profetie en vervulling. Door een hernieuwde belangstelling in onze dagen voor de oud-testamentische profetieën in chiliastische kringen is die hele kwestie ook uiterst actueel. Maar duidelijk is wel dat het „te dien dage" in het Oude Testament niet losgemaakt mag worden van de komst van Christus en van de belofte van zijn tweede komst.

Nieuwe Testament
Het valt op dat het Nieuwe Testament meteen inzet met de verkondiging van Jezus: „De tijd is vervuld en het Koninkrijk Gods is nabij gekomen" (Marcus 1:15; Matth. 4:17). Jezus wordt dan ook zelf als Koning beschouwd, of zelfs, zoals Paulus het ergens zegt, als „De Koning der koningen en de Here der heren" (1 Tim. 6:15). Duidelijk is, dat dat koningschap van Jezus evangelie betekent in de volle betekenis van het woord. Het zal niet toevallig zijn, dat sommige handschriften van Marcus 1:14 voor „evangelie Gods" lezen: „evangelie van het Koninkrijk Gods". Het koninkrijk Gods heeft alles te maken met Gods majesteitelijke komst naar ons toe; het behoeft ons daarom niet te verwonderen dat dat kortweg met „evangelie" wordt aangeduid.
Het is vooral het boek Openbaring dat de komst en de openbaar-making van het koningschap Gods onderstreept. Immers Hij die gekomen is zal ook weerkomen.
Op de eerste komst volgt een tweede komst. Die tweede komst betekent oordeel en gericht, maar niet minder heil en behoud. Daarin zal de heerlijkheid des Heren zich definitief en voor altijd manifesteren.
De toekomstverwachting, die zo eigen is aan de verkondiging van het Oude Testament, krijgt ondanks de vervulling door de komst van Christus een verdieping en verbreding, die alles te maken heeft met de verwachting van de wederkomst. Dan zal het koninkrijk Gods de nieuwe hemel en de nieuwe aarde volledig omspannen.

Heden en toekomst
Zowel Oude als Nieuwe Testament laten de spanning zien tussen wat is en wat nog komt. Hij die was, die is en die komt is niet alleen Dezelfde, maar is ook de garantie dat Hij zijn beloften waarmaakt. Het koninkrijk Gods, zoals we het nu in onze bedeling mogen ervaren, is gefundeerd op Gods beslissende heilsdaden in het verleden en roept tegelijk om de voltooiing en volmaking bij de wederkomst. Deze lijn van verleden, heden en toekomst mogen we niet uit het oog verliezen. Eenzijdige nadruk op het heden leidt tot een overspannen verwachting van wat nu gebeurt en nu mogelijk is. Dan komen de mens en het menselijk handelen al te zeer centraal te staan. Een eenzijdige nadruk op de komst leidt tot een overspannen toekomstverwachting die aan de nood en uitdagingen van onze tijd voorbij gaat en aan de menselijke verantwoordelijkheid tekort doet.
Aandacht voor de manier waarop de Schrift spreekt over het koninkrijk Gods, kan ons voor dergelijke eenzijdigheden behoeden en ons tegelijk oefenen in een evenwichtige toekomstverwachting.

Hoop
Wie het over de toekomstverwachting in de bijbel heeft, heeft het in feite over wat de bijbel „hoop" noemt. Die hoop is niet iets onzekers, maar juist het omgekeerde: een geloofszekerheid die uiteindelijk sterker zal blijken te zijn dan welke twijfel ook.
De bijbelse hoop is onlosmakelijk verbonden met Gods beloften en Gods heil in Jezus Christus. De eerste woorden in het in 1941 verschenen boek van de bekende oud-testamenticus prof. dr. A.H. Edelkoort: „De Christusverwachting in het Oude Testament" luiden: „Het Oude Testament is het boek der verwachting. Het is als de onvoltooide symphonie, die wacht op de meesterhand, die er het passend slot aan zal toevoegen". Deze woorden zijn ook van toepassing voor heel de bijbel.
Die op de hoop geconcentreerde toekomstverwachting heeft het volk Gods in Oude en Nieuwe Testament juist in crisis-situaties nieuwe kracht en moed gegeven. In die hoop werden zij en worden wij behouden (Rom. 8:24).
Die hoop is niet een wereldvreemde verwachting die louter passief uitkijkt naar de (verre) toekomst. Die hoop richt zich zeker op de toekomst, maar wordt gevoed door de beloften en feiten van het evangelie. En dat betekent dat het geloof, dat daarmee samengaat, zich realiseert in een voortgaande gehoorzaamheid en vernieuwing. Het is onze roeping om datgene wat we hopen door de kracht en genade van de Heilige Geest hier en nu in praktijk te brengen.
Het is goed mogelijk om dat „een anticipatie" op de toekomst te noemen.
Het is daarom treffend dat hoop en bekering samengaan. De bekering leidt tot hoop en de hoop leidt tot (voortgaande) bekering. Waar de hoop op de grote toekomst levend is zullen geloof en liefde zich steeds duidelijker openbaren.
Hoop is er voor nu en voor morgen. Door die hoop worden we aangezet tot nauwgezetheid in levenswandel, een gezonde relativering van wat ons vandaag geboden en aangeprezen wordt en ook tot kracht en moed om dit leven te leven en het toekomende te verwachten. De toekomstverwachting in de bijbel is samen te vatten in wat Paulus zegt over het geheimenis van het evangelie: dat is niet anders dan de verkondiging van „Christus onder u, de hoop der heerlijkheid" (Kol. 1:27).
Voor een christelijke gemeente is het van levensbelang, dat die toekomstverwachting levend gehouden wordt door de hoop op Christus, die „de overste is van de koningen der aarde" (Openb. 1:5).

J. van Mulligen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1990

De Wekker | 16 Pagina's

Toekomstverwachting in de bijbel

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1990

De Wekker | 16 Pagina's