Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Stemgedrag in de kerk van Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Stemgedrag in de kerk van Christus

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Is dit onderwerp belangrijk genoeg om er over te schrijven? Het lijkt van niet, maar wie er goed over nadenkt en weet heeft van wat de kerkelijke praktijk op dit stuk van zaken te zien geeft, zal er iets anders over denken. Broeder C. Verplanke, onder ons een goede bekende, dacht er over na naar aanleiding van zijn bezoek aan en zijn ontmoetingen met afgevaardigden op de generale synode van Zierikzee. Hij kwam daarbij tot de volgende ontboezeming, aan de redactie toegezonden als artikel.

„Representativiteit generale synode"
Het hiernavolgende is geschreven door een gewoon, meelevend kerklid, geen ambtsdrager, geen kerkrechtsgeleerde. En het is geïnspireerd door de discussie die momenteel op regeringsniveau wordt gevoerd om de afstand tussen bestuur en burgers te verkleinen.
Wat is het geval? Alle kerkverbanden kennen modaliteiten, ook het onze. Dr. Stoffels onderscheidt in zijn boek „Als een briesende leeuw" binnen de orthodox-protestantse kring drie modaliteiten: de bevindelijk gereformeerden, de orthodox gereformeerden en de evangelisch reformatorischen. Die modaliteiten zijn ook in onze 187 kerkelijke gemeenten terug te vinden. Maar geven kerkelijke vergaderingen nu een juiste afspiegeling van die modaliteiten? De 187 gemeenten zijn ondergebracht in 13 classes, die tenminste twee maal 's jaars vergaderen en waarheen elke kerkeraad zijn predikant en een ouderling afvaardigt. De classes geven dus een duidelijke weerspiegeling van de in de Kerken aanwezige modaliteiten.
Die weerspiegeling wordt moeilijker in de vier particuliere synodes waarin de classes zijn samengebracht: die van het Noorden (vier classes), het Oosten, het Westen en het Zuiden (elk drie classes). Het Woord particulier heeft niet de bij ons gebruikelijke betekenis van persoonlijk, maar stamt nog van het Latijnse woord particula, dat deeltje betekent. Deelsynodes zou je ze kunnen noemen.
Naar de eens in het jaar bijeenkomende particuliere synodes vaardigt elke classis drie predikanten en drie ouderlingen (en een diaken) af. Maar het staat niet altijd vast, dat die zes afgevaardigden een evenredige weerspiegeling geven van de modaliteiten der gemiddeld 14 gemeenten die een classis vormen. Zo zouden de afgevaardigden allen kunnen voortkomen uit acht gemeenten in een classis, die een andere modaliteit hebben dan de overige zes. En de vraag rijst dan, of een particuliere synode wel representatief is voor alle gemeenten in haar ressort.
Die vraag wordt nog sterker bij de samenstelling van de generale synode. Deze vergadert eens in de drie jaren en wordt samengesteld door de vier particuliere synodes, die elk zes predikanten en zes ouderlingen (en een diaken) afvaardigen.
Een particuliere synode kan al eenzijdig zijn samengesteld, te meer geldt dat voor een generale synode, die toch het hoogste gezagsorgaan van de Kerken is. En die eenzijdigheid kan gevolgen hebben voor de aard van allerlei generaal-synodale besluiten en benoemingen. Of dat in onze Kerken ook het geval is, laat ik in het midden. Maar wel rijst bij mij de vraag, of twee indirecte verkiezingen (eerst door de classis, daarna door de particuliere synode) wel voldoende recht kunnen doen aan een weerspiegeling van de kerkelijke achterban.
Zou het daarom geen overweging verdienen, het instituut particuliere synode af te schaffen? Dan wordt de generale synode samengesteld door de 13 classes die elk b.v. twee predikanten en twee ouderlingen afvaardigen. Het aantal synodeleden zou dan slechts iets groter worden (52 predikanten en ouderlingen) dan thans het geval is (48 predikanten en ouderlingen). De Ned. Herv. Kerk kent ook geen particuliere synodes en de 75 classes waarin de 1365 gemeenten zijn ondergebracht, sturen elk één afgevaardigde naar de generale synode. Die synode kan dan ook een betere weerspiegeling zijn van de gevarieerdheid binnen de Ned. Herv. Kerk dan in onze Kerken mogelijk is.
Afschaffing van de particuliere synodes leidt natuurlijk tot een grondige herziening van de kerkorde. En de generale synode zal dan wel elk jaar bijeen moeten komen. Maar het idee komt dan ook maar van een gewoon kerklid die tot een modaliteit behoort welke nu eens over- dan weer ondervertegenwoordigd kan zijn in de generale synode. Vandaar!"

Verplanke

Verkiezingen zijn in de kerk aan de orde van de dag, kerkeraadsverkiezingen, predikantsverkiezingen, voor afvaardiging naar bredere vergaderingen, verkiezing van mensen voor belangrijke posten en in vitale functies, bijvoorbeeld voor de bezetting van leerstoelen aan theologische universiteiten. In die verkiezingen en de voorbereiding daartoe, ligt méér verantwoordelijkheid besloten dan we ons dikwijls bewust zijn. De vraag om welke ambten, functies en opdrachten het gaat, welke vereisten voor de vervulling daarvan nodig zijn en wie daarvoor de eerst in aanmerking komende broeders lijken te zijn, moet zorgvuldig onder ogen worden gezien.
In de regel gaat aan verkiezingen en aan voordrachten tot benoeming bezinning in klein verband vooraf.
Hoe gaat het daarbij toe. Wel, handelingen als deze plegen altijd te worden voorafgegaan door aanroeping van de Naam des Heren. Waar dat in ernst gebeurt, mag worden verwacht dat de Here God door alle menselijk handelen heen, richting en stuur aan de dingen zal geven. Als het goed is komen de wil van God en onze menselijke verantwoordelijkheid dan samen.
Overigens onttrekt zich dikwijls aan onze waarneming hoe dat gebeurt. De dingen gaan soms anders dan mensen graag willen. We hebben er ons voor te wachten een uitkomst die wij voor de beste houden, als vanzelfsprekend door hemelse goedkeuring gedekt te achten.
Als het op de personele invulling van kerkelijke ambten en functies aankomt, lopen de kwaliteitseisen die wij stellen niet altijd parallel met de normen die de Here God stelt. Wij kunnen voor goed en geschikt houden, wat op termijn door de praktijk niet wordt bevestigd. Het zwakke geniet bij God soms voorkeur boven het sterke, de eenvoudige boven de geleerde en de onbekende boven hem die zich al zolang en duidelijk profileerde. De bijbel geeft daarvan duidelijke voorbeelden. Menselijke overwegingen en voorstellingen worden soms op verrassende wijze door de Here God terzijde gesteld of doorkruist.
Als mensen daarbij niets in scène hebben gezet, kan zo'n ontwikkeling heel treffend zijn! Met niet in scène zetten wordt hier bedoeld, dat geen sprake was van lobbies in de kerkelijke wandelgangen, geen onder de tafel of bovenlangs doorgeschoven briefjes met suggesties om aan de dingen, in welke richting dan ook, een wending te geven, geen voorbewerking van een gemeente of een vergadering om voor iets of iemand een meerderheid aan stemmen gerealiseerd te krijgen. Kerkelijke vergaderingen, van heel smal tot heel breed, moeten na aanroeping van de Naam des Heren, zelf in verantwoordelijkheid handelend, zich onbevangen open stellen voor de sturende hand van de Here God. Dat is de ene kant.

Wat houdt zorgvuldig en verantwoordelijk handelen in?
Dat is de andere kant. Al eerder is het gezegd: we moeten aannemen en we mogen geloven dat de Here God zijn wil tot uitdrukking wil brengen door het handelen van mensen heen. Dat handelen moet dan wel zorgvuldig zijn, om te beginnen in het zoeken naar en in de beoordeling van potentiële kandidaten voor kerkelijke ambten of functies, in een objectieve aanduiding en weging van hun kwaliteiten, met terzijdestelling van persoonlijke sympathieën en antipathieën. Onder die kwaliteiten moeten niet alleen kennis, inzicht, vindingrijkheid in het bedenken van oplossingen voor moeilijke zaken en de gave van welsprekendheid worden gerekend, maar vooral ook oprechtheid en vroomheid, geestelijke integriteit dus. Dat geldt ook als het op de afvaardiging van ambtsdragers naar bredere vergaderingen aankomt.
Terecht wordt in het hierboven weergegeven artikel gepleit voor een evenwichtiger vertegenwoordiging van de onder ons bestaande geestelijke richtingsvarianten (de schrijver bedacht zelf een beter woord voor modaliteiten) in de generale synode.
Het is echter de vraag of die met de voorgestelde constructie te realiseren zou zijn. Het is namelijk niet voorgeschreven dat afgevaardigden naar een generale synode per definitie worden gekozen uit de kring van afgevaardigden naar P.S.- vergadering. Regel is dat wel. De praktijk is dat op zo'n vergadering, tussen andere agendapunten door, ijverig rondgekeken en in de lijst met afgevaardigden gebladerd wordt, op zoek naar namen van broeders aan wie men zich qua geestelijke ligging verwant voelt, ongeacht of men te maken heeft met een broeder die op het niveau van de breedste vergadering tot méér in staat is dan het uitbrengen van een stem.
Men vergeet nogal eens dat men ook aan ambtsdragers buiten de afvaardigende vergadering kan denken. Bij de afvaardiging naar de breedste vergadering van de kerken zou dat akelige richtingsdenken kunnen worden doorbroken als dwars door de geestelijke „gelaagdheid" van de kerken heen, door broeders afgevaardigden in classis- en p.s.-vergaderingen eerlijk en grondig zou worden nagedacht over de vraag welke mensen, ongeacht de richingsvariant waartoe zij behoren, gerekend naar hun geestelijke habitus (oprechtheid en vroomheid), kennis en ervaring, openheid en durf tot onafhankelijke oordeelsvorming over controversiële zaken, in aanmerking komen om de kerken in het breedste verband met nut en zegen te dienen. Teveel wordt gedacht: met welk blok stemt iemand mee. Verfoeilijk!
Graag geef ik een voorbeeld uit de particuliere synode van het westen bij de verkiezing van afgevaardigden naar de generale synode van Zierikzee. Ik weet van een broeder die men tot de „meer eigentijdse richting" in onze Kerken rekent, die op dit punt van zaken evenwichtig denkt. Hij was van oordeel dat een broeder van meer behoudende signatuur die eigenschappen in zich verenigde die hem geschikt maakten om in de breedste vergadering van de Kerken op waardige en onafhankelijke wijze te functioneren. Hij beval hem bij andere broeders aan. En vond gehoor. En zo is het gekomen dat... Zo hoort het. Over en weer. Het is een kwestie van mentaliteit, méér dan van systeem. Van vertrouwen vooral...

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

De Wekker | 16 Pagina's

Stemgedrag in de kerk van Christus

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

De Wekker | 16 Pagina's