Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Stemmen op biddag (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Stemmen op biddag (II)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Biddag
De jaarlijkse bid- en dankdagen zijn geen erkende christelijke feestdagen. Maar waar komen zij vandaan?
Biddagen, oorspronkelijk met vasten gepaard gaande boete of bededagen, treft men reeds in de vroegste middeleeuwen aan. Zij werden door de overheid uitgeschreven in gevallen van nood, oorlog of andere rampen. Na de scheiding van kerk en staat in 1795 werd het uitschrijven van biddagen aan de kerken overgelaten. Langzamerhand is toen het gebedsonderwerp beperkt tot het gewas. In de 17e eeuw kende men die dagen vooral in Overijssel en Zeeland, bij uitstek agrarische gebieden. Geleidelijk werd de biddag voor het gewas, t.w. de tweede woensdag in maart, in het gehele land gevierd, maar daaraan is nu in de meeste kerken een einde gekomen. Wel wordt op de zondag vóór of na de biddag een bidstond voor het gewas gehouden, maar kerkgang op de oorspronkelijke biddag vindt vrijwel alleen nog in reformatorische kring plaats, een enkele maal zelfs twee maal op die dag, meestal alleen 's avonds.
Ook van een biddag alleen voor het gewas is men afgestapt. Sinds ons volk meer baat heeft bij industriële dan bij agrarische produktie heeft men die dag gestempeld tot een biddag voor gewas en arbeid, hetgeen toch enigszins merkwaardig aandoet. Men kan zich voorstellen, dat het opgroeien van het gewas in het voorjaar bijzondere aandacht heeft (had), maar voor de arbeid dient eigenlijk elke zondag te worden gebeden, evenals voor de gezinnen, het onderwijs, het kerkelijk leven enz. en toen ik een predikant eens hoorde bidden voor de groei van het gewas over de gehele aarde, heb ik mij verbaasd, want veel van ons graan komt uit Australië, waar op onze biddag het graan inmiddels geoogst is!
Indien de biddag nog wordt gevierd, geschiedt dat in het gehele land op dezelfde dag, de tweede woensdag van maart. Maar na de biddag is in de loop der eeuwen ook een - uiteraard bij een biddag passende - dankdag ingesteld, in het algemeen gevierd op de eerste woensdag, maar in delen van Zeeland op de laatste woensdag in november. Danken voor het gewas lijkt mij ook hier passender dan danken voor het gehele jaar voortdurende arbeid.
Ook de dankdag is intussen in de meeste kerken teruggebracht tot een dankstond, bij sommige kerken nog op een woensdag, bij de meeste op de zondag vóór of na die woensdag. En het is alweer bijna 80 jaar geleden, dat onze Synode (1918) er op aandrong, dat de biddag op de tweede woensdag in maart en de dankdag op de eerste woensdag in november zou worden gehouden „en dat worde getracht de gehele dag hieraan te wijden".
Andersoortige bid- en dankdagen kennen wij eigenlijk niet. Wel is er een classis, t.w. die van 's-Gravenhage, aangewezen om „in tijden van oorlog, epidemieën, vervolging van de kerk en andere algemene rampen" biddagen uit te schrijven (art. 66 K.O.), maar dat is eigenlijk - buiten de zondagen - nog nimmer gebeurd.
Toch zou men zich daarop eens moeten bezinnen. Te denken zou zijn aan een dankdag na 50 jaar bevrijding, een biddag voor de vele in de wereld woedende oorlogen of - als men alleen nationaal bezig wil zijn - voor het herstel van Prins Bernhard. Bid- en dankdagen voor gewas en arbeid gaan tot het verleden behoren, omdat die onderwerpen onze wekelijkse aandacht verdienen en niet eenmaal per jaar. Een nationale dankdag kent eigenlijk alleen nog Amerika; Thanksgivings Day, een donderdag in november, waarop wordt herdacht de veilige aankomst op 11 november 1620 van de op 31 juli 1620 uit Delfshaven vertrokken en in Plymouth op de Mayflower overgestapte Pilgrim Fathers - een honderdtal Engelse Puriteinen, die in 1608 naar Nederland waren gevlucht (eerst naar Amsterdam, in 1609 naar Leiden). Een boeiende roman daarover is onlangs verschenen van de hand van H. J. Trap, rechtstreekse nazaat van de Pilgrim Fathers, onder de titel: En zij werden een groot volk. Welnu, de biddag is nog een betrekkelijk nationale protestantse kerkdag. En men zal er zich in moeten schikken, dat die dag geen nationale vrije dag is, zodat dan ook verkiezingen kunnen worden gehouden.

Verplanke

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 februari 1995

De Wekker | 16 Pagina's

Stemmen op biddag (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 februari 1995

De Wekker | 16 Pagina's