Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Docent H. Janssen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Docent H. Janssen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veldprediker
Zo zou hij vooral bekend worden. Hector Janssen, veldprediker. Organisator van de geestelijke verzorging in de krijgsmacht. Hijzelf had dit niet gezocht. Maar zo werd zijn leven geleid.
Als soldaat kwam hij uit Tholen in Utrecht. Daar werd hij opgevangen door de familie Wessels, die van oorsprong ook van Tholen kwam. Hij maakte er het voortbestaan mee van de Christelijke Gereformeerde Kerk. Hij herinnerde zich op latere leeftijd precies nog de eerste dienst die daar werd gehouden in het Militaire Tehuis aan het Wed, waar zo veel gepasseerd was. Hij meldde zich voor het admissie-examen en was al gauw een van de beste studenten van de School die hij in 1898 met een prima examen verliet. Amsterdam was zijn eerste gemeente, na zes jaar werd het Leiden.

Vandaar ging het de dienst in. Het mobilisatiejaar betekende voor hem een ingrijpende verandering. Hij kreeg de zorg voor een divisie in Noord-Brabant. Later Hoofdlegerpredikant. Als soldaat in Utrecht schaamde hij zich voor het evangelie niet. Hij knielde voor zijn krib en kreeg kussens en schoenen naar het hoofd gesmeten. Als legerpredikant schaamde hij zich evenmin voor het evangelie. Hij beschikte over een natuurlijke vrijmoedigheid, die hem de toegang opende tot in de hoogste departementen. Zo werd hij hoofdlegerpredikant. Toch behoort hij thuis in de reeks van docenten die de Theologische School gediend hebben, en met ere nog wel.

Onduidelijke positie
Janssen werd benoemd door dezelfde synode die het lot wierp dat Van der Heijden in 1909 aan de School bracht. Maar zijn taak was beperkt. Dat lag niet aan zijn gaven. Het was toe te schrijven aan de kleinheid van de kring rond de School. Het was vooral een zaak van financiën, of liever van gebrek aan financiën.
Hoe vaak heeft dit niet een rol gespeeld in de geschiedenis van de School. De curatoren voerden een zeer voorzichtig beleid. Meer dan eens gebeurde het dat men een besluit nam, een benoeming wilde doen, en dan de uitvoering daarvan opschortte omdat er voorlopig geen geld was. De tijden zijn wat dit betreft radicaal veranderd.
Toen Hector Janssen benoemd zou worden, kwam hij slechts voor een part-time functie in aanmerking maar hij aanvaardde zijn benoeming. Hoewel hij slechts een halve taak kreeg wenste men hem een héle docent te noemen. Zijn gemeente in Leiden vond het goed, dat de dominee dikwijls de trein nam naar Den Haag. Het ging hier echter dezelfde kant uit als vroeger in Den Haag met ds. Wisse: de kerkeraad klaagde dat men te veel vroeg van de eigen predikant maar het hielp niet.
Nog wonderlijker was het verloop van de dingen toen er in een vacature uit een drietal gekozen werd, en Janssen gepasseerd werd. De benoeming van professoren heeft heel vaak in onze kerken een zeer grillig verloop gehad. Men passeerde deze uitnemende kracht.
Waarom eigenlijk? Was hij met zijn eigen onbevangenheid wellicht te ruimdenkend? Was men mogelijk bevreesd voor zijn kerkelijk standpunt? Of speelden er andere motieven?
We weten dat Hector Janssen altijd in grote trouw de kerken gediend heeft. Hij was een ambassadeur van die kerken. Hij verdedigde het kerkelijke standpunt in een brochure „Voor Waarheid en Recht". Hij deed het zo duidelijk, dat niemand aan zijn kerkelijke keuze kon twijfelen. Maar hij zocht tegelijk allen die werkelijk gereformeerd wilden zijn op de basis van de Schrift en de belijdenis.
Rond 1905 was er in de Gereformeerde Kerken een sterke stroming die de kracht van het oude Christelijke Gereformeerde standpunt nog eens aan het licht bracht. Janssen ontleedde in De Wekker de kerkpolitieke achtergrond van de „pacivicatieformule" van 1905, een stuk waarin Kuypers standpunt niet krachtig werd afgewezen. Hij gaf blijk dat hij de motieven van Kuypers theologie door had. Maar hij stak tevens de hand uit naar allen die op dat moment hun strijd hadden te voeren.
Ds. P.J.M. de Bruin schreef in De Wekker artikelen waarin hij elke toenadering vrijwel afwees. Twee broeders met elkaar in stevige discussie. Ds. Wisse, hoofdredacteur, maakte aan die discussies vriendelijk en beslist een eind. Maar wat er geschreven was tekende Janssen in zijn confessionele visie. Stond men daarvoor misschien niet al te zeer open? Janssen bleef ook nu voor een halve week verbonden aan de School.

Degelijk exegeet
In 1918 werd Janssen benoemd tot Leger- en vlootpredikant in algemene dienst. Dat betekende officieel het eind van zijn werkzaamheid aan de School, die hij in de mobilisatie toch al niet meer intensief had kunnen dienen. Maar de herinnering aan hem is jarenlang gebleven in de harten van allen die hem op School hebben meegemaakt. Zijn colleges waren levend, boeiend, zeer persoonlijk. Tegelijk op de hoogte van de stand der wetenschap. Janssen was een kenner van de theologische stromingen van zijn tijd. Hij zag ook het belang in van een brede ontwikkeling, waarbij de grote vragen van de geschiedenis en van de cultuur niet terzijde werden geschoven. In de eerste curatorenverslagen treffen we een lijst aan van de schenkingen die de School ontving. Hij heeft, in zijn functie als tweede bibliothecaris, vele jaren aaneen belangrijke schenkingen gedaan. Wie de titels leest krijgt een indruk van wat hij op het oog had voor de School. Nog treffen we in de bibliotheek standaardwerken aan, soms zeldzame, waarin het stempel staat dat zijn naam draagt.
Janssen moet de School en de kerken heel bijzonder hebben liefgehad, ofschoon deze niet altijd zo overtuigd leken te zijn van zijn trouw. Heeft men hem niet eens op een synode gevraagd hoe het met zijn belangstelling voor de kerken stond?
Misschien moet men zeggen, dat hij zijn tijd ver vooruit was. Maar juist daarom willen we deze trouwe zoon uit Tholen niet vergeten. Drager van hoge, heel hoge onderscheidingen was hij. Tegelijk een van de eenvoudigsten onder de eenvoudigen. Verdediger van een vast principe: zo kwam het telkens uit. Tegelijk soepel, open, menselijk. Een christen voor de krib. Een christen onder ministers. Janssen was écht. Dat was het helemaal. Een halve baan. Maar een heel hart voor Christus en zijn zaak.

W. van 't S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 juli 1994

De Wekker | 16 Pagina's

Docent H. Janssen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 juli 1994

De Wekker | 16 Pagina's