Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Here is Koning (III)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Here is Koning (III)

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uitleg - verschil in uitleg
In de kring van hen, die willen buigen voor het gezag van Gods Woord, denkt men niet allen gelijk over de uitleg van allerlei onderdelen van datzelfde Woord van God. Dat verschil kan kleine zaken betreffen, dat verschil kan ook te maken hebben met een totaal andere benadering van de bijbel.
Op zich is de uitleg van Gods Woord en de vraag, welke methode en welke regels men daarbij moet toepassen, niet zo eenvoudig. Het is al te simpel om te stellen, dat je maar gewoon moet lezen wat er staat en dat over moet brengen naar de tijd van nu.
We weten intussen wel, dat dat nooit in alles kan, omdat de bijbel nu eenmaal een andere tijd ademt en ook een ander wereldbeeld en een andere cultuur tot achtergrond heeft. Al zouden we het wel willen, toch is het onmogelijk om zomaar een is-gelijk-teken te zetten tussen de bijbel en onze moderne tijd. Het is onze opdracht om de lijnen van Gods woord door te trekken naar het leven nu en om de normen van Gods Woord te hanteren en toe te passen.
Maar onze tijd kent zoveel nieuwe vragen en mogelijkheden, dat we niet zo maar even pasklare antwoorden en sluitende regels daar voor kunnen geven.
Het blijkt dan ook, dat Schriftgetrouwe christenen het onderling soms bepaald niet eens zijn over uitleg en toepassing van wat de bijbel zegt.
Wat voor de één tenslotte toch tijdgebonden is, is voor de ander nog steeds een bijbels gebod.
Een bekend voorbeeld in onze kring is, wat Paulus zegt over de hoofdtooi van de vrouw in 1 Kor. 11. Verschil van uitleg en toepassing van Paulus' woorden hierover betekent niet, dat de één meer en de ander minder bijbelgetrouw zou zijn. De benadering en zeker de manier van uitleggen verschilt, maar dat behoeft en mag niet leiden tot het uiten van verdachtmakingen naar elkaars adres.
Een ander voorbeeld, dat een veel grotere rol speelt, is de visie op de heilsbeloften in het Oude Testament en de wijze, waarop die vervuld zijn en worden. Daarmee hangt nauw samen de visie, die men heeft op het huidige Israël en op de wederkomst. Ook over deze zaken kan in de kring van hen, die zich toch nadrukkelijk gebonden weten aan Gods Woord, een opvallend verschil bestaan.
Er zijn eindeloos meer voorbeelden te noemen van verschil in uitleg en toepassing, zowel in eigen kring als daarbuiten, maar gelet op de gedachte van het koningschap Gods, kan de wijze waarop hier interpretaties zijn toegepast, niet buiten beschouwing blijven. In ieder geval is wel duidelijk, dat de uitleg en toepassing van de bijbel moeilijker zijn dan we misschien wel eens denken.

Verlegenheid
Die moeiten met de uitleg leiden wel eens tot verlegenheid. Verlegenheid, die tot gevolg heeft, dat men in kringen, waar men niet zo'n uitgesproken mening heeft over de heilsbeloften van de profeten, zich verder ook niet zo wil inspannen om daar wat meer helderheid over te krijgen.
Dat hangt ook weer samen met het feit, dat de boodschap der profeten vaak te weinig aandacht krijgt. En zoals altijd: onbekend maakt onbemind. Prediking en bijbelstudie gaan maar al te vaak voorbij aan wat-dan-heet die moeilijke profeten.
En als dan ineens populair geschreven boekjes verschijnen over zeer actuele uitleg en toepassing van de profeten, zoals b.v. de boekjes destijds van Hal Lindsey, dan worden dat terstond best-sellers, omdat die toch in een behoefte voorzien en in feite inspelen op een „gat in de markt".
En als dan ook met nadruk wordt gezegd, dat gekozen is voor een „letterlijke" uitleg van de oudtestamentische profetieën met tot de verbeelding sprekende verwijzingen naar actuele zaken in de wereld van politiek en machtsverhoudingen, dan maakt een voorzichtiger en meer bedachtzame benadering van diezelfde profetieën uiteindelijk geen schijn van kans. Geduldige en zorgvuldige uitleg van vooral wat moeilijker delen van de oudtestamentische profetieën is veel minder in trek dan de populaire methode met de concrete en pasklare toepassing.
Toch meen ik, dat een manier van uitleg van de Schrift, zoals die vooral door Hal Lindsey ook in ons land bij grote aantallen mensen gewild is, het erg moeilijk maakt om toch oog te krijgen voor het eigen karakter van het spreken van het Oude Testament en de manier, waarop de vervulling - soms trapsgewijs - plaats vindt of nog zal plaats vinden.
Ik durf de stelling aan, dat de verbreiding van deze methode - die steeds omschreven wordt als de letterlijke opvatting van de bijbel - de verlegenheid met grote delen van het Oude Testament, maar ook met b.v. het boek Openbaring, alleen maar groter heeft gemaakt. Daarbij komt dat de concreet/letterlijke uitleg ook het - overigens al lang bestaande chiliasme - enorm in de kaart heeft gespeeld.

Chiliasme
In betrekking tot het koningschap Gods, is in chiliastische kring altijd sterk de nadruk gelegd op de realisering ervan in een toekomstig duizendjarig vrederijk. Dat vrederijk zal dus letterlijk duizend jaar duren, waarbij Christus vanuit Jeruzalem tien eeuwen over de aarde zal regeren.
Dit chiliasme is geen uitvinding van onze tijd, al is de aandacht ervoor wel enorm toegenomen.
Het komt al voor in de begin-eeuwen van het christendom. Namen uit de oude kerk als Justinus Martyr, Papias, Irenaeus, Tertullianus en Lactantius zijn in dit verband te noemen.
Augustinus heeft het chiliasme sterk bestreden. Hij verkondigde met grote stelligheid, dat de kerk het rijk van Christus is en dat het duizendjarig rijk dus al een aanvang heeft genomen. Hij moest niets hebben van een door het chiliasme sterk gepropageerde letterlijke opvatting van de beloften van God en de concretisering daarvan in een aards en aanwijsbaar duizendjarig rijk.
Mede dankzij deze krachtige bestrijding door Augustinus, had het chiliasme tot en met de middeleeuwen betrekkelijk weinig verdedigers. Dat veranderde in de 16e eeuw, toen in doperse kring een fel en revolutionair chiliasme opkwam met vertegenwoordigers als Jan Matthijs en Jan van Leiden, die Munster kozen als het hemels Sion.
In de kring van de Reformatie werd dit chiliastisch fanatisme scherp veroordeeld. Die veroordeling ging evenwel vaak gepaard met de uitspraak, dat het chiliasme een te aardse voorstelling was en niet van joodse smetten vrij.
In de 19e eeuw ontstond in de kring van het Reveil een herleving van het chiliasme. Van daaruit zijn lijnen aanwijsbaar naar hedendaagse sekten en bewegingen, die, vooral geïnspireerd door de stichting van de staat Israël, een letterlijke verklaring en vervulling van de oudtestamentische profetieën voorstaan.
Vooral de geschriften van Hal Lindsey hebben het hedendaagse chiliasme nieuwe impulsen gegeven. Hij meent in de bijbel aanwijzingen te zien voor de opvatting, dat na de beslissende slag van Armageddon, de wederkomst van Christus en het aanbreken van het duizendjarig rijk plaats zullen vinden.
Ds. A.M. Berkhof destijds en Hal Lindsey nog niet zo lang geleden en velen in hun voetspoor, zijn van mening, dat het verbond met Abraham een onvoorwaardelijk karakter heeft en aantal dispensaties doorloopt. Via de omweg van de gemeente komt God weer bij zijn volk uit en zullen Israël en Jeruzalem het hart van het vrederijk vormen.
De aanhangers van het chiliasme verschillen in de concrete invulling van wat zij aanstonds verwachten, maar ze hebben dit gemeen: ze leggen sterke nadruk op de letterlijke opvatting van de beloften. Daarbij laten ze zonder omwegen woorden uit Oude en Nieuwe Testament rechtstreeks slaan op situaties nu, in en rond de staat Israël.
Voor meer informatie en grondige beoordeling van het chiliasme verwijs ik naar het boekje van prof. Van Genderen: „De verwachting van een duizendjarig rijk". Ik volsta met de opmerking, dat de letterlijke opvatting van het duizend jaar durende vrederijk op grond van Openb. 20 moeilijk is vol te houden. Een dergelijke letterlijke opvatting gaat voorbij aan het eigen karakter van dit laatste bijbelboek en tevens aan het eigen karakter van het profetisch spreken in de bijbel.

Profetie
Bijbelse profetie is geen toekomst-voorspellerij. Ze is niet anders dan het spreken Gods in betrekking tot verleden, heden en toekomst. Dat spreken Gods heeft altijd het heil, maar ook de bijzondere plaats van het volk van God op het oog.
Als dat profetische spreken beloften voor de toekomst omvat, dan moeten die in de eerste plaats verstaan worden tegen de achtergrond van dat moment.
Om een voorbeeld te noemen: Zach. 14:8-21. „Te dien dage", zegt Zacharia daar, zal Jeruzalem een centrale plaats innemen, zal de HERE koning zijn over de ganse aarde en zullen alle volken naar Jeruzalem gaan om zich voor de HERE neer te buigen en het loofhuttenfeest te vieren.
Dat „te dien dage" dwingt om in eerste instantie na te gaan, hoe het zat met de dagen van Zacharia zelf. De tijd, waarin hij leefde, was de tijd na de ballingschap en wat dit woord betreft: aan het eind van zijn leven, wellicht zo'n kleine zestig jaar na de terugkeer van het volk. De tempelbouw was intussen voltooid en de toestand in de wereld was dreigender en onzekerder dan ooit. Het was moeilijk om positieve gedachten te hebben ten aanzien van de toekomst.
Met het oog daarop mogen we de slothoofdstukken van Zacharia, maar zeker hoofdstuk 14, zien als een bemoediging voor het volk van God toen en daar. De HERE heeft nog een rijke toekomst in petto voor zijn volk. Die toekomst wordt in eerste instantie vervuld met de komst van Christus. Dan concentreren zich inderdaad alle lijnen op Jeruzalem en op het koningschap Gods in Christus. Dat koningschap blijkt ook wereldwijde betekenis te hebben en te krijgen, waaraan de volken deel zullen hebben.
Intussen is wel duidelijk, dat deze profetie nog een bredere en vollere vervulling zal krijgen bij de wederkomst van Christus. Dan zal door de nederdaling van het hemels Jeruzalem, dat in Openbaring trekken heeft, die overeenstemmen met Zach. 14, de volle doorbraak van het Koninkrijk Gods plaats vinden. Dan worden de contouren van Zach. 14 verbreed tot niets minder dan de manifestatie van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
Er is geen enkele reden om op grond van deze profetie uit Zach. 14, de vervulling toe te spitsen op de huidige staat Israël.
Het lijkt me duidelijk, dat het volk Israël een bijzondere plaats inneemt, dat Gods bemoeienis met zijn volle onmiskenbaar is en dat er wellicht voor Israël ook nog speciale beloften zijn, maar de lijn van de profetieën loopt altijd via Gods heilsdaden in het Oude Testament naar de eerste en de tweede komst van Christus.
Ook de profetie moet uiteindelijk verstaan worden in het licht van het geheel van Gods heilswerk in Christus.
Met name in de kring van de Reformatie is aandacht voor deze wijze van vervulling van Gods heilsbeloften, waarbij niet alle vragen opgelost zijn, maar waarbij wel met zorgvuldigheid gelezen en uitgelegd wordt.
De uitleg van de profetieën kan nooit een soort puzzel-werk worden waarbij de slimste met de meest originele en tot de verbeelding sprekende oplossingen komt.
De bijbel is méér dan een puzzelboek, ook méér dan een naslagwerk voor toekomstverwachtingen. De bijbel wil altijd de aandacht vestigen op Gods heilsplan in Jezus Christus. Dat heilsplan omvat met name de belijdenis, dat de HERE Koning is, dat Hij zijn rijk vestigt en doet komen en zo een bemoedigend perspectief geeft.
Over die betekenis meer in een slotartikel.

Lelystad, J. v. Mulligen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1990

De Wekker | 8 Pagina's

De Here is Koning (III)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 december 1990

De Wekker | 8 Pagina's