Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voordat een Generale Synode vergadert

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voordat een Generale Synode vergadert

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zoals u naar alle waarschijnlijkheid bekend is wordt sinds medio september in Apeldoorn de Generale Synode van onze kerken gehouden. Er is al het een en ander over gepubliceerd en er zal ongetwijfeld nog veel meer in De Wekker en elders over geschreven gaan worden. Om deze reden wil ik in dit artikel niet inhoudelijk schrijven over datgene wat op de Generale Synode aan de orde komt, maar zal ik een wat andere invalshoek kiezen

Wat er voorafgaat aan een Generale Synode
De laatste maanden is mij van verschillende kanten de vraag gesteld hoe de Generale Synode nu tot haar samenstelling komt en wat er verder aan vooraf gaat.
Daar hier de vraag naar de organisatorische opzet van ons kerkleven in het geding is, die blijkbaar voor veel kerkleden toch niet of niet geheel duidelijk is, wil ik in het navolgende hierop ingaan.
Ons landelijk kerkverband bestaat uit een relatief groot aantal gemeenten (ca. 200), waarvan er enkele naar onze maatstaven groot (1500 leden en meer) en diverse klein tot zeer klein (minder dan 100 leden) zijn.
In art. 29 van de Kerkorde is opgenomen dat er vier soorten kerkelijke vergaderingen zijn, te weten de kerkeraad, de classis, de Particuliere Synode (P.S.) en de Generale Synode (G.S.). De laatste drie worden wel aangeduid als de „meerdere vergaderingen". Niet zozeer omdat deze vergaderingen belangrijker zijn en zeker niet omdat zij meer macht zouden hebben, maar omdat in die vergaderingen afgevaardigden van meerdere kerkeraden, meerdere classes etc. aanwezig zijn.

Kerkeraad
Naar ik aanneem is een ieder op de hoogte van het feit dat elke gemeente een kerkeraad dient te hebben, bestaande uit één of meer predikanten, ouderlingen en diakenen. Wat er zoal op de kerkeraadstafel aan de orde komt zal voor de meeste gemeenteleden veelal ook nog wel bekend zijn. Hetzij uit eigen ervaring, hetzij doordat in gemeentelijke bladen hier veelal aandacht aan besteed wordt.
Voor de volledigheid zal ik hier toch enkele onderwerpen noemen die regelmatig terugkeren: verslag huisbezoeken en andere pastorale en diaconale bezoekverslagen, verslagen jeugd- en studentenouderling, evangelisatieouderling, daarnaast vergt de ingekomen/uitgegane post vaak de nodige tijd.
Periodiek komt aan de orde: financieel overzicht, verslagen bijgewoonde conferenties c.q. vergaderingen, vaststellen afvaardiging classisvergadering, uitzetten beleidslijnen voor de gemeente, bespreking functioneren kerkeraad en predikant, kandidaatstelling ambtsdragers enz. Op de vergadering voorafgaande aan de viering van het Heilig Avondmaal wordt er Censura Morum gehouden, waarbij de kerkeraadsleden zich uitspreken of er bezwaren zijn om met elkaar het avondmaal te kunnen vieren.
Incidenteel komen de meest uiteenlopende zaken aan de orde die voor de gemeente van belang kunnen zijn, zoals liturgie in de dienst, samenwonen, kerk en onderwijs, samensprekingen met andere kerkgenootschappen, gemengde huwelijken en alle overige onderwerpen die u voor uw eigen gemeente kunt bedenken. In beginsel zijn al de kerkeraadsvergaderingen evenals trouwens de overige kerkelijke vergaderingen openbaar. De belangrijkste uitzondering hierop is, dat wanneer er over personen gesproken wordt, uit het oogpunt van de zorgvuldigheid waarmee wij binnen onze kerken met elkaar om dienen te gaan er sprake zal zijn van een besloten (deel van de) vergadering. De vergadering gaat voor deze onderwerpen derhalve in comité.
De kerkeraad vergadert zo vaak als nodig is voor zijn werkzaamheden.
Zoals bovengenoemd is één van de periodieke taken van de kerkeraad het benoemen van afgevaardigden naar de classisvergadering. Elke kerkeraad vaardigt een predikant en een ouderling af en om beurten een diaken.

Classis
De vergaderingen van de classis worden gevormd door de kerken die liggen binnen het gebied van de classis. Minstens twee maal per jaar wordt door de classis vergaderd. In totaal zijn er in onze kerken 13 classes.
In de classisvergaderingen wordt in z'n algemeenheid behandeld datgene wat niet door een kerkeraad kan worden afgedaan dan wel zaken die betrekking hebben op meerdere kerkeraden in de classis. Concreet komt in elke vergadering ter sprake het wel en wee in de plaatselijke kerken en verslagen van gehouden kerkvisitaties. Dit laatste betreft bezoeken van plaatselijke kerkeraden door twee predikanten van de classis, waarbij onderzoek wordt ingesteld naar de bediening van Woord en sacramenten, het ambtswerk van de predikant, catechese, pastoraat, diaconie, kerkeraadswerk, gemeentelijk leven etc.
Voorts komen periodiek aan de orde benoemingen in classicale commissies. Ook worden regelingen getroffen voor consulentschappen en worden classicale preekbeurten toegewezen. Tevens kunnen door kerkeraden instructies worden ingediend ter regeling van zaken voor classis, P.S. en G.S. Op de classisvergadering wordt voorts door classicale commissies verslag gedaan van hun werkzaamheden (classicale ambtsdragersconferenties, evangelisatiecommissies etc.).
Incidenteel worden specifiek aangereikte onderwerpen uit kerkeraden, P.S. en G.S. ter sprake gebracht, bij de vergadering die vooraf gaat aan een P.S.-vergadering worden tevens de afgevaardigden voor die vergadering gekozen. Iedere classis mag drie predikanten, drie ouderlingen en één diaken afvaardigen.

Particuliere Synode
Ons kerkverband kent 4 Particuliere Synodes; elk genoemd naar één van de vier windstreken. Deze synodes komen (uitgezonderd bijzondere omstandigheden) één keer per jaar bijeen. In deze vergadering worden instructies en appèlzaken behandeld, zoals overigens ook bij de classis kan voorkomen.
Een belangrijk deel van de vergadering wordt voorts gevuld met bespreking van de rapporten van de diverse deputaatschappen. Dit zijn door de P.S. zelf ingestelde deputaatschappen (zoals ten behoeve van het laatste examen voordat een kandidaat tot predikant bevestigd kan worden, de zgn. peremptoire examens), en landelijke deputaatschappen (o.a. verzorging emeriti- predikanten, Theologische Universiteit, onderlinge bijstand en advies).
In deze laatste deputaatschappen hebben naast deputaten benoemd door de G.S. ook deputaten namens de P.S. zitting. Zij brengen schriftelijk verslag uit over hun werkzaamheden van het verstreken jaar. Ter vergadering kan eventueel een mondelinge toelichting verstrekt worden. In de laatste vergadering voor de G.S. worden de afgevaardigden naar deze Synode gekozen: per P.S. 6 predikanten, 6 ouderlingen en 1 diaken. De G.S. bestaat dus uit 52 afgevaardigden.

Afvaardiging in het algemeen
Zoals uit het bovenstaande mag blijken is de G.S. het hoogste orgaan in onze kerken. Hier worden (beleids-)zaken besproken en beslissingen genomen die het geheel van onze kerken aangaan.
Door het stelsel van getrapte verkiezingen heeft elk kerkeraadslid de mogelijkheid te worden afgevaardigd naar dit hoogste orgaan. Van een hiërarchische organisatie zoals die aanwezig is in de Rooms-Katholieke kerk, is bij ons dan ook gelukkig geen sprake.
In feite is en blijft de plaatselijke gemeente, als lichaam van Christus, het belangrijkste orgaan voor het gezamenlijk belijden en beleven van het geloof.
De gemeente heeft een grote mate van autonomie. Essentieel is in dit verband nog wat verwoord is in art. 85 van de Kerkorde: „Geen kerk zal over andere kerken . . . enige heerschappij voeren".
Toch zijn er bij de wijze waarop afgevaardigden gekozen worden wel wat opmerkingen te maken.
1. Doordat op elke classisvergadering alle gemeentepredikanten als afgevaardigden aanwezig kunnen zijn en dit voor de andere ambtsdragers in het algemeen niet geldt, zullen veelal de predikanten beter ingevoerd zijn en met meer achtergrondkennis de beraadslagingen voeren en beslissingen nemen. Hun invloed is hierdoor onevenredig groot.
Naast de geschiktheid van een broeder om afgevaardigde te zijn spelen ook diverse andere factoren mee.
2. In doorsnee zal een ouderling/diaken van een kleinere gemeente relatief vaker afgevaardigd kunnen worden dan iemand uit een grotere gemeente. In veel gemeenten zal een ambtsdrager in zijn ambtsperiode in het geheel niet afgevaardigd worden.
3. Het bijwonen van de meerdere vergaderingen vergt van ouderlingen/diakenen veel vrije tijd. Ambtsdragers die van de VUT-regeling gebruik hebben gemaakt of gepensioneerd zijn zullen zich vaker vrij kunnen maken dan ambtsdragers die midden in het arbeidsproces staan.
4. Bij afvaardiging naar de P.S. en G.S. is bekendheid van de te verkiezen ambtsdrager doorslaggevend. Het feit dat men aanwezig is in de vergadering waar de afgevaardigden gekozen worden voor de meerdere vergadering, is veelal van essentieel belang om voor die meerdere vergadering gekozen te worden. Slechts enkele landelijk bekende „grootheden" worden afgevaardigd zonder aanwezig te zijn bij de kandidaatstelling.
5. Als men de afvaardigingen voor de meerdere vergaderingen enige tijd gevolgd heeft, valt in een aantal gevallen op dat het ook van belang is in welke gemeente men kerkt, of algemener welke „ligging" men heeft. Lang niet altijd wordt de bekwaamste broeder gekozen. Hierdoor is in diverse gevallen ook geen sprake van een evenredige vertegenwoordiging.
6. In de kerkorde is geregeld dat de voorzitter van de kerkeraad (mits de gemeente niet vacant is) en van een classisvergadering, een predikant dient te zijn.
Van de overige moderamenleden (classis) en van alle moderamenleden van de P.S. en G.S. is bij mijn weten niet voorgeschreven dat dit per se predikanten dienen te zijn.
Wellicht kan het verfrissend zijn als ook eens „gewone" ambtsdragers in het moderamen worden opgenomen. Een idee voor de komende G.S. . .?

Tot slot wens ik allen die afgevaardigd zijn naar de komende G.S. veel wijsheid en Gods onmisbare zegen toe bij de werkzaamheden en bij de beslissingen die genomen moeten worden. Dat men zich niet verliest in eigen- of groepsbelang, maar dat het belang van onze kerken als geheel voorop mag staan. En dat, verwijzend naar wat hierboven gezegd is over artikel 85 van de kerkorde, de Synode maximale ruimte geeft/laat aan de plaatselijke kerken.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 september 1992

De Wekker | 12 Pagina's

Voordat een Generale Synode vergadert

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 september 1992

De Wekker | 12 Pagina's