Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nec tamen consumebatur sed ignis omnia consumabit

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nec tamen consumebatur sed ignis omnia consumabit

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het beoefenen van kerkhistorie (bij ondergetekende weliswaar amateuristisch) is een boeiende en leerzame bezigheid. Echter, behalve de tijd die het vergt, vraagt ook het bezoek aan diverse archieven de nodige energie en accuratesse. In de loop der jaren breidt het boekenbezit zich uit (niet zonder financiële aderlatingen, die weliswaar wat worden gecompenseerd door ontvangen boekenbonnen bij verjaardagen e.d.).
Een onderdeel van mijn bibliotheek is een verzameling jaarboeken van diverse kerken; uiteraard Christ. Geref., maar ook Gereformeerd, Geref. Gemeenten en Evangelisch Luthers. Praktische naslagwerkjes bij onderzoek naar gemeenten, predikanten enz. Om bij de jaarboekjes/ -boeken van onze eigen kerken te blijven; mijn verzameling bestrijkt de periode 1905 - heden (waarbij helaas de uitgaven van de jaren 1907, '09, '26, '27, '28, '30 en '31 tot nu toe ontbreken...).
Dezer dagen ben ik dan toegekomen aan een reeds lang geleden geopperd plan, n.l. om eens een vergelijkend onderzoek te doen t.a.v. de titels van de jaarboekjes en het geplaatste kerkelijk zegel in de loop der jaren. En dan krijgen wij het volgende beeld:
1905 t/m 1920: Jaarboekje voor de Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland.
1921 t/m 1947: Jaarboekje der Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland („voor" is hier veranderd in „der"; het blijft evenwel nog een „boekje").
1948 t/m 1958: Jaarboek der Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland (het „boekje" is volwassen geworden, het is nu „jaarboek" en niet meer „der" Christelijke Gereformeerde Kerk (enkelvoud), maar „der Kerken" (meervoud).
1959 - heden: Jaarboek van de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland. Zoals wij zien is ons Jaarboek via „voor" en „der", nu „van de" Christ. Geref. Kerken geworden.
Onze kerken hebben in de loop „der", oftewel „van de" jaren (om in stijl te blijven) verschillende kerkzegels gevoerd: Vóór 1892 (het jaar van „de vereeniging") droeg ons kerkzegel de (Nederlandse) tekst: „De poorten der hel zullen Mijne gemeente niet overweldigen" (Mattheus 16 vers 18) Let u wel op „gemeente", enkelvoud! Op dit zegel is een kerk op een rots afgebeeld en werd gebruikt tot 1892. Dit zegel is niet afgebeeld op de toen vigerende jaarboekjes.
Op het volgende kerkzegel zien wij een toren afgebeeld met een randschrift in het Latijn; „NOMEN JEHOVAE TURRIS FORTIS", d.i. „De Naam des Heeren is een sterke toren" (Spreuken 18 vers 10).
Dit zegel werd voor de eerste maal geplaatst op het „Jaarboekje" van 1917 en vervolgens t/m 1947.
Het „Jaarboek" van 1948 toont ons voor het eerst het bekende, huidige kerkzegel; de afbeelding van het brandende braambos met de figuur van Mozes. Het randschrift hiervan luidt: „CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND" en verder de latijnse tekst: „NEC TAMEN CONSUMEBATUR". d.w.z. „En toch niet verteerd".

Laat ik beginnen met u de (Latijnse) titel van mijn artikeltje in hedendaags Nederlands weer te geven, en als „niet-latinist" doe ik dat met gepaste bescheidenheid: en toch niet verteerd maar het vuur zal alles verteren.
Het eerste gedeelte is ons allen, als Christ. Gereformeerden, vanzelfsprekend bekend, maar beleven en ervaren wij de betekenis er ook van? Het tweede gedeelte van het opschrift zal u niet bekend zijn. Het is het onderschrift bij de afbeelding van een brandende wereldbol boven de hoofdingang van het Stadhuis van Culemborg (Een juweeltje van middeleeuwse bouwkunst).
Als wij letten op het Latijnse „Consumebatur/ Consumabit", dan kunnen wij daaruit ons „consumeren", d.i. „verbruiken" of „verteren" opmerken. Het geheel zal u dus nu wat duidelijker zijn. Een brandende braambos en een brandende wereldbol; „nog niet, maar het zal!" Een ernstige boodschap! Het eerste wijst ons op de genadetijd die ons nog rest, al weten wij niet hoelang die tijd nog zal duren. Het tweede wijst ons op het naderend oordeel!
Aan de ontwikkelingen in de wereld kunnen wij de naderende voetstappen van de Heere Jezus Christus reeds opmerken, die komen zal om gericht uit te oefenen. Zijn wij bereid om Hem te ontmoeten zonder vreze en verschrikking? Want de dag des Heeren zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan en de elementen branden zullen en vergaan en de aarde en de werken die daarin zijn, zullen verbranden (2 Petrus 3 vers 10). Leest u in dit verband het gehele hoofdstuk eens, opdat de vrucht daarvan mag zijn: „Een opwassen in de genade en kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus".
Hem zij de heerlijkheid, beide nu en in de dag der eeuwigheid. Amen. Dat wens ik u allen van harte toe, tot Eer van Zijn Naam.

Culemborg, B. van Schalk

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1994

De Wekker | 16 Pagina's

Nec tamen consumebatur sed ignis omnia consumabit

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1994

De Wekker | 16 Pagina's