Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Doppersynode 1994 - Zuidafrikaanse kerk op een keerpunt? (II)

Bekijk het origineel

Doppersynode 1994 - Zuidafrikaanse kerk op een keerpunt? (II)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christelijke Gereformeerde betrokkenheid
De reden van onze belangstelling voor deze Nationale Synode van Potchefstroom, heeft diepere wortels dan alleen de oude banden tussen Nederland en Zuid-Afrika, en tussen onze kerken. Een extra relatie met deze kerken is immers gelegen in het zendingswerk van onze kerken in Zuid-Afrika. Het zendingswerk van onze kerken is zowel in Venda als in KwaNdebele aangevat in nauw overleg met de Gereformeerde Kerken van Zuid-Afrika. Het gevolg daarvan is onder Gods zegen geweest een groei in de breedte en in de diepte van de Gereformeerde Kerk onder de zwarte bevolking. Daarmee wordt ook met deze gemeenten een broederlijke band ervaren, die voor allen die met de zending daar hebben kennis gemaakt, een kostbaar geschenk is.
Om nu te begrijpen wat op de Sinode Potchefstroom aan de orde kwam, moet ik, voor wie daarmee niet op de hoogte is, kort aanduiden hoe de kerkelijke verhoudingen onder de Gereformeerden van Zuid-Afrika zijn georganiseerd. Er is, behalve de Nasionale Sinode, ook nog een bredere, een meerdere vergadering, namelijk de Algemene Sinode. Daarmee heeft de Gereformeerde Kerk van Zuid-Afrika een prachtig lichaam, en heeft ze ook altijd kunnen zeggen, dat in de kerk niet van een organisatie volgens de „apartheid" sprake was. In de Algemene Sinode waren immers, behalve de (blanke) Nasionale Sinode Potchefstroom ook de Nasionale Sinode Soutpansberg (gevormd door de Venda-gemeenten), de Nasionale Sinode Middellande (waartoe o.a. de kerken in KwaNdebele behoren) en de Nasionale Sinode Suidland (vooral in de Kaapprovincie, de synode van de kleurlingen) vertegenwoordigd. Er was dus geheel geen bevoogding van de een boven de ander. De Nasionale Sinoden vormden op geheel gelijkwaardige basis de Algemene Sinode.
Wij hebben als Christelijke Gereformeerde Kerken zowel met de Sinode Potchefstroom als met de Sinode Soutpansberg als met de Sinode Middellande goede banden. Wat de Sinode Soutpansberg en Middellande betreft: de praktische invulling van het onderhouden van deze correspondentie werd logischerwijs steeds in handen van onze deputaten voor Buitenlandse Zending gelaten, maar in allerlei voorkomende zaken ging en gaat dat wel in overleg met de Deputaten voor Correspondentie met Buitenlandse Kerken. Het gaat ook ons dus wel ter harte hoe de ontwikkeling van de verhoudingen tussen de diverse Nasionale Sinodes zal verlopen! We hebben daar in de afgelopen jaren ook tegenover de Zuidafrikaanse broeders blijk van gegeven.

De Algemene Sinode - een luchtkasteel?
Die verhouding - tussen de nationale synodes - was op twee belangrijke agendapunten op de Sinode Potchefstroom aan de orde. Er was een rapport, waarin deputaten voor overleg met de andere nationale synodes voorstellen deden over de toekomstige structuur van de kerk, waar men het gezamenlijk over eens was geworden. En er moest een besluit genomen worden over het al of niet voortbestaan van een afzonderlijke theologische opleiding voor de zwarte kerken zoals die sedert jaren in Hammanskraal gevestigd is. Waar het in het eerste stuk vooral om ging was de vraag of de Algemene Sinode werkelijk het karakter van een gemeenschappelijke meerdere vergadering zou krijgen of niet. Dus of over een aantal zaken van gemeenschappelijk belang tussen blank en zwart in die gemeenschappelijke synode zal kunnen worden beslist, of dat de - blanke - Sinode Potchefstroom de zeggenschap over de theologische opleiding bijvoorbeeld voor zichzelf zal behouden. Logisch dat hier alle gevoeligheden van de apartheidssituatie van Zuid-Afrika ondergronds in meespelen. En dat het ook om ingrijpende vragen gaat! Denk maar aan een zaak als de theologische opleiding. Het zijn de blanken die zowel de Teologiese Skool in Potchefstroom als de Hammanskraalse Teologiese Skool bekostigen. Dat geeft vele blanken het gevoel: dus hebben wij het ook voor het zeggen. Terwijl er onder de zwarte kerken een ontwikkeling geweest is, die velen daar heel goed in staat stelt mee te kunnen oordelen en beslissen. Er is bij hen een besef: de Here geeft ons dat we zelfstandig kerk kunnen zijn. Maatschappelijk en theologisch zijn er onder ons grote ontwikkelingen geweest, maar economisch zijn we nog lang niet in staat dezelfde kracht te vertonen als de blanken. Maar mag dat een verhindering zijn echte verantwoordelijkheid te dragen voor de opleiding van onze eigen predikanten? Vooral bij de kerk in Venda is dit bewustzijn nu zelf verantwoordelijkheid te kunnen dragen krachtig gegroeid. Daarom was het ook juist, dat onze zending zich uit Venda heeft teruggetrokken enkele jaren geleden!
Maar deze ontwikkeling roept steeds meer de vraag op: is de Algemene Sinode eigenlijk wel wat die op papier bedoelt te zijn? Is het niet een mooi luchtkasteel, zolang de blanke synode er niet werkelijk toe overgaat de medeverantwoordelijkheid van de andere synodes te honoreren door zaken aan de Algemene Sinode te laten die daar in wezen thuis horen?
Inderdaad - daar wringt de schoen.

Een prachtig rapport - een zwak besluit
Het genoemde rapport met voorstellen over de toekomstige structuur van de kerk was in de ogen van ieder die een beetje op de hoogte is van de spanningen rond deze problemen, ronduit verrassend. Het bevatte het concept van een „Document van Overeenkomst" waarin op een werkelijk christelijke en kennelijk broederlijke wijze afscheid genomen werd van de apartheid. Er sprak uit, dat de broeders gezamenlijk er op uit waren geweest naar de Schrift te luisteren. Alleen Gods Woord kan de uitgangspunten verschaffen voor de wijze waarop de kerk moet worden georganiseerd, ook in een gecompliceerde samenleving als de Zuidafrikaanse. Als Christelijke Gereformeerde gast op deze synode was ik verheugd dit te lezen. Wat hier onder woorden werd gebracht was geheel in de lijn van wat in enkele brieven in de afgelopen jaren in een gezamenlijke broederlijke inspanning van onze deputaten buitenlandse zending en deputaten voor correspondentie met buitenlandse kerken tot uiting was gebracht.
De aanleiding voor deze brieven - en ook voor het eerder genoemde bezoek dat ds. K. Boersma en ik in 1990 aan Zuid-Afrika brachten - was gelegen in een conflict tussen de Soutpansberg Sinode en de Sinode Potchefstroom, waarin het vooral ook ging over de theologische opleiding. De Sinode Soutpansberg had een waardevol rapport aanvaard over de vraag hoe in de Schrift gesproken wordt over de kerk en de verschillen tussen volkeren. Maar tegelijk had deze synode daarmee de samenwerking in de Algemene Sinode opgezegd. Wij hebben in onze brieven duidelijk proberen te maken, dat er juist over de inhoud van die bijbelse gegevens met elkaar gesproken moet worden. De deur naar elkaar moest open, niet dicht! Hoe begrijpelijk het - menselijk gezien - ook was, dat dat soms teveel gevraagd leek.
Wat wij nu in dit gezamenlijke rapport vonden, was een teken van hoop: hier wordt gezamenlijk naar de Schrift geluisterd!
Echter, er was ook een minderheidsrapport van twee deputaten van de blanke synode. Daarin werd er tegen geprotesteerd, dat het meerderheidsrapport in verband met de doorwerking van de apartheid spreekt van de uitwerking van „structureel onrecht". Ook werd een beroep gedaan op de legitieme kanten van de verscheidenheid tussen volken, o.a. in cultuur en taal, die bij de instituering van een kerk in rekening gebracht kunnen worden. Daarin hebben ze zonder twijfel gelijk! Het pijnlijke van dit minderheidsrapport was echter, dat er onuitgesproken van werd uitgegaan, dat deze verscheidenheid door de ene groep zou kunnen worden opgelegd aan de andere. En dat is precies de situatie die bij onze zwarte broeders en zusters soms bitterheid heeft opgeroepen.
De uitkomst van de besluitvorming op de synode was, dat de voorstellen nog niet konden worden aangenomen. Nieuwe deputaten werden benoemd die de opdracht kregen eerst onderling overeenstemming te proberen te bereiken over de zaken die met de andere synodes besproken waren, en dan met hen verder te spreken.
In deze besluitvorming regeerde de politieke situatie onmiskenbaar. De vrees, dat de onenigheid binnen de eigen synode grote schade aan de kerk zou berokkenen, leidde tot dit besluit. Het laat zich nog begrijpen ook, want de gevoeligheden hier zijn groot.
Maar de vraag bleef bij mij leven: Waar is het besef, dat ook de broeders van de andere synoden echt broeders zijn? Zijn ook die niet door de Here aan u gegeven? Ze waren in dubbele zin afwezig in dit besluit. Ik vrees, dat hier de vrees voor menselijke zwakheid sterker was dan het verlangen echt naar het Woord te luisteren.

J.W. Maris

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1994

De Wekker | 16 Pagina's

Doppersynode 1994 - Zuidafrikaanse kerk op een keerpunt? (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1994

De Wekker | 16 Pagina's