Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bijna wekelijks...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijna wekelijks...

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kobe in Japan, het Russische eiland Sachalin, de Pelopponesos en het eiland Kreta, Californië vandaag en enkele weken geleden in België (voelbaar tot in ons land), op deze plaatsen en nog enkele andere kwamen in de voorbije maanden en weken lichte tot zware aardbevingen voor. Elke dag beeft de aarde. Zij is voortdurend in beweging, soms dicht aan de oppervlakte, soms op zeer grote diepte.
„En er zullen nu hier, dan daar, hongersnoden en aardbevingen zijn". Aan dit woord van Jezus uit zijn rede over de laatste dingen (Mattheüs 24) werden we de laatste tijd bijna wekelijks herinnerd. Als de gevolgen ernstig zijn vervult ons dat met medelijden en we prijzen ons wellicht gelukkig te mogen wonen op dat deel van de aardbol, waar breuken in de aardkorst niet of nauwelijks voorkomen.

Het meest schrikwekkend
Van alle gevaren die uit natuurverschijnselen kunnen voortvloeien, zijn aardbevingen wel het meest schrikwekkend. De verwoestende kracht ervan is bijzonder groot en de preventie ertegen is niet gemakkelijk. Stormen en overstromingen kunnen ook grote schade aanrichten en veel mensenlevens opeisen, maar zij zijn dikwijls voorspelbaar en hun verwoestende kracht kan soms door bepaalde voorzorgsmaatregelen worden ingeperkt. Aardbevingen slaan in de regel zonder enige waarschuwing toe en ontketenen in enkele seconden een hoeveelheid energie, waarbij al het menselijk atoomgeweld nog maar kinderspel is. In 1985 gebeurde het in Mexico.
Rijk en arm ondergaan de gevolgen van aardbevingen, zij het dat het wonen in tenten en krotten ten opzichte van het riante wonen in hoogbouwhuizen, aan de arme soms grotere overlevingskansen biedt.

In 300 jaar méér dan 4.000.000 doden
Berekeningen van 's werelds bekendste seismologen wijzen uit dat de aardbevingen van de laatste drie eeuwen over de gehele wereld de dood van 3.500.000 mensen tot gevolg hebben gehad. Daaronder zijn dan niet begrepen de naar schatting 850.000 mensen die het leven lieten bij de grote aardbeving in China in 1556. Denken we ons dat eens in, in ruim driehonderd jaar tijds méér dan 4.000.000 doden, alleen als gevolg van aardbevingen.
Wat onze tijd betreft, springen de zeventiger jaren eruit. In 1972 was er de grote ramp in Managua. In augustus van het jaar 1976 werd China door een aardbeving getroffen. Tevoren in datzelfde jaar stierven in Guatemala 24.000 mensen door aardschokken die 39 seconden achtereen aanhielden en die met de aanduiding „een eeuwigheid van schrik" in de geschiedenis zijn bijgezet. In mei en september van dat jaar stierven honderden door aardschokken in Italië en werden door lichtere aardbevingen 10.000 mensen in de Sovjetunie dakloos. Een hevige schok trof ook toen Mexico en in China werd met de al eerder genoemde beving, die een hevigheid van 8,2 op de schaal van Richter aangaf, één van de grootste aardbevingen van deze eeuw geregistreerd.
Het jaar 1976 werd niet slechts gekenmerkt door omvang en frequentie (veelvuldigheid) van de aardbevingen, maar vooral ook door het feit dat de grootste bevingen in dichtbevolkte gebieden voorkwamen.
Elk jaar vinden honderdduizenden trillingen van de aardbodem plaats. Ongeveer 1.000 ervan zijn krachtig genoeg om in meer of mindere mate materiële schade aan te richten. In ongeveer 10 gevallen kunnen zij catastrofale gevolgen hebben, met name wanneer ze in ontwikkelde gebieden optreden.

Waarschuwing en bemoediging
Tegenover Zijn discipelen en over hun hoofden heen, aan het adres van Zijn gemeente van alle eeuwen, heeft Christus dit verwoestende natuurverschijnsel een plaats gegeven in de rij van tekenen, die aan Zijn terugkomst vooraf zouden gaan. Bij het uitspreken van Zijn rede over de laatste dingen heeft de Heiland ook de ontwikkelingen en gebeurtenissen van onze tijd binnen Zijn profetische waarneming gehad.
Jezus noemde dingen, die in de geschiedenis van mens en wereld steeds duidelijker hun bevestiging hebben gekregen, in onze tijd al zeer duidelijk. Oorlogen, botsingen tussen volken en groepen van mensen, hongersnoden, wetsverachting, verkilling van de onderlinge menselijke verhoudingen, pseudo-christussen en aardbevingen, het lag allemaal nog niet zo sterk binnen de kennis- en ervaringshorizon van de mensen uit de tijd, waarin Jezus het voor toen en later ter waarschuwing liet optekenen. Hij overzag en voorzag echter de gang der dingen in de toekomst tot waar de Vader het Hem liet zien en Hij gaf het voor de periode tussen Zijn hemelvaart en terugkomst door aan Zijn gemeente, ter bemoediging en ter waarschuwing.

Moeten aardbevingen als gericht van God worden gezien?
Als bij aardbevingen in de christelijke gemeente voorbede voor de getroffenen wordt gedaan, wordt daarbij niet zelden de opmerking gemaakt dat Gods gerichten over de aarde gaan en dat nietige stervelingen nergens zijn als God in het natuurgeweld Zijn stem laat horen.
Mensen kunnen het met die gedachte moeilijk hebben. Aardbevingen een gericht van God? God zou het initiatief tot zo'n catastrofe nemen om zich vervolgens gebeden om verzachting van de gevolgen te laten welgevallen? Ondenkbaar! Er kan toch maar moeilijk van een oordeel van Godswege worden gesproken als aardbevingen alleen voorkomen op plaatsen met kruiende aardschollen en alleen mensen treffen, die hun plaats onder de zon op de breuklijnen in de aardkorst kregen?
Bovendien is de mens al vrij ver gevorderd om zich tegen deze gebeurtenissen in te dekken dor toepassing van verbeterde funderingstechnieken, die tegen een kracht van 7 à 8 op de schaal van Richter bestand zijn.
't Had in 1985 in Mexico allemaal niet zo rampzalig hoeven verlopen als malafide bouwmagnaten destijds bij de bouw van de (ingestorte) flats met de funderingstechnieken niet zo de hand hadden gelicht. Wie spreekt daar van een oordeel Gods? Beter is te spreken van het raadsel van de schepping.
Gedachten als deze zijn niet onbegrijpelijk. Verkeert de gemeente van Christus niet dikwijls in spanning rond de vraag naar het oordeel van God in turbulente gebeurtenissen, waarbij soms duizenden in één of enkele ogenblikken het leven laten? Onze tijd, met veel nadruk op de individuele verantwoordelijkheid van de mens, zou zich nog een oordeel van God kunnen voorstellen in de geest van Jeremia 31:30: „Ieder zal om zijn eigen ongerechtigheid sterven", maar niet een gericht waarbij tien- of honderdduizenden tegelijk omkomen, wier meerdere kwaad ten opzichte van het onze alleen hierin bestaat, dat zij geboren werden en opgroeiden op de meest kwetsbare plaatsen van de aarde.
Als kerk van Christus zullen we in deze tijd, waarin het God behaagde ons in veel dingen (de natuurwetenschappelijke niet in de laatste plaats) dieper inzicht te geven, voorzichtig willen en moeten zijn met de hantering van het begrip „oordeel Gods". Weliswaar staat in Jesaja 45 te lezen: „Ik ben de Here en er is geen ander, die het heil bewerk en het onheil schep", maar wij mogen er voor behoed worden aan de term „oordeel Gods" een invulling te geven die maar al te gemakkelijk aan ons klein-menselijk denken ontspruit. Maar hoe dan zal de gemeente in haar bezinning gebeurtenissen als deze verwerken?

Aanscherping van opmerkzaamheid
In alle rampen en onheilen die over mens en wereld gaan, wordt de gemeente van Christus op schokkende en indringende wijze te binnen gebracht hoe ver strekkend de gevolgen van de breuk met God aan het begin van onze geschiedenis zijn geweest. De ganse schepping in al haar delen zucht en is in barensnood. Het besef van de verstrekkendheid van de gevolgen van onze val in zonde, zal bij gebeurtenissen als deze de gemeente verdiepen in ootmoed tegenover God; het zal in echte solidariteit de betrokkenheid vergroten bij allen in deze wereld, die op bijzondere wijze met de gebrokenheid van de schepping te maken krijgen en het zal haar - als het goed is - temeer verlangend doen uitzien naar het moment waarop op deze stip in een mateloos groot heelal, het teken van de Zoon des mensen aan de hemel zal worden gezien; naar het moment waarop God de belofte van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde in vervulling zal laten gaan en alle tranen van de ogen zullen worden afgewist.
Kent ons persoonlijk leven en kent het leven van de gemeente als geheel, het zuchten en het bidden om deze vervulling? In het zuchten van de schepping, bijna zouden we zeggen in haar kreunen, is dat gebed in zekere zin ook te horen. Zouden wij rampen die mens en wereld ondergaan, niet in deze zin als gericht moeten en mogen zien dat zij ons bedoelen aan te scherpen in opmerkzaamheid?
Jezus heeft ze ons voorzegd, niet om er even heftig door te worden beroerd, maar om de door Hem aangeduide gebeurtenissen en verschijnselen als even zovele voortekenen van Zijn tweede verschijning te registreren. Zie, Ik kom spoedig. Waakt!
Als we eerlijk zijn, zullen we moeten zeggen dat de spanning van deze verwachting slechts aan de buitenkant van ons geloofsleven zwak voelbaar is, zo zij er in deze tijd al niet helemaal uit verdwenen is. En dat, terwijl de signalen toch talrijk zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 juli 1995

De Wekker | 16 Pagina's

Bijna wekelijks...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 juli 1995

De Wekker | 16 Pagina's