Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verslag van de voortgezette najaarsvergadering van de classis Rotterdam, gehouden op woensdag 26 januari te Barendrecht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verslag van de voortgezette najaarsvergadering van de classis Rotterdam, gehouden op woensdag 26 januari te Barendrecht

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De praeses, ds. Van der Ham, heropent de vergadering. Hij laat zingen ps. 25:2 en 5, en gaat voor in gebed. Hij leest Jakobus 1:1-18 en spreekt enkele woorden n.a.v. vers 5.
Hij heet alle afgevaardigden welkom; in het bijzonder ook de commissie van bijstand, bestaande uit ds. J. Westerink, ds. J.C.L. Starreveld, ds. D. Quant en br. L. den Butter.
De praeses geeft het woord aan ds. Westerink, samenroeper van de commissie. Deze dankt de classis voor de uitnodiging. Hij geeft een toelichitng op de instructie van de commissie. Daarin zijn drie zaken te onderscheiden:
1. toelichting geven bij het besluit van de G.S.; 2. bij de classis aandringen op herbezinning op haar eerder genomen besluit; 3. de classis en de kerkeraad van Centrum te assisteren bij de uitvoering van het besluit van de G.S.
Ds. Westerink geeft vervolgens een nadere toelichting bij het besluit van de G.S.:
1. De bedoeling van de G.S. was de zaak terugbrengen waar ze hoort: op de classis.
2. De G.S. benoemde een commissie om de classis bij te staan. Waarom? Omdat deze zaak al drie maal op een G.S. kwam. Het was duidelijk dat de classis er zelf niet meer uit kwam. Taak van de commissie is echter niet om de taak van de classis over te nemen, of om naar een bepaald besluit toe te sturen, maar om te helpen; om de trein die van de rails is geraakt weer op de rails te zetten.
3. De kern van het besluit van de G.S. is dat de synode oordeelt dat Rotterdam-Centrum nalatig is geweest in zijn rapportage omtrent de prediking en dat de classis nalatig is geweest in het onderbouwen van haar besluit bij het afwijzen van de instructie van Rotterdam-Centrum. De bedoeling van de G.S. is een herbezinning op gang te brengen op de classis, waarbij de nieuwe gegevens van Rotterdam-Centrum betrokken worden, om zo te komen tot een nieuw besluit. De G.S. heeft niet uitgesproken welk besluit genomen moet worden, maar wel de weg voorgeschreven: de weg die de K.O. wijst in bijl. 8.
Daarna krijgen de afgevaardigden de gelegenheid vragen te stellen, waar uitvoerig gebruik van wordt gemaakt. De vragen worden door de commissie beantwoord. Op de vraag hoe de G.S. denkt over de ontwikkelingen die daarna hebben plaatsgevonden n.l. dat Rotterdam-Centrum intussen verder is gegaan, wordt geantwoord, dat de G.S. heeft uitgesproken, dat het appèl van Rotterdam-Centrum wettig ter tafel is, hoewel het te betreuren is dat Rotterdam-Centrum zich niet heeft gehouden aan de bepalingen van de K.O.
Er vinden nog enkele vraagronden plaats, er worden enkele voorstellen gedaan.
Uiteindelijk wordt het volgende voorstel aanvaard:
De classis Rotterdam
- kennisgenomen hebbend van de uitspraken en besluiten van de Generale Synode inzake het bezwaarschrift van Rotterdam-Centrum
- gehoord hebbend de toelichting van de commissie van bijstand op het besluit van de G.S.
- overwegende dat Rotterdam-Centrum, ondanks vermaan van de classis toch gestalte heeft gegeven aan het nauwer samenleven met de Ned. Geref. Kerk van Rotterdam-Overschie
- van oordeel dat niettemin inhoudelijk verder gesproken dient te worden over de samensprekingen van Rotterdam-Centrum en de Ned. Geref. Kerk Rotterdam-Overschie over de prediking
besluit
1. de instructie van Rotterdam-Centrum, die oorspronkelijk werd ingediend in 1984 en opnieuw in 1990, opnieuw in behandeling te nemen met betrekking tot het punt van de samensprekingen over de prediking van de Chr. Geref. Kerk Rotterdam-Centrum met de Ned. Geref. Kerk Rotterdam-Overschie (zie uitspraak G.S. onder „van oordeel", punt 8)
2. daartoe een nieuwe datum af te spreken voor een vergadering waarbij de Deputaten art. 49 aanwezig moeten zijn
3. de commissie van bijstand van de G.S. te verzoeken die vergadering bij te wonen om de classis te assisteren in de hernieuwde behandeling van deze instructie.
Deze voortgezette vergadering zal plaatsvinden op D.V. 13 april 1994 om 9.30 uur te Barendrecht.
De assessor dankt de praeses voor het leiden van de vergadering. Deze op zijn beurt dankt de commissie van bijstand. Hij leest Rom. 12:1-8 en laat zingen ps. 97:6 en gaat voor in dankgebed. Daarna sluit hij de vergadering.

Capelle a/d IJssel, J.J. Lof

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 april 1994

De Wekker | 24 Pagina's

Verslag van de voortgezette najaarsvergadering van de classis Rotterdam, gehouden op woensdag 26 januari te Barendrecht

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 april 1994

De Wekker | 24 Pagina's