Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van Theologische School tot universiteit

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van Theologische School tot universiteit

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bij het thema
De titel is mij voorgelegd. Ik heb ja gezegd, maar vind de uitwerking van dit thema niet eenvoudig. Dit artikel is niet een bijdrage ter gelegenheid van het eeuwfeest van de theologische school, nu universiteit. Dat feest hopen we over drie jaar te vieren.
Het gaat, neem ik aan, over de school-universiteit in relatie tot De Wekker. Het lijkt mij het beste om een paar praktische en een paar principiële opmerkingen te maken. Bladerend in vele oude jaargangen (die ik juist dezer dagen aangeboden kreeg van buiten onze kerken), trof het mij dat dat in de kop van De Wekker van 28 september 1962 „uitgegeven ten voordele van de Theologische School te Apeldoorn" veranderd is in „ten voordele van de Theologische Hogeschool". In datzelfde nummer staat het verslag van de juist in die maand gehouden Generale Synode van Haarlem/Santpoort. Daar is op 18 september 1962 besloten de naam van de school te wijzigen. In De Wekker wordt verder van dit feit door de redactie geen melding gemaakt.
In 1989 is dat enigszins anders gegaan. In De Wekker van 29 september vinden we het verslag van de besprekingen op de Synode van Groningen. Op de derde dinsdag van september besluit de synode om de naam te wijzigen in universiteit. Overigens met ongeveer dezelfde motivering als in 1962, om het wetenschappelijk karakter van het onderwijs in de Nederlandse samenleving daarmee aan te geven. In 1962 keek men, als ik het zo mag zeggen, iets meer naar binnen; in 1989 motiveerde men de naamsverandering vooral met het oog op buiten.
In het nummer van 6 oktober 1989 wijdde de hoofdredacteur een „Marginaal?" aan „Van Hogeschool naar Universiteit". Hij wijst daarbij op de noodzaak van naamsverandering vanwege de wet op het wetenschappelijk onderwijs. Hogeschool is thans benaming voor hoger beroepsonderwijs. Apeldoorn biedt meer.
De hoofdredacteur wijst er verder op dat de naam universiteit oorspronkelijk doelde op het samen optrekken van degenen die onderwijs geven en die onderwijs ontvangen. Zij vormen met elkaar een hechte gemeenschap. In dit licht gezien is de naamsverandering een terugkeer tot een oeroud principe, dat het korps van leraren samen met dat der studenten een eenheid vormt.

In het eerste nummer van de nieuwe (99ste) jaargang, 20 oktober 1989, vindt men in de kop Hogeschool vervangen door Universiteit. Tot zover de feiten, zoals men die in De Wekker kan aantreffen.

De relatie
Aan de relatie School en orgaan kan men nog de volgende gezichtspunten ontdekken. De financiële baten zijn ten gunste van de School. Daarover wordt in een apart artikel geschreven. Gebeurtenissen uit het schoolleven en officiële mededelingen van het curatorium worden vermeld.
Men zie bij de jaaroverzichten wat er zo al in de onderscheiden nummers over de School is te vinden. Ik stuitte op de nummers van januari 1961, waarin de actie voor de uitbouw van de School hartelijk wordt aangeprezen. In het nummer van 20 januari worden er speciale artikelen (waaronder een van de toenmalige student H. Biesma) aan gewijd.
Verder vindt in de zomervergadering van het curatorium de bespreking plaats van het rapport dat de redactie bij het curatorium indient. Dit is een besloten vergadering. Op de synode vindt de bespreking in het openbaar plaats.
Dan zijn er de bijdragen van hoogleraren. Wie dit punt in de loop der jaren naspeurt, komt tot de ontdekking, dat die bijdragen sterk afnemen. Men legge de inhoudsoverzichten (voorzover verschenen) naast elkaar. Vroeger hadden verschillende hoogleraren een eigen rubriek of leverden met grote regelmaat bijdragen in de vorm van een kortere of langere serie. Tegenwoordig is het een uitzondering als men van een hoogleraar een bijdrage vindt. De hoofdredacteur uitgezonderd.

Juist op dit punt zou de titel van mijn artikel stof tot schrijven hebben kunnen geven. Dan had ik kunnen ingaan op de vraag of de voortgang van School naar Universiteit zich ook weerspiegelt in bijdragen vanuit de Universiteit. Globaal genomen moet gezegd worden dat de bijdragen vanuit de School minder zijn geworden naarmate de naam Universiteit dichterbij kwam. Men kan niet zeggen dat de Universiteit via bijdragen van haar hoogleraren het orgaan heeft begeleid. De hoofdredacteur vormt hierop een uitzondering.
Het is aardig te vermelden dat in vroeger en in recenter jaren bepaalde series Wekker-artikelen gebundeld zijn verschenen. Zonder volledig te zijn - het gaat om enkele voorbeelden - noem ik van prof. Van der Schuit „Na vijfentwintig jaren" (1919) en „Ten Dis geleid" (1961), van prof. Van der Meiden „Wat is bevinding? voor de praktijk der godzaligheid" (1951), van prof. Wisse „Avondrood" (1957) (toen reeds geen hoogleraar meer), van prof. Kremer enkele series artikelen die opgenomen zijn in „Priesterlijke Prediking" (1976), van prof. Van 't Spijker „De Heilige Geest als Trooster" (1986) en „De verzegeling met de Heilige Geest" (1991).
Tot zover enkele praktische opmerkingen.

De principiële kant
En nu de principiële kant. Ik bedoel hiermee uiteraard de vraag in hoeverre de status van Universiteit het werk aan onze Theologische School beïnvloedt; en in hoeverre het karakter van het onderwijs en de literaire produkten of produktie daardoor wordt beïnvloed.
In oprechtheid meen ik voor anderen en mijzelf te mogen zeggen: op geen enkele wijze. Het is niet zo dat de theologie bij ons anders beoefend wordt, omdat wij een wetenschappelijke status hebben, die door de overheid erkend is. Het is precies andersom: die wetenschappelijke status hebben de Kerken voor de School gezocht en gewild. Vanaf 1953 zijn hoogleraren benoemd, die aan universiteiten een proeve van wetenschappelijke bekwaamheid hadden afgelegd. Door de benoeming van deze broeders is het peil van het onderwijs veranderd. Dat hebben de Kerken gewild. Dat is niet een beweging van buiten af. Dat is een streven en verlangen van binnen uit. Deze feitelijke veranderingen zijn door de overheid - daarop aangesproken - opgemerkt en gehonoreerd.

Is er dan niets veranderd in de loop der jaren? Natuurlijk is er iets, zelfs heel wat veranderd. De mogelijkheid om doctoraal examen af te leggen en om te promoveren in Apeldoorn, is een geweldige verandering. Zo ook het feit dat niet meer alleen admissiale studenten hier kunnen studeren. De openstelling van de School voor hen die de gereformeerde belijdenis onderschrijven (1968) is geen geringe wijziging in het geheel.

Niettemin ben ik van mening, dat deze veranderingen geen principiële koerswijziging in de theologische studie hebben teweeg gebracht. Ons verlangen om gereformeerde theologie (in nauwe aansluiting bij de Reformatie en ook de Nadere Reformatie) te beoefenen, is indien mogelijk nog sterker geworden. Wie het veld van kerk en theologie in Nederland kent, weet dat er weinig waardering meer is voor gereformeerde theologie. Er is het verlangen (en de mode) om een oecumenische theologie te leveren, voor in de plaats gekomen. Met nadruk stel ik dat er ook buiten Apeldoorn gereformeerde theologie beoefend wordt. Toch is het getal vergeleken bij de vele anderen gering, en hun positie is in zekere zin die van het isolement, al zijn er wel heel wat persoonlijke contacten. Dit verhindert ons niet om van harte ons in te zetten voor een gereformeerde theologie, over de volle breedte van het theologisch bedrijf.
We doen dat niet als hobby, of vanuit een zekere nostalgie. We doen dat vanuit het besef dat we daartoe een opdracht hebben, van Godswege, ons door de Kerken overgebracht.
Wat wij proberen te publiceren staat in datzelfde teken. Wij voelen ons daarbij niet in een isolement (ofschoon ik dat woord gebruikte). Wij beoefenen de theologie wetenschappelijk ten dienste van de Kerken, van de taken van verkondiging, pastoraat, catechese en vormend opbouwwerk. Naar mijn gedachte zou De Wekker voor het beleven en stimuleren van deze relatie, meer kunnen betekenen dan zij in de laatste jaren doet.

Het is van betekenis dat de band tussen Universiteit en Kerk ook via De Wekker onderhouden wordt. Het „ten voordele van" betekent niet „in dienst van". Er is een wezenlijk onderscheid. Dat moet er (naar beide kanten) blijven.

Het is een weelde om als Kerken een eigen orgaan en een eigen Universiteit te hebben. Wij worden wat beide betreft in de negentiger jaren tot herdenken geroepen. Dat is een reden tot dankbaarheid. Daar is niet minder de roeping voor een jongere generatie om de fakkel over te nemen. Juist nu we terugzien op een lange weg, is het zaak de wezenlijke punten te markeren en daarvan te leren voor de toekomst.
Als ik het moet samenvatten zeg ik: in totaal veranderde omstandigheden, gereformeerd denken en belijden voor de praktijk van de Kerken, te presenteren en te actualiseren. Dat betekent een kritische, opbouwende, dienende doordenking, naar buiten en naar binnen, van ons gereformeerd zijn.

Het feit dat de naamsveranderingen van onze School in De Wekker summier en sober zijn vermeld, doet zeggen: men heeft verwacht en vertrouwd dat de oude lijn wordt doorgetrokken. In een totaal veranderde tijd (de 21ste eeuw is aanstaande) zoeken wij datzelfde. De naam is met de omstandigheden gewijzigd, voor de zaak staan wij met niet minder overtuiging.

W.H. Velema

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1991

De Wekker | 30 Pagina's

Van Theologische School tot universiteit

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1991

De Wekker | 30 Pagina's